Maurik, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 2v, 4v, 5v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: Hubert van Mauderic: - 6 morgen land op Parijs; - Lambert Gherytsz (later vervangen door Gerijt Lambertsz) ⅓ deel van een hoeve land op Parijs, belend boven: Hubert van Mauderic met land van Culemborg en beneden: jvr Jutte vrouw van Reijner van Mauderic ; - een leen van 4 geweren land over de Zoele aan de Gruenen weg tussen het monnikenland en land van Hubert Struven (later toegevoegd: Janne Reyner van Mauderic heren van --- bastert, anno 1422); - Heinric Doys van Mauderic 3 morgen land in de Husmaten, belend beneden: Gherijt uten Weerde, boven: Heyn van Ham; - 3 morgen land en een halve hoeve met grote broec, belend boven: Hubert van Meere, beneden: Ot Doys; - 4 morgen land te Rijswijk op de Weertacker, belend boven: Margriet van Oemerr, beneden: vrouw van Gheenken Eerstz

Rijn, van | 1438-02-06

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 142v, 143

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Henrick van Rijn heeft ontvangen bij overgeven van Reijner Bertoutsz, ½ van 1 ½ hoeve engelants, met bos, met ongeslagen veen, velde en met 3 vierendeel geslagen veen, gelegen in Heze, tussen den Vuersen en der ijerster sant haer tot Hezewert, belend oost: Marten Nannincsz, west: Johan van Hemerden erfgenamen; "dit goet heeft Henrick van Rijn opgegeven, ende t is ontfangen tot behoef van t Sinte Pietersgasthuis te Amersfoert. Daervoer is man: Johan Spronc; actum 1445, des yersten Woerden [Woensdag ?] in Merte"; fol 143: St Petersgasthuis heeft dit leen verzocht bij dode van Johan Spronck, man is geworden voor hem: Willam van Bosch, anno 1448 des Saterdages na St Odulfusdag; na dode van Willem Bosch is leenman geworden voor het gasthuis: Egbert Goessen Woutersz

mannen: Goessen Bosch Willamsz, Jacop van der Weteringe; 1445: Egbert de Beer, Jacop van der Weteringe

Buren, van | 1410~

Leenregister Culemborg: fol 36v, 37, 43, 72v, 80v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Heinric Maesz 3 hont tot Buesinchem aan de stegh, tussen Coene die Vlyeger en heer Jan van Bueren beneden; - Jan Hermansz van de Velde 3 hont tot Buesinchem, belend boven: Jan voorn en Ghijsberts Scaden erve, beneden: Jan van Bueren met leen van Vyanen; - Herman van den Velde Jansz 6 morgen tot Zoelmonde, geheten die Weynmate, belend boven: Herman zelf, beneden die Maetgrave; - 3 hont tot Buesinchem, belend beneden: Balthazar van Bueren, boven Herman zelf; - Voern 4 ½ morgen tot Redinchem, boven Jacob van Bueren, de naastliggende 4 merghen en de muelenacker, en de zoon van Reijner heeft die nahant; - Gerijt van Dam noch dat Jan die Vlieger Koenenz opdroeg 1 hofstad ... een hont en 12 roeden tot Buesinchem, belend boven: Geryt van den Dam, beneden: Balthazar van Bueren met leen van Vianen; - Heinrich van der Wade heeft ontvangen dat Roelof die Goyer Henrics opdroeg, o.a. 1 akker op Haesstucken, belend boven: Jan van Bueren, beneden: Otte van Kaudenhoven

Baarn, van | 1469-09-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 191

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Roelof van Baern Roelofsz wordt na dode van zijn vader Roelof beleend met: 1) de venen in het gerecht van Zoes after Zoester enge, in de Grote Slage, Cleyne Slage en in Heserveen, oost: Reijner Lambertsz en Godevaert Heinric Botterz, west: Peter Hamertveld en Aernts erfgenamen van Amerongen, 2) ½ hoeve veen in Heserveen, oost: Pieter Hamertvelt en Aernts erfgenamen van Amerongen, west: Pieter Hamertvelt, 3) 8 vierdel veen in Zoeserveen in de Cleyne Slagen, zuid: erfgenamen van Steven van Zulen van Nyevelt, noordt: de gemene grafte, 4) 3½ morgen veen in de Cleyne Slage, zuid: nakomelingen van Henric van Rijn, noord: Henric Gysbertsz, 5) ½ van ½ hoeve veen in de Grote Slage, waarvan Henric Godevaert Botterz de andere toebehoort; Jan de Coninc Henricsz doet de eed voor hem totdat hij mondig is; "nunc filius ipsius Jodocus de Baern, ut in libro abbatis Matheus de Goch fol 12"; Roelof van Baern heeft verkocht aan Jan Gerijtsz een erve groot 2 morgen met een huisje, zonder toestemming van de abdij, daarom heeft hij zijn goed verbeurd (uitgebreide akte)

mannen: Henric de Wit, Goesen van Voerde, Jan van der Anxter

onder staat: "anno XCVIII heeft Rolof voors dese husinge ende hofstede (daar Jan Gerritsz mit eenre husinge opt oesteinde op woent nu anno 1497) ende Arnt Roelofsz heeft dit in leen ontvangen" [deze aantekening houdt verband met een ingeschoven papier]

Voorn, van | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Henric Scout en Jan Scout ½ hoeve, belend boven: Henric Eeve, beneden: Voern van Vyanen (fol 27); - Goijer Ghijbenz ⅛ deel van een ½ hoeve op Sidervelt, onderdeeld met Willem Voernken (fol 28); - Gheryt van Voern 1 viertel in Splintershoeve (fol 29v); - Hubert van Bemmale, waarvan 3½ morgen voor Sweder van Voern (fol 31v); - Jan van STrowijc o.a. 3½ morgen in de Nyenslach, belend beneden: Geryt van Voern en Ulent vrouw van wijlen Beernt de Wilde (fol 34); - Jacob Voern 1 viertel die Hille Vlassenbaert te voren had (fol 36); - Voern 4½ morgen te Redinchem, belend boven: Jacob van Bueren, zijn zoon Reijner heeft de nahand (fol 43); - Wemner Voernsz 5 morgen waarvan 3 te Dwerdijc en 2 op Bloemwijc, zijn broer Reyner heeft de nahand (fol 43v); - Jan die Bunscher 1 viertel te Ghelikenesse, belend boven: Jacob Loefsz, beneden: Peter Voernsz (fol 46); - Peter Voernken 1 viertel in Ghelikenesse, belend boven: Jan die Buscher, beneden: Dirc die Rode (fol 46); - Dirc van Wyc 1 viertel te Achthoeven, belend west: Peter Voernken (fol 48v)

Haghenouwen, van | 1422-10-28

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 118v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Mechteld Roelofsdochter van Haghenouwen wordt na dode van haar vader Roelof en de zoon van haar zuster Otte Roelof Ricoutsz.z, beleend met: 1) stuk rogland op Hezereng, belend zuid: de abdij, noord: Gerrit Petersz en Ricout Mutsen erfgenamen, 2)land geheten de Campen, oost: Alijt Cleppendochter, west: Roelof van Haghenouwen, 3) stuk land, oost: de abdij, west: Alaers erfgenamen van Heze, 4) stuk land, zuid: Alyt Lambrechtsdochter, noord: Ricout Mutsen erfgenamen, 5) stuk land, oost: Gysbert Ricoutsz, west: Alaers erfgenamen van Heze, 6) stuk land, oost: Alijt Lambertsdochter, west: Lubbert Reijner Keilsz, 7) stuk land, oost: Lubbers erfgenamen van Heze, west: Alyt Lambertsdochter, 8) stuk land, oost: erfgenamen Lubbers van Heze, west: mr Wouter, 9) stuk land, oost: Alyt Lambertsdochter, west: Alaerts erfgenamen van Heze, 10) stuk land, oost: Lubbert Reyner Keilsz, west: Jacob Libaert en Rutger Gherijtsz, 11) stuk land, oost: mr Wouter, west: Geryt van Ecke, 12) stuk land, oost: mr Wouter, west: Jacob Liebert, 13) stuk land, oost: Jan van Heze en zijn vrouw Semme, west: Lubbert Reyner Keilsz, 14) stuk land, oost: Jacob Lieboert, zuid: mr Wouter, 15) stuk land, oost : mr Wouter, west: Aernt Lubbertsz van Heze, 16) 2½ vierdeel bos en veld boven Heze; "dit leen heeft het convent gekocht van Dyrck Ricoutsz qui fuit verus successor van Machtelt"

mannen: Tyman de Lange en Jan van Hamelberch