Visscher, de | 1393-12-17

Reg Rotterdam en Schieland no 1269, 1270

Achternamenindex

hertog Albrecht geeft aan Gheerlof Jan Dircszsz [van Vorenbroek ?] het schrijfambacht binnen de stad Rotterdamme, dat hij voor diens leven vergund heeft aan Jan die Visscher, om het na diens dood te aanvaarden, met verlof om het te mogen verpachten; idem de school binnen de stad Rotterdamme aan Willem Jan Dircszsz [van Vorenbroek ?], na de dood van Jan die Visscher te aanvaarden

Ras | 1475-1476

Rek Rentmeester Kennemerland 907

Achternamenindex

Jacob Ras ontvangt voor 3 verhogingen bij het verpachten van het baljuwschap van Kennemerland 6 £ 13sc 4d (907 fol 49); (fol 50) hij ontvangt 13sc 4d voor het 4 maal verhogen van het bod op het schoutambacht van Uitgeest en 13 sc 4d voor het 4 maal verhogen van het bod op het schoutambacht van Akersloot, 2£; (fol 50v): voor 12 verhogingen van het bod op het schoutambacht van Westzanen en Crommenie

Doede | 1344-08-15

Reg Rotterdam en Schieland no 539/Reg EL 32 fol 35

Achternamenindex

graaf Willem verklaart aan Heynric Doeden Willem Pylsz, zijn man, verlof te hebben gegeven om het huis te Rotterdam op het erf, waar zijn vader woonde en dat hij van hem in leen houdt, verbrand is en hij het om de grote kosten niet kan opbouwen, dat erf te verpachten te zijnen bate, met dien verstande dat hij deze pacht van de graaf in leen houdt op gelijke wijze als te voren het huis en de hofstede

Pijl | 1344-08-15

Reg Rotterdam en Schieland no 539/Reg EL 32 fol 35

Achternamenindex

graaf Willem verklaart aan Heynric Doeden Willem Pylsz, zijn man, verlof te hebben gegeven om het huis te Rotterdam op het erf, waar zijn vader placht te wonen en dat hij van hem in leen houdt, verbrand is en hij het om de grote kosten niet kan opbouwen, dat erf te verpachten te zijnen bate, met dien verstande dat hij deze pacht van de graaf in leen houdt op gelijke wijze als te voren het huis en de hofstede

Alphen, van | 1313-08-24

v.d. Bergh I no 379

Achternamenindex

proost en kapittel van de Dom te Utrecht verpachten hun land te Leiderdorp aan: Hugo Philipsz, Alyd Wouter Paesdaghes en haar zoon Hughen van Alfen, Ghisebrecht veren Nellenz, Willam van der Haer, Johan Danielsz, Herman de Wael, Arnoud Diderix Jansz.z en Machtelt oude Vlientine zuster, ook te versterven op hun dochters; 1241-03-17: aan Alewinus, Theodoricus, Wiricus, Hugo, Magtaldis, Ludolphus, Bruno, Hermannus, Theodoricus, Fredericus, Gerardus, Giselbertus, Paulus, Theodorics, Nycholaus, Daniel, Franco et Nycholaus, voor 10£ per jaar, te vererven op hun zoons

Wijngaard, van den | 1522-1523

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 314

Achternamenindex

Jan van den Wyngaert had voor het gerecht van Dalem een proces gevoerd met Gerrit de Jonge over land aldaar. Sequesters aangesteld om dit land te verpachten en in 1519 verpacht aan Aernt Willem Yeuwenz; 1520-04-19: wees het gerecht het land aan Gerrit de jonge, aan wie de pachter voortaan de pacht betaald. Voor het gerecht van Gorinchem eiste Jan betaling van de pacht aan hem, doch deze eis werd afgewezen. Jan ging in beroep bij het Hof van Holland

Gruijter, de | 1478-10-01 - 1479-09-30

Rek Rentmeester Land van Arkel no 2214 fol 22, 18v

Achternamenindex

landhuur in Leerbroeck: - van 2 stukken land, 4 ½ morgen en 3 ½ morgen, samen 8 morgen, in pacht bij Pieter de Gruijter 8 jaar lang, per morgen 26 st per jaar, ingaande 1472, "Maar want die voirn Pieter de Gruijter zedert dat t land van Arcle ende t lant van der Leede tegens malcanderen vianden geweest zijn, woenstad gehouden heeft ende noch doet binnen der stoede van Leyderdamme, zoe en heeft de voorn rentmeester van sinen pachte van den 7e ende 8e jare verschenen als voren van de voirn Pieter niet connen crigen, noch oick tselve landt dat bij der stede van Lederdam leijt niet weder konnen verpachten daerom hier niet"; ook in de rekening 1479-1480 niet

Alemans | 1432-1433

Rek Rentmeester Kennemerland

Achternamenindex

Dirck Willem heer (N)Aelmansz: heeft vercregen van mynre vrouwen van Oistervant den Hamburger bierexcys tot Haerlem, van elker vate ½ oud botgen, daerom hier niet (863 fol 8v); 1434 (864 fol 8v), 1435 (865 fol 8v): dezelfde post; 1435-1436: (866 fol 9) dese excijs heeft vercregen Willem heren Naelmansz.z [!]; 1436-1437 (867 fol 8v), 1437-1438 (868 fol 8), 1438-1439 (869 fol 9), 1439-1440 (870 fol 10b), 1440-1441 (871 fol 11), 1441-1442 (872 fol 11v): Dirc Willem heer Naelmansz.z; 1442-1443: (873 fol 13) die Hamborger biergruijt te Haërlem die en is noch niet gegadert, maar die rentmeester heeft ze aengetast en zal ze voortaen doen gaderen of verpachten"

Sandelyn | 1556-1564

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VI dossier 521

Achternamenindex

mr Adriaen Sandelijn, pensionaris van Amsterdam en Anna Sandelijn gehuwd met Willem van Berendrecht, secretaris van het Hof van Holland. Zij hadden van hun grootvader Adriaen Pietersz Sandelyn de erfpacht van de visserij in West Barendrecht geerfd; toen dijkgraaf en heemraden op 1555-11-06 een verbod uitvaardigden om in de Merwede vanaf de sluis tot het Hollandse diep toe te vissen, ontstond een proces; 1554-05-19: mr Adriaen Sandelyn en Willem van Berendrecht, verpachting; 1556-04-18: Willem van Berendrecht en zijn vrouw Anna Sandelijn stellen procureurs; 1557-08-06: zij verpachten samen met mr Adriaen Sandelyn de visserij: contract tussen mr Adriaen en zijn zuster Anna, gehuwd met Willem van Berendrecht, gesloten met Joost Adriaensz en Cornelis Jacobsz uit Heerjansdam over de pacht van de visserij in West-Barendrecht voor 4 jaar; 1557-12-06: Willem van Berendrecht roept een getuige op

1557-08-06: mr Adriaen Sandelyn, Willem van Berendrecht, Joost Adriaensz, Cornelis Jacobsz, Rochus Jansz, Pieter Cornelisz, Cornelis Pietersz, secretaris van Heerjansdam