7141 resultaten
Diert | 1482
Ned Leeuw jg 1915 p 103/Tresoriersrek Leiden 1484 fol 71v
Achternamenindex
lijfrente St Vanendage vercoft in den jare LXXXII: Margriete Diert Dircx dochter van Meerburch Pieters wijf was van Berendrecht
Diert | 1471-1472
Thesoriersrekening Haarlem 219 fol 10v
Achternamenindex
Claes Diert Jansz koopt lijfrente van 12 R gld op Haarlem voor 152 £
Haarlem
Diert | 1593
Bijdr Hist Gen dl 34 p 320
Achternamenindex
Willem Diert, Delff, studeert in Orleans; 1581-09-17: jurist te Leiden; 1586-04-18: te Heidelberg
Diert | 1602, 1610, 1617
Bruinvis: Alkmaar no 181, p 11
Achternamenindex
vroedschap te Alkmaar: Jacob Dierten, houtcoper te Alkmaar in 1602; 1610-02-23: herbenoemd; 1617-08-08: begraven
Diert | 1618-10-11
Bruinvis: Alkmaar no 223, p 26
Achternamenindex
Diert Anthonisz, houtcoper benoemd tot vroedschap van Alkmaar, begraven 1620-03-30
Diert | 1659-1663
Bruinvis: Alkmaar no 362, p 24
Achternamenindex
Jacob Dierten Cromhout, 1671-03-02 benoemd tot vroedschap van Alkmaar, stierf 1671-03-07 vóór zijn beediging; tussen 1659-1663: schepen
Witte, (de) | 1423-01-19
Leenregister Culemborg fol 94v
Achternamenindex
leenregister Culemborg 1410~: - Henrick dije Witte een vierdel land gelegen onder de dijk in het land van Hagesteyn, belend boven: Gysbert Pyck, beneden: Gysbert van Ruums
Rieu, du | 1742-09-27 (of 1742-09-17~)
Inv Arch Bennebroek no 234
Achternamenindex
relaas van de gezworen bode van de heerlijkheid P. du Rieu, dat hij zich op order van de heer van Bennebroec, op 23 [?] september ten 4 uren begeven heeft ten huize van Leendert van Ceulen, hospes in de Swarte Hont en van Ary Gordyn, hospes in de Geleerde Man, om hun te verbieden muziek te doen maken in hun herbergen op dien dag of opvolgende dagen van Bennebroeker kermis. De kermis van Bennebroek begon op de 4e zaterdag in september, dus in 1742 op 22 september
Haerlem, van | 1288-08-16
v.d. Bergh II no 641
Achternamenindex
graaf Floris V maakt met Diederic van Breedderode, baljuw van Kenemerland met Willem van Harlem enige bepalingen over de dijk tussen Outgotskoghe en Limmen, "bi der heemrader eyt ende met al den recht dat recht es. Voirt so sel diken al dat erve dat desen voirseyden dijc plach te diken met dien van Limmen in haren dyc twisken Heyligheloe ende Boekel"