18976 resultaten
Doys | 1410~
Leenregister Culemborg fol 39v, 40, 51v, 52v, 54v
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - Doijs van Loel een tiende in de kerspel van Dyedam, zoals zijn vader hield. Mannen: Gysbert van Culemborg, bastaard, Dirc Doijs Henricsz. - Latere aantekening: Jan Kovoet Woutersz, na opdracht door Gerefaes van Grootvelt, 1 hof houdt 1 ½ morgen tot Mauderic, belend boven: Joest Doijs, beneden: Jan voors, strekkende van de dijk tot aan de Aude Weijde. - Heylwich Roelants 8 morgen op den Perrick, belend boven: Henric Doijs, beneden: Herman Ghybenz, hulde doet haar zoon Roelof [zie ook Hendrik Roelandsz]; - Doys Gerytsz ½ morgen tot Mauderic op de Meynte, belend boven: Doijs, beneden: Lysbeth Wadekens. - Doys Gerijtsz een meijnte die houdt ½ morgen, in Maudericker maelscap, strekkende van de Maudericker wetering aan de Husmate, belend boven: Jan Vranckenz en beneden: Dirc van der Wade. - Jan Zurmont 1 ½ akker, strekkende van de bandijk in de Lek, belend boven: Henrick Doijs, beneden idem
Haer, van der | 1514-04-29
R.A.H. Coll Aanw no 113 Caput Arkel fol 51v
Achternamenindex
jvr Josijne van Meerle Medaertsdochter wordt na dode van haar moeder Elisabeth van der Aer, beleend met: - ⅔ van een tiende in Schumenoorde, van der Staden tot de Twischilt toe, zonder tijns en met 6 roeden dijk aan de Linge, daar het blockhuijs placht te staen tussen de dijk van het land van Dalem en Dirck Roelofsz, met 2 paar oude zwanen te houden in de heerlijkheid van Dalem, onderdeeld met de erfgenamen van heer Willem van Yzendoorn, strekkende van de hoge weg tot Spijcksen land toe; - ¼ deel van de tiende in Dalem, - en ⅓ van de tiende in het oude land van Dalem (leen van Arkel). Haar man Loijs Bruueel doet hulde voor haar
Dale | 1299-07-11
De Fremery no 328
Achternamenindex
Symon, persoenre van Delf, Jacob heer Cyzemansz, Jan die Witte en Gherlof Dalenz, schepenen in Delf, oorkonden dat de proost van Koningsveld een molen op de Made verpacht heeft aan Alebrecht van Ockenberghe, Gherard van Delft, Clais ver Conigondenz en Willem van den Kerchove
Gruijthuijse, van den | 1370-01-03
De Raadt II p 502/Chartes des Ducs de Brabant
Achternamenindex
Thierry van Monemunt, chevalier, déclare le duc et la duchesse de Brabant indemnes des dommages que lui et sa soeur, dame Ysabeau van den Gruythuyse, ont subis
Dijk, van den | 1359-1360
Rek Rentmeester Kennemerland 806 fol 11
Achternamenindex
Doede van den Dijk: van de tienden van Medemleker noerdercoech 20 £ 12sc
Baer, van | 1356~
dr v Veen: Reg Lenen Bannerheerlijkheid Baer p 9
Achternamenindex
een tiende te Dyer [Dieren], geheten der Nevelinge tiende: Ricolt van Baer [het andere afschrift heeft: Nycolae van Baer, misschien heeft deze afschrijver R gelezen in plaats van N; in verband met de verwantschap met de "van Ochtens" is de naam Ricolt te verklaren]
Dalem, van | 1431-03-09
R.A.H. Coll Aanw 57 fol 284v
Achternamenindex
gravin Jacoba oorkondt dat Huge van Dalem, daar hij wegens ziekte niet tot haar komen kan, met bezegelde brieven haar heeft opgedragen tbv Cornelijs van Dalem, zijn oudste zoon, die heerlijkheid van 1/24 deel van Vosmaer, met tienden, hem aanbestorven van zijn vader Symon van Dalem; zij beleent Cornelis ermee ten erfleen
Doys | 1410~
Leenregister Culemborg fol 62v, 63v, 64, 64v, 68
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - Belye Otto Allartszdochter vrouw van Dierck de Ruever Johansz 1 ½ morgen, belend boven: Peter Spierinck, beneden: Joest Doijs; - Geryt Doys van Leeuwen (doorgehaald en vervangen door: Herman Geryt Doysz van Lewen) 1 hont en 10 roeden in Rijswicker maelscap, strekkende van de bandijk aan Reyner Loefs boomgaard, belend boven: Ryswicker stege, beneden: Reyner Loef; - nog een morgen in Ryswicker weert, strekkende van de Bandijk aan de Zydwynsdijk, daar de molen op staat, belend boven: Ryswicker steeg, beneden: Arnt Scele Volquinsz; - (latere aantekening) manne: Dierck Doijs van der Eme, Lambert Gaesbeeksz, Ponsken Jansz, Arnt Scele Ponskensz; - Otte van Wyck Ottenz, een akker land in de maelscap van Rijswijck in Wyfsdijcxvelt, strekkende mitten wijfdijck op aan de Broecstege, belend boven: Gerijt van Wyck Ottenz, beneden: Jorden Doijs (fol 64v); - Gerrit van Kulenborg een hofstad in de maelscap van Mauderic op die Slage, houdende 18 morgen met huis en getimmerte, zoals Alaert uten Weerde, Dirck Doijs uten Weerde Geritsz en Willem uten Weerde Roelofsz die opgedragen hebben, belend boven: de heren van Embric, beneden: Henric Ottenz. Mannen Peter Doijs (fol 68)
Bochoven, van | 1618-10-13
Ned Leeuw jg 1907 p 94
Achternamenindex
jhr Antony Manryque heer van Maasdam x 1) ..........; 2) x 1618-10-13 te Delft met jvr Theodora van der Chijs, hieruit: o.a. een dochter Clara Manrique de Lara gehuwd met Caesar Duyk, kapitein majoor, commandant van de stad Grave, zoon van Gabriel Duijk en Anna van Bokhoven
Bruijn, de | 1410~
Leenregister Culemborg fol 27, 35, 78v, 17v, 75v, 79v
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - Peter Hughe Phijlipsz.z een tiende tot Achthoeven in het gerecht Leiden, belend: Danels Brunenland Ansemsz; - Geryt Doijs Gerytsz 1 ½ morgen tot Mauderick, belend boven Hinrick Doys, beneden Arnt die Brune; - Reymbrant Claes van Zweten Petersz.z. een tiende te Achthoeven in het ambacht Leiderdorp, belend: het land van Danyels des Brunen Ansemsz tot de Bovensloot; - heer Sweder van Bloemensteyn 1 hoeve in het land van Haghensteyn, daar Jan Puusche op woont, belend boven: heer Sweder, beneden Jan die Brune; 1423: - Fije van der Woerde Jansdochter van Myddelwijck een camp in der Merschen, geheten die Hogemate, strekkende zuidwaarts op die Ledegrave, belend boven: Geryt die Brune (vervangen door Lambert die Brune), beneden: Evert Freyse (vervangen door Dirc van Dolre Dircsz); - Geryt uten Weerde Gerytsz ontvangen het goed dat Geryt van Culenborg opgedragen heeft, 10 morgen in de Husmalen, van de meente tot aan Nyeslach, belend boven: Jan van Oijduyel (?), beneden Gerefaes v.d. Wade. Dit erf hebben Gerefaes van Hollant en Geryt die Brune als hierna beschreven staat. Geryt van Culemborg behoudt 1 Vrancr schilt uit dit leen. Vervolgens komt de belening van Willem Vlaminck met dit leen, waarbij staat "dit en was niet toe gegaan"