28582 resultaten

Deu | 1495-1508

Balen: Dordrecht p 301-305
Achternamenindex

Raad in Dordrecht: Cornelis Deu Gysbrechtsz, stierf 1508, in zijn plaats kwam Jan van Slingeland Ottenz

Dijns~ | 1448

De Raadt I p 374
Achternamenindex

Gauthier Deens, échevin byvang de Lierre, zegel

Dijk, van | 1392~

De Raadt I p 382/Urk Cleve-Mark 1368-1396 no 288 p 188
Achternamenindex

Arnould sire de Wachtendonck, frère de Gerard sire de Dyck [mannen van de hertog van Gulik], aura à payer des rents viagères à dame Isabelle van Endelstorpe dame zer Dicke et de Wickrath, et à la soeur de Gerard Catherine van der Dicke dame de Alpem [De Raadt geeft geen datum]; [Isabella von Engelstorf (in de tekst: Engelstorp) herrin zu Dyck und Wickrath. Arnold von Wachtendonc zal haar zolang zij leeft 100 oude schilden per jaar uitreiken]

Wachtendonc, van | 1392~

De Raadt I p 382/Cleve Mark 1368-1396 no 288 p 188
Achternamenindex

Arnould sire de Wachtendonck, frère de Gerard sire de Dyck [mannen van de hertog van Gulik], aura à payer des rents viagères à dame Isabelle van Endelstorpe dame zer Dicke et de Wickrath, et à la soeur de Gerard Catherine van der Dicke dame de Alpem [De Raadt geeft geen datum]; [Isabella von Engelstorf (in de tekst: Engelstorp) herrin zu Dyck und Wickrath. Arnold von Wachtendonc zal haar zolang zij leeft 100 oude schilden per jaar uitreiken]

Coudekerke, van~ | 1269-07-29

v.d. Bergh II no 188
Achternamenindex

Boudewijn Tancardsz van Stavenisse verklaart dat die van de abdij ter Does geen schuld hebben aan de dood van een arbeider aan de dam van Hincline die van een aan het klooster toebehorend schip gevallen en verdronken was, en dat diens erfgenamen geen recht hebben op schadevergoeding, die hun echter door de abt vrijwillig gegeven is

bezegeld door Boudewijn Tancardsz van Stavenisse, Daniel dictus Vreet en Biggo van Coudekerke

Stavenisse, van | 1269-07-29

v.d. Bergh II no 188
Achternamenindex

Boudewijn Tancardsz van Stavenisse verklaart dat die van de abdij ter Does geen schuld hebben aan de dood van een arbeider aan de dam van Hincline die van een aan het klooster toebehorend schip gevallen en verdronken was, en dat diens erfgenamen geen recht hebben op schadevergoeding, die hun echter door de abt vrijwillig gegeven is

Boudewijn van Stavenisse, Daniel dictus Vraet, Biggo van Coudekerke

Egmond, van | 1394

Rek Baljuw van Rijnland fol 3 p 49
Achternamenindex

die Uterbuert des heren ambacht van Egmond, scout: Moene Gerytsz [er staat: niet] ; Segwaart: heren Willems ambacht van Egmond, scout: Dirc Jans, gecomen van der turfmaet 5 £, des hadde die ambachtsheer dat 1/3 deel, zoe blijft 3 £ 6sc 8d

Dol | 1642-02-27

Arch. Gecommiteerde Raden Noorderquartier Inv 51
Achternamenindex

losrenten kantoor Enkhuizen: verschijndag 03-12, Dirck Pietersz Dol fl 3000 - fl 120; 1645-05-19/05-27: Dirck Pietersz Del fl 1500 - fl 60

Arkel, van | 1379-02-18

Rek Bisdom Utrecht 1378-1573 I p 167
Achternamenindex

rekening van de bisschop van Utrecht, 1378-1379: "item des vridaghes na St Valentijnsdach doe had mijn heer ghewaent, dat die greve van Bloys, die vrouwe van Arkel ende anders veel vrouwen ghecomen soude hebben t Utrecht, ende hebben horen Vastelavont daer ghehouden"

Boekel/Bokel | 1323-12-11

Reg Rotterdam en Schieland no 317
Achternamenindex

Adolf bisschop van Luik, verklaart dat voor hem terecht zittende in de tuin van zijn paleis te Luik, verscheen heer Johans de Chierf, ridder, die een brief deed lezen dat Johans del Donc, die van den bisschop van Luik de tienden der kerk van Ramesdonck met toebehoren in leen hield, huwde met Maha (Machteld) tevoren vrouw van Leo de Tule en moeder van Jehan le Voweit (Voogd), bij welke vrouw Johan del Donc een dochter (Machteld) verwekte, die haar vader en moeder overleefde en voor wie Williames de Uter Nesse, broer van Johan del Donc, als voogd dit leen ontving, dat deze dochter is overleden en Johan del Donc geen andere kinderen had, waarop Johan le Vouweis het gezegde leen heeft verzocht, dat hiertegen Thieris Boecle, heeft aangevoerd dat dit leen op hem was vervallen omdat hij een bloedverwant was van genoemde Johan del Donc, zijnde hij toch diens broeders zoon, en dat na lezing van deze brief, overeenkomstig het gevoelen van Johan le Chierf vonnis is gewezen ten gusnte van Johan le Voweis

Uytternesse