7216 resultaten

Deen | 1419

Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex

Ailbert Deen: (849 fol 2, 4) van de tienden van Enghusen 12 £, de de zeevond en besterfte bewaert tot Enchusen, van sinen roc 3 £ [10sc] [groot deel onleesbaar]; 1419-1420: (850 fol 4, 5, 5v) van de tienden van Enchusen 12 £, van de sluzen in Scellinghout 3£, van de Wogmeer en Borderopsmeer 6£, van de gancael en sciptollen te Enghusen 7£, van de haven en sloot te Enghusen 6£, van de Monikestalen 10sc, Broecoert 20sc; 1420-1421 (851 fol 4, 5, 5v), 1422-1423 (852 fol 2v, 4v), 1423-1424 (854 fol 4, 11v), 1425-1426 (856 fol 6), 1425-1426 (857 fol 4, 5, 5v), 1427 (857 fol 17, 18v), 1427-1428 (857 fol 37, 38v), 1428-1429 (859 fol 4, 5v), 1429-1430: (860 fol 4, 5v): dezelfde posten

Deen | 1430-1431

Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex

Aelbrecht Deen: (861 fol 4, 5v) de tiende van Enchusen 12 £, als vorig jaar, behalve de sluis te Scellinchout en de Wognem en Borderopsmeer; 1431-1432: (862 fol 3v, 5) als 1429-1430; 1432-1433: de tiende van Enchusen voor Aelbrecht en zijn vrouw, 12£, de sluis van Scellinchout is gegeven aan Jan de bastaard van Beyeren, de Wogmeer is gegeven aan heer Arent van Gent; Aelbrecht heeft de Borderopsmeer voor 7£, gancael en sciptollen 7£, haven en sloot voor 6£ in pacht, de moniken stalen 10sc, de Broecsoirt 12sc (863 fol 5v, 7); 1434: Aelbrecht die Deen en zijn vrouw Ave Dammasdochter: de tienden van Enchusen in pacht 12£, en de Wogmeer, Borderopsmeer, gancael, sciptollen, haven, sloot, monike stalen, Broeckoirt; 1435-1436: de tienden van Enchusen, de sluis van Scellinchout en dezelfde posten als vorig jaar (866 fol 5v, 7v); 1436-1437 (867 fol 7) dezelfde posten

Deen | 1438-1439

Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex

Aelbrecht de Deen: (869 fol 5v) de tienden van Enchusen 12 £ en zijn andere pachten als voren; 1439-1440: (870 fol 6v) de tienden van Enchusen, de sluis te Scellinchout, de Borderopsmeer, de gancael en sciptollen te Enchusen, de haven en sloot, de monikestalen; 1440-1441: (871 fol 6v) dezelfde post; 1447-1448: (878 fol 10) voor de laatste maal: tiende van Enchsuen, sluis van Scellinchout, Borderopsmeer, gancael en sciptollen, haven en sloot, monikenstalen, Brouckoirt, Aelbrecht sterft Meyavont 1448 (fol 6v)

Deen | 1346-06-01

Bijdr Hist Gen jg 1901 bl 144/Reg EL 5 fol 18r
Achternamenindex

Aelbrecht Deen houdt in leen 5 ½ morgen in het Haghe ambacht, belend oost: die nuwe wech en west: Aelwyn Wadartsz; ± 1367: Gerrit Potter

Holland, van | 1262-01-03

Kroniek Abdij Egmond p 247 Dagregister
Achternamenindex

stierf Richardis, lekezuster, dochter van graaf Willem XII, die een pond jaarlijks aan de abdij besproken heeft; zij was vrouwe van Delff, anders genaamd Egmondelff (Necrologium: domicella de Delf)

Dort, van | 1771-05-07

Arch Ouderkerk a/d Amstel
Achternamenindex

windbrief voor Mathijs van Dort, van Ouderkerk, voor een snuiftabak en cementmolen, in de Rondenhoeppolder aan de Amstel binnen den ambacht van Ouderkerk

Deze, van | 1388

De Raadt I p 375
Achternamenindex

Lambert van Deze, gerechtsman, zegelt een akte van de baljuw van Salland

Hoog, de | 1406-02-14

Rechtspraak Graaf van Holland II p 210
Achternamenindex

Jan die Hoge, een muelnaer van Delf, medeschuldig aan de doodslag op Dirc Philipsz van Cralingen te Haarlem, kost 1200 £, waarvan hij een deel moet betalen

Dorp, van | 1578-11-08

Bortet: Delft p 335, 468, 487
Achternamenindex

Beatrix Jansdochter van Dorp, weduwe van Tielman Block, naderhand vrouw van Gerrit Jansz Delff, wordt moeder van het nieuwe gasthuis te Delft; 1597-01-03: als vrouw van Gerrit Jansz Delff wordt zij moeder van de charitate te Delft; 1589-01-06: Catarina Jansdochter van Dorp wordt moeder van het nieuwe gasthuis te Delft; 1602-01-05: Catharina Jansdochter van Dorp, weduwe van Nicolaes Dirksz van Montfoort, naderhand vrouw van Otto Ysbrandsz de Man wordt moeder van het oude mannen en vrouwenhuis

Egmond, van | 1379-09-12

Reg Rotterdam en Schieland no 1020
Achternamenindex

Gysbert Jans van Vorenbroeck draagt aan Arent van Egmond op 5 ½ morgen land in het ambacht van Cralinghe, in een weer land, gemeen met Oudtzier van Cralinge en Damas Claesz [Daem van der Duyn ?], strekkende van de Merwede tot de Cralingewech toe; belend oost: Oedzier van Cralinge, west: Daem van der Duyn (1360), en wordt er vervolgens mee beleend; 1410: Katryn Voppen, daarna haar zoon Voppe die seijer