139 resultaten
Berkenrode, van | 1456
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Gheryt van Berkenrode ontvangt op 1457-05-10 in betaling van koren door hem geleverd 86 £ 10sc 5d gr (900 fol 10v); 1469-1470: (901) hij is rentmeester van Kennemerland; 1468-1469: (899 fol 20) hij pacht de grafelijke vroonlanden bij Alkmaar 10 jar lang, ingaande St Pietersdach ad Cathedram 1467, 543£ 12sc 6d; 1469-1470: (fol 31v) zijn wedde 120£; (fol 36v) woonachtig in Haarlem, reist op 1469-08-10 naar den Hage; 1470-1471 (fol 1): rentmeester van Kennemerland; (fol 30) zijn wedde 120£ van 40 gr Vls; tussen 1472-1473 (904 fol 36) en 1474-1475 (906) zijn wedde 120£, laatste jaar van zijn rentmeesterschap
Berkenrode, van | 1475-1476
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Gheryt van Berkenrode pacht het scoutambacht van Wormer en Jisp voor 6 jaar, ingaande 1465-10-01, hij betaalt voor het eerste jaar 28 £; 1471-1472: (903 fol 42v, 43) de hertog is hem nog schuldig van zijn rekeningen 1816 £ 14sc 5d; 1472-1473: (904 fol 46) de hertog blijft hem schuldig 1356£ 15 sc 11d
Berkenrode, van | 1471-1472
Thesauriersrekening Haarlem 219 fol 13v
Achternamenindex
Lysbeth Gerritsdochter van Berkenrode en Pons uten Broucke kopen lijfrente op Haarlem van 20 R gld voor 215 £
Berkenrode, van | 1476
Renteboek St Bavo Haarlem fol 21
Achternamenindex
tot Nieuwerkerk: Gheryt van Berkenrode heeft gegeven op een sticke lants gemeen met heer Jan van der Horst, ⅓ deel van 1 Wilh scilt; ende bruyct nu Mathys Claesz. Met latere hand: [behoort] toe heer Pieter Heynricsz van Nieuwerkerk, pastor nu ter tyt is
Berkenrode, van | 1476
Renteboek St Bavo Haarlem fol 10
Achternamenindex
Jacob Mathysz van Rieck te comen bij die kercmeesters [te Haarlem] tussen nu ende St Jacob, of te daghen voer die provisoer, van ⅓ van een Vlms scilt van dat Gheryt van Berckenroede die kae gemaect heeft; ende een geheten Jan Allertsz of Jan Wittert, wonende in Ouwerkerc die bruict nu dit lant
Berkenrode, van | 1476-1478
Rek Rentmeester Kennemerland 908 fol 39v
Achternamenindex
Martyn, scipper van Monickedam, was met een scip sout toebehorende aan de rentmeester van Kennemerland gevaren voorbi jde tol te Geervliet zonder tol te betalen, daar zij van mening waren dat het zout toebehoorde aan Geryt van Berkenrode, poorter van Haarlem. De stadhouder verklaart Martyn onschuldig en hij hoeft geen boete te betalen
Berkenrode, van | 1475-1476
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Gheryt van Berkenrode: (907 fol 28 ?, 49v) ontvangt voor verhogingen van het bod op de volgende schoutambachten: - 27 verhogingen op Wormer en Jisp, 4 £ 10sc, - 22x op Aalsmeer, 3 £ 13sc 4d, - (fol 50) 4x op Uitgeest, 13sc 4d, - 4x op Groede 13sc 4d, - 4x op het clercambacht van Beverwijk, 26sc 8d, (fol 58v) - 18x op het schoutambacht van Westzaan en Crommenie, 3£; 1476-1478: (908 fol 31) ontvangt korting op zijn pacht, betaalt 9£ -sc 8d
Berkenrode, van | 1475-1476
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Jan van Berkenrode Jansz de jonge: zijn rente op Kennemerland 10 £ (zie 1474-1475), na verdeling erfenis oude Jan van Berkenrode (907 fol 35); 1476-1478: (908 fol 46) na dode van Jan van Berkenrode de oude, zijn rente 10 £; tussen 1478-1479 (909 fol 37v) en 1498-1499 (926 fol 48v): steeds van zijn leen 10£
Berkenrode, van | 1477-03-22
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Gheryt van Berkenrode opnieuw belast met het rentmeesterschap van Kennemerland, waarop hij 300 £ geleend heeft, ook 1476-1478, 1478-1479; 1479-1480: op 1480-04-22 resigneert shertogen Raad Geryt van Berkenrode de oude het rentmeesterschap van Kennemerland tbv zijn zoon Geryt van Berkenrode de jonge; 1485-1486: (916 fol 7) hier wordt verwezen naar de eerste rekening van Gheryt van Berkenrode Jansz als rentmeester, dit is dus Gheryt de oude