73 resultaten
Does, van der | 1411-05-31
R.A.H. Coll Aanw 53 fol 112
Achternamenindex
Alyt Willemsdochter van der Goude met haar man en voogd Costyn van der Does worden beleend na dode van haar vader Willem van der Goude, met 1 viertel land bij onser stede van der Goude in het land van Steijn en 4 £ Holl jaarlijks uit een tweedeel van der boomgaert viertel in het ambacht van Wildenisse
2e zijtak
Sweijm | 1326-06-27
Ons Voorgeslacht 12-1984 p 559
Achternamenindex
grafelijk leen in Rijswijk: - 2 morgen tussen de Bredeweg en de Waterlose, belend oost: ver Alverade Wermbouts Blote, west: Gysbert Sweym, na de dood van Willem Florisz door de rentmeester verkocht; - 16 morgen te Rijswijk met huis en boomgaard, belend noord: de Hoeve, oost: Hugo Sprutenz, zuid: de Bredeweg, west: Jan ver Aleydenz, Costyn Hendrik en Gysbert Sweym, eveneens na dode van Willem Florisz verkocht
Cuyk, van | 1271-08-16
De Fremery p 107
Achternamenindex
Willem van Brederode, ridder, zweert de stad Keulen oervede wegens zijn bloedverwanten Hendrik van Herpen, ridder, die doodgeslagen was, en diens broeder Albert van Herpen [van Cuyk van Herpen] die gevangen genomen werd bij de mislukte aanslag op Keulen. Verder genoemd: Aelbrecht en Floris van Voorne, Hugo en Dirk van Voorne heer van Heenvliet, Jan en Costyn van Renesse, Simon van Haarlem, Johan Persyn heer van Velzen, Gerard en Barthout zoons van Arnoud van Heemskerk
Does, van der | 1485-11-18
Inv Arch Kloosters Leiden regest 1743
Achternamenindex
Costyn van der Does c.s. erkennen voor schepenen van Leiden verkocht te hebben aan Jan Conincxz de helft van: 1. een stuk land genaamd de Huyck aan de Afterdijk, 2. een kamp land genaamd de Winckel, groot 5 morgen 2 hont aan de Afterdyc en de Amercamp, 3. een kamp land van 2 ½ morgen en 2 kampen groot 4 morgen en 2 hont land aan de Afterdijk, 5. een hont land waarop het Duyfhuys staat, 6. een kamp van 11 hont aan de Rijn te Leiderdorp
2e zijtak
Boekel/Bokel | 1334
Rek Hen Huis I p 207, 213
Achternamenindex
ontvangen tussen Schie en Goude: de visserij buitendijks in mijns heren ambacht, heer Dirxambacht, en het riet beoosten Rotte, behalve het riet in heer Dirx ambacht, dit huurde Dirc die Vette om 5 ½ £, borg: Harman Michielsz; de stegheren van Rotterdam huurden: Costyn Gherlofsz, Floris broer van heer Dirxz [Boekel], Vlaming en Willem Florisz, 9 £ (p 207); ontvangst van landhuur in Sciedam: Henric heer Dirxs en Ghoswyn: 6 morgen, 6 £; Dirk Bokel: 24 morghen 5 hont 49 gaerden 29 £ 18 sc; Dirc: 4 hont 5 ½ gaarden metten hovekyn 22 sc
Herlaer, van | 1476
Coll Aanw 149 fol 337v/Valor Feudorum
Achternamenindex
Martijn van Poederoyen houdt van Holland: 1) een bloc tienden op Gerdingvelt; 2) de hoge heerlijkheid van Puedersinsambacht, met ⅔ van de tienden; 3) de hoge en lage heerlijkheid van Ottenland, tesamen per jaar 81 £; 1474: op deze goederen heeft Otte van Doornick bij de sententie van de Hoge Raad gewonnen de somme van 27 £; Geryt van Puedershem houdt van Martijn in leen een halve morgen land in Puedersinsambacht, per jaar 7sc, en noch eenen Heerenwech aldaar, daerof comt niet; Claes Gerytsz, timmerman te Dordrecht houdt van Martijn in leen 4 morgen in Moelenaersgrave, per jaar 6 £; Costyn van Puedershem houdt van Martijn in leen de ambachtsheerlijkheid van Puedersynsambacht an die Ghiessen, per jaar 9£ 10 sc
Egmond, van | 1363-06-16
Arch Abdij Egmond Inv 481/Ons Voorgeslacht 05-1988 p 214
Achternamenindex
leen van Egmond: 77bis) 19 viertel (80 morgen) over de Gouwe genaamd Zuidwijk, met het gerecht zoals de leenheer houdt van Holland: Wouter van Meresteyn, neef van de leenheer, met lijftocht van zijn vrouw Willem Mabelye uten Waerde; 1377-02-27: Arnoud van Ysselsteyn, heer van Egmond, ten eigen, waarna overdracht aan Dirc Voppenz, persoon van Haarlem, rentmeester van Noord-Holland; 1377-07-24: Wouter van Meresteyn, neef van de leenheer, gehuwd met Alverade [van den Bouckhorst], nicht van de leenheer, dragen over aan de leenheer; 1385-05-17: Costyn Gerritsz van der Does doet voor de vrouwe van Woerden afstand aan Dic Foppenz; 1386: in het veen te Boskoop; 1404-08-19: Jan Lambertsz verkoopt aan de abdij Egmond
Willem die Wilde en Martijn Martijnsz, schepenen van Alkmaar
Haemstede, van | 1313-05-20
Van Mieris II bl 134
Achternamenindex
graaf Willem verklaart dat zijn neef, wijlen graaf Jan, aan zijn broer Witte 500 £ per jaar beloofde, om die belofte te kunnen na komen schenkt de graaf hem nu de goederen van Jan van Renesse, diens broeder en van hun moeder Margriet, en die van Jan van Haemstede, gelegen binnen Scouden, nl de duinen aldaar, de ambachten Westlant, het dorp ter Nyerhavene, Burch Haemstede, Coudekerke, Zuytwellant, Noortwellant, Ellemeet, Elghaersee,behalve het steenhuis te Nortwellant dat graaf Jan gaf aan Willem Clauwaerde, noch het ambacht te Zuytwellant, voorzover dit door Wissenskinderen, Aelbertskinderen, Jan Koenszskinderen, Costyn Bomenz en Claes Hughez gekocht is, en verder een aantal goederen, voorzover deze goederen aan vrouwe Margriet en haar zoon heer Heynric en heer Costijn toekomen, zal de graaf hun vergoeding geven
Bennebroek, van | 1418-08-26
Arch Nassau Domeinraad I 2 reg 1074
Achternamenindex
Hertog Johan van Brabant en Jacoba van Beyeren beloven hun moeder Margriete van Bourgondië en hun Raden schadeloos te zullen houden en verbinden hiertoe hun tollen in Holland en Zeeland. De Raden zijn: Willem van den Berge, Gheryt van Poelgeest, Florys van Tol, Jan van der Bouchorst, Reynout van Brakel, Dirc van Santhurst, Claes van Diepenberth, Geryt van Bennenbroek, Jan van Dorp, Adriaen v Mathenesse, Willem van der Does, Costyn van der Does,Philips die Blote; Jan Eggert; Wolfaert van der Duyn; Dirc Saij van der Bede [= Lede], Harman Beyntjer; Lourens van Overvest; Willem van den Couster en Jacob Leen, die zich borg gesteld hebben voor de steden Haarlem, Delft, Leiden, Amsterdam en Gouda voor 2000 nobels jaars en die deze ten behoeve van de hertogen verkocht hebben aan lijfrenten
Hooft | 1289-02-23
De Fremery no 255
Achternamenindex
Catharina vrouwe van Voorne bekrachtigt de belening van het ambacht Over-Sliedrecht, door haar minderjarige zoon Gerard aan Hendrik heer van de Lecke, ridder, gedaan, in tegenwoordigheid van de graaf
Heynric van Naeldwyc, Diederyc van Vorne, Costyn Heynric Hoeftsz, ons soens manne