19174 resultaten

Dier | 1332-02-06/04

Van Mieris II p 510
Achternamenindex

Jan Dier, Hughe Jansz, Jacob Jansz,Hughe Jacobsz, Gillis Hughenz, Hughe Gillisz, Hughe Yenz, verwanten van Hughe Bartholomeusz die doodgeslagen is te Vere, krijgen een vergoeding van 60 £ Tourn

Dier | 1334

Rek Rentmeester Noordholland p 199
Achternamenindex

renten in Noordholland: in Pinackerambacht, in die Leede: Dier Hughenz 12d

Dier | 1334

Rek Hen Huis I p 176
Achternamenindex

ontvangsten in Noordholland: de renten in het Hagheambacht: Gheret Dier 2d

Dier | 1334

Rek Hen Huis I p 187, 188
Achternamenindex

ontvangsten van lammegeld, hofstede- en landhuur in Delfland: van het poorters land binnen Delft: - Gheret Diers weduwe 26 sc 4d 2 miten; - Pouwels Tedemansz 20 sc por 20d

Dier | 1357

Van Brandeler: Wapens Magistraten Amsterdam p 10
Achternamenindex

burgemeester van Amsterdam: Jan Dier, schepen in 1365, met zijn zegel

Does, van der~ | 1635-05-19

G.A.Amsterdam DTB 765 fol 35
Achternamenindex

huwelijk Amsterdam: te Weesp ingetekend: Reijnier Hercksz van der Does [Doos?], Spaense stoelmaker, wonend in de Annenstrate en Lammertie Mathews, wonende te Weesp. Hij tekent: Reijniers Harck. "puije"

Dort, van | 1771-05-07

Arch Ouderkerk a/d Amstel
Achternamenindex

windbrief voor Mathijs van Dort, van Ouderkerk, voor een snuiftabak en cementmolen, in de Rondenhoeppolder aan de Amstel binnen den ambacht van Ouderkerk

Deze, van | 1388

De Raadt I p 375
Achternamenindex

Lambert van Deze, gerechtsman, zegelt een akte van de baljuw van Salland

Heyden, van der | 1394, 1395. 1400, 1403

De Raadt II p 469
Achternamenindex

Chrétien van Rincbergh (Rimburg, uit Merode), chevalier, reçoit une rente sur Maestriecht; il append son sceau aussi à un acte dont nous avons oublié d'annoter la date, et qui l'appelle: Kersthen van Rengberghe, ritter, heere zu der Heyden, châtelain de Roede (Rolduc)

Zaenden, van | 1404-03-11

G.A. Alkmaar Klooster Oude Hof no 15 (in dorso no 4)/naar Vangassen no 255 p 134
Achternamenindex

Claes van Saenden Willemsz erkent dat "den baghinen den eyghendom toebehoirt van der muere en van den erve daer die muer op staet die strect twischen den baghynhove ende der hofstede die hair Gheryt van Delf zijn broeder ruemede metter doot mar dat die timmering die hair Gheryt op ter muer hadde doen timmeren sal blijven staen ende dat men in der tymmering gheen op en vensteren houden en sal thegen den baghynhove"