32799 resultaten
Dorcout | 1380-1390
Codex Dipl Neerl serie 2 dl 2 p 206
Achternamenindex
klachten van de heer van Vianen tegen de heer van Arkel: "item soe is ghecomen meyster Aernt Dorcout, reyntmeister des heren van Arkel, ende dat siin brodighe ghesinne is, ende anders een deel ondersaten des heren van Arkel, die die kerke in Heicoep ende een deel der huse afscieten, ende sloeghen daer doot 2 man ende ene man al lam, ende namen daer Peter Martiinssoen ende een deel miinre ondersaten laken ende ander goet, eer sij ontseyde vyant waren"
Swieten, van | 1370-09-09
Reg Rotterdam en Schieland no 944
Achternamenindex
Daem van der Duyn heeft opgedragen aan Dirck van Swieten de helft van een weer land
Stecke | 1470~
Quellen Stift Xanten p 501, 504
Achternamenindex
Stiftshöfe in Rindern: achter Ryneren tussen der lantweren end den dorp Ryneren een stuck land, daer die alde straet doer geet, gelegen mitter eenre syde lanx lant dat Roesselen, end dat nu is Wilhelmus van Ophuysen, ende mitter ander eynde allanx Goessen Stecken land"; Goessen Steck of zijn zuster, belending aldaar
Dale, van | 1353
Batavia Illustrata bl 1167
Achternamenindex
genoemd: Diderik van Dale, hoveling van Willem V; … van den Dale uit Brabant; Pieter van Daal, heer van Lillo en Berlaar, begin 17e eeuw x Margaretha van de Werve
Zaemslach, van | 1330
De Raadt III p 294/Chap Notre Dame, à Courtrai; CCB Acquits de Lille 1.42
Achternamenindex
Philippe van Zaemschlacht, chevalier; 1431-1435: Jehan de Saemslach donne au bailli de Bruges des quittances relatives aux gages de Denis del Porte, chapelain du duc de Bourgogne, dans son hotel à Bruges
Wilde, de | 1424~
Rechtspraak Graaf van Holland dl II p 60, 61/Memoriale XVI ingeschoven in fol 142
Achternamenindex
vervolg II: "item een ander clage als dat Aernt voirn. gecomen is met vergadering van mannen ende heeft Jan Jacob, mynen oem, daer hij een scout van Alcmair was, ter doot gequetst over een vrede die binnen 4 uren gemaect was, dair hij van die quetsinge doot gebleven is en mynen lieven genadigen heer van Bourgongien en synen Hogen Raet niet en ontsiet van der groter misdaet die hij daer an misdaen heeft. Ende lieve heer Roelant [van Uytkerke], want dese Aernt die Wilde veel andere feyten gedaen heeft, die men u wel onderwysen sal, soe bid ic u vriendelic om God ende om genade, dat ghij dese saken wilt berechten want ic dez niemant te clagen en weet dan u, want ghij ruwairt van dese lande van myns genad. heren wegen ghesett sijt"
Byland, van | 1373, 1393, 1395
De Raadt I p 255/Düss Clèves Mark no 413, 580, 581
Achternamenindex
Othon van Bijlant scelle un acte de son frère Gerard, qui à pris en fermage, du comte de Clèves, zinen Kijfweert, op 't gene zide des Waels, beneden sinen halve deen Heyn van den Dike plach to bouwen; 1393: Henri van Bylant, canoine de Cambrai; 1395: Jean van Bilant scelle des acte du duc de Gueldre; 1395: Othon van Bylant, se porte garant pour le duc de Geldre
Oem van Wyngaarden | 1468-02-04
Coll Aanw 238 fol 217, 232v/Memorien Hof van Holland
Achternamenindex
Tyelman Oem van Wyngaarden int voor Willem Deym, "crank van sintzen/sinnen", de renten van 50 £ op Delft en 40 £ Leiden, die deze van wijlen zijn vader Jan Deym geerfd had, de weduwe en erfgenamen willen dit nu zelf doen (fol 217); 1468-02-11: dit wordt toegestaan op borgtocht van Dirc Pelle Gysbrechtsz van Waetselaer (fol 269v); 1468-02-05: volmacht op Tylman
Wyffliet, van | 1374
De Raadt IV p 65
Achternamenindex
leen van Philippe [?] van Tudekem: "drie dachwant lants liggende bynnen den byvange van Tuydekem ende den wijndt van eenre wintmoelen op een halff buender eygens, dat driessch is, dair die voorscreven wintmoelen opgestaen heeft, liggende tusschen die erven wijlen Petes Wyfflet aen deen zyde, ende wijlen Jans van der Borch erve, aen dandere, streckende mitten eenen eynde aan die heerstrate van Wezemale te Herent weert gaende"
Boekel/Bokel | 1323-12-11
Reg Rotterdam en Schieland no 317
Achternamenindex
Adolf bisschop van Luik, verklaart dat voor hem terecht zittende in de tuin van zijn paleis te Luik, verscheen heer Johans de Chierf, ridder, die een brief deed lezen dat Johans del Donc, die van den bisschop van Luik de tienden der kerk van Ramesdonck met toebehoren in leen hield, huwde met Maha (Machteld) tevoren vrouw van Leo de Tule en moeder van Jehan le Voweit (Voogd), bij welke vrouw Johan del Donc een dochter (Machteld) verwekte, die haar vader en moeder overleefde en voor wie Williames de Uter Nesse, broer van Johan del Donc, als voogd dit leen ontving, dat deze dochter is overleden en Johan del Donc geen andere kinderen had, waarop Johan le Vouweis het gezegde leen heeft verzocht, dat hiertegen Thieris Boecle, heeft aangevoerd dat dit leen op hem was vervallen omdat hij een bloedverwant was van genoemde Johan del Donc, zijnde hij toch diens broeders zoon, en dat na lezing van deze brief, overeenkomstig het gevoelen van Johan le Chierf vonnis is gewezen ten gusnte van Johan le Voweis
Uytternesse