29967 resultaten

Does, van der | 1427

Stadsrekening Leiden I p 161, 162
Achternamenindex

dit zijn degenen die geld geleend hebben tot de reijse voir die Eem: Heynric van der Does 5 scilde, Dirc van der Does 5 scilde

1e zijtak

Heyden, van der | 1415, 1418

De Raadt II p 54
Achternamenindex

1415: Jean van der Heyden, tuteur gemaakt door schepenen van Joes Roegiers kind; 1418: Bernt van der Heyden dit Rijnsche, homme du duc de Clèves comte de la Mark; 1418: Simon van der Heyden, homme du duc de Bourgogne, dans la seigneurie de Cruybeke

Dorcout | 1380-1390

Codex Dipl Neerl serie 2 dl 2 p 206
Achternamenindex

klachten van de heer van Vianen tegen de heer van Arkel: "item soe is ghecomen meyster Aernt Dorcout, reyntmeister des heren van Arkel, ende dat siin brodighe ghesinne is, ende anders een deel ondersaten des heren van Arkel, die die kerke in Heicoep ende een deel der huse afscieten, ende sloeghen daer doot 2 man ende ene man al lam, ende namen daer Peter Martiinssoen ende een deel miinre ondersaten laken ende ander goet, eer sij ontseyde vyant waren"

Does, van der | 1469-10-20

R.A.H. Coll Aanw no 60 fol 13/Inv Gasthuizen Leiden regest 763, 776 en 780
Achternamenindex

Florijs van Cralingen beleent jvr Janne van Amerongen Dirx weduwe van der Does met een stuk land te Ysselmonde, dat zij aan hem heeft opgedragen, daar zij nagelaten schulden heeft van haar man en kinderen; zij krijgt de vrije eigendom van de helft van 18 morgen etc in het ambacht van Leiderdorp, die Dirck van der Does en zijn voirsaten van hem gehouden hebben, belend noord: de Lantkae, zuid: de Cartuysers van St Geerdenberg; 1471-02-05 (1470): dit ontslag uit het leenverband bevestigd door hertog Karel; 1471-04-19: waarbij jvr Janna en Florys van Wyngairden dit land overdragen aan gasthuismeesters

hoofdtak

Berthout | 1272-01

Navorscher 1902 bl 520/ Buthens Trophée II bl 137
Achternamenindex

Imaine dame de Maelstede, veuve de Henri Berthout, fonda une chapellenie dans le monastère des religieuses victorines de Malines [Mechelen]

Maelstede, van der | 1272-01

Navorscher 1902 bl 520/ Buthens Trophée II bl 137
Achternamenindex

Imaine dame de Maelstede, veuve de Henri Berthout, fonda une chapellenie dans le monastère des religieuses victorines de Malines [Mechelen]

Duvenvoorde, van | 1291-07-16

v.d. Bergh II no 779
Achternamenindex

Beatrys gravin van Holland, Ghisebrecht van Amestel, Willaem van Egmonde, ridder, en Philips van Duvenvorde baljuw in Kennemaerlant oorkonden dat "de Kenemaren ende die Vriesen hebben ontfaen van den abbet van Egmonde ende van den menen convent, al dat land dat si hadden te Scaghen metten dike die daer toe behoert in deze manieren, dat si ende hare nacomelingen ewelike dien dyc delien sullen met tien lande"

Egmond, van | 1291-07-16

v.d. Bergh II no 779; De Raadt I p 414
Achternamenindex

Beatrys gravin van Holland, Ghisebrecht van Amestel, Willaem van Egmonde, ridder, en Philips van Duvenvorde, baljuw in Kennemaerland oorkonden dat de "Kenemaren ende die Vriesen hebben ontfaen van den abbet van Egmonde ende van den menen convent, al dat land dat si hadden te Scaghen metten dike die daer toe behoert in deze manieren, dat si ende hare nacomelingen ewelike dien dyc delien sullen met tien lande"

Amstel, van | 1291-07-16

v.d. Bergh II no 779
Achternamenindex

Beatrys gravin van Holland, Ghisebrecht van Amestel, Willaem van Egmonde, ridder, en Philips van Duvenvorde baljuw in Kennemaerlant oorkonden dat de Kenemaren en die Vriesen hebben ontvangen van den abt van Egmonde en van het convent, "al dat land dat si hadden te Scaghen metten dike die daer toe behoert in deze manieren, dat si ende hare nacomelingen ewelike dien dyc delien sullen met tien lande"

Woude, van den | 1381-02-15

Van Mieris III p 366, 367
Achternamenindex

hertog Albrecht doet uitspraak over de doodslagen te Haarlem: - van Claas Mathysz quetsinge 12 £, dit sullen ghelden Roelof Bertoutsz van den Woude, Albrecht Gerrit Bertoutsz en Bertout de Coster, elk voor een derde; - quetsinge van Dirx van den Woude "sullen Ysebrant van Sparrewoude ende Heynric Pontiaen maken een beloken hant, ende zweren ten heyligen dat si hem ende sinen maghen daermede ghebetert hebben met dien dat si daer in brengen sullen ende oflaten; want si int openbaer niet bedreghen en zijn"

Haarlem