10067 resultaten
Zaenden, van | 1423-1424
Rek Rentmeester Kennemerland bijlage
Achternamenindex
Duve Jan van Sanen betaalt visserijgeld van 64 ½ geers in Winkel
Dever | 1443-02-05
Inv Arch Medemblik 1915, Inv no 297 regest 52
Achternamenindex
de broers Baertout van Assendelff, ridder, en Dirc van Assendelff, ooms van Derc van Sandhorst, keuren goed de verkoop van het land den Uiterdijk gelegen vóór het huis te Medemblik aan Jan Dever van Mynden door Dirc van Sandhorst voornoemd, en dragen alle recht dat zij op het goed hebben, over aan Jan Dever van Mynden
Deen, de | 1400
Rek Rentmeester Kennemerland 830 fol 9v
Achternamenindex
Aernt die Dene: van de tienden van Yponthove die Cleef hiet, van 1399 20 £
Deen, de | 1282-11<
De Fremery no 228
Achternamenindex
lenen ten tijde van Floris V: no 83) Albrecht Willems Denenz houdt in leen 2 morgen en de woning, 2 morgen in de Rietmade, te Monster of 's Gravesande
Deen, de | 1343
Rek Hen Huis II p 32
Achternamenindex
ontvangsten rentmeester Noordholland, van landhuur in Cameric: heer Willem die Deen 3 viertel land 4 £ 5 sc
Sloet, van | 1350~
Goederenlijst Marienweerd/Cartul Marienweerd p 361
Achternamenindex
goederenlijst Marienweerd: in Gravia: 5 £ censibus ex domo dicta Vinearia, met latere hand ± 1415: hunc censum alienavit dominus Theodericus de Welderen, abbas, et Johannes de Sloet, prepositus in perpetuum; in Nysterle duos modios cum dimidio siliginis, ± 1415: vendiderunt Theodericus, abbas, et Johannes Sloet prepositus
Diest, van | 1232, 1235
De Raadt I p 381
Achternamenindex
Arnoldus de Diest scelle avec Jean dit Brine de Diest, frère de Gerard de Diest, tous deux fils de Gerard; 1236: Johannes dictus Briene, dominus de Nederlintre, de l'aveu de sa mère donne à l'abbesse du Val des Vierges; 1272: Johannes dictus Brien dominus de Inferiori Lintere scelle un acte de Gerardus de Binckem dominus de Lintere superiori; 1282: Aelis de Diestre dame de Cysoing, femme d'Helliu sire de Cysoing ber de Flandre; 1286: Arnould de Diest et sa femme Elisabeth; 1286, 1289: Gerardus de Diest filius Arnoldi de Diest, castellani antwerpiensis et Elyzabeth uxoris sue
Oostende, van | 1463-04-19
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 377, 377v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt beleent Willam die Vreze van Oestende en zijn broer Jan Oestende binnen jaar en dag na dode van hun vader Willam van Oestende, met de helft van ⅔ deel van de tienden die Jan de bastaard heer Vranckenz [van Borssele] hield, gelegen in de parochie van Welsinge, waarvan de abt van Middelburg een deel bezit en Willem van Oestende het wederdeel, pacht 6£ zwarte per jaar; en met ⅓ deel van alinger riende in de parochie van Welsinge, waarvan ⅓ deel aan de abdij van Middelburg toekomt, en het 3e deel aan de abdij St Paulus, pacht 6£ zwarte; "ende dese twe brueders en sellen dese tyenden bij horen live nyet versueken mitter lediger hant"; Willem van Oestende heeft zijn ⅓ deel overgegeven aan Joost van der Ameijde en zijn broers
mannen: Zoude van Rijn, Goesen van Voerde
Mije, van der | 1437-12-14
Inv Arch Medemblik 1915 regest 42
Achternamenindex
Dirc van Santhorst treft een overeenkomst met zijn neef Jan van der Mye en Jacob heer Jansz over zeker uiterdijks land gelegen vóór het kasteel van Medemblik, in het bezit van eerstgenoemde en reeds ten dele (voor 44 morgen) door laatstgenoemde bedijkt. Dirk houdt aan zich de tienden van al het bedijkte land, de hoge en lage heerlijkheid en het dijkgraafschap en bepaalt dat het overgeblevene van de uiterdijk vóór 5 augustus eerstkomend bedijkt moet zijn en dat van al het bedijkte land ⅕ deel hem zal toebehoren, geheel vrij van dijks-, sluis- en andere lasten
zegels van Dirck van Sandhorst en Jan van der Mye
Sandhorst, van | 1437-12-14
Inv Arch Medemblik 1915 regest 42
Achternamenindex
Dirc van Santhorst treft een overeenkomst met zijn neef Jan van der Mye en Jacob heer Jansz over zeker uiterdijks land gelegen vóór het kasteel van Medemblik, in het bezit van eerstgenoemde en reeds ten dele (voor 44 morgen) door laatstgenoemde bedijkt. Dirk houdt aan zich de tienden van al het bedijkte land, de hoge en lage heerlijkheid en het dijkgraafschap en bepaalt dat het overgeblevene van de uiterdijk vóór 5 augustus eerstkomend bedijkt moet zijn en dat van al het bedijkte land ⅕ deel hem zal toebehoren, geheel vrij van dijks-, sluis- en andere lasten
zegels van Dirck van Sandhorst en Jan van der Mye