Hamersveld, van | 1459-08-14

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 163v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jacob Jan Jacobsz.z draagt op de eigendom van: 8 dachmaet land in het gerechte op Zeldert, belend 2 dagmaat: west: Wouter de Beer, oost: Jacob Jansz, 6 dagmaat: beleend oost: Peter Lubbertsz, west: de zusters van St Agatha te Amersfoort; vervolgens wordt Claes Hamertveld hiermee beleend, na zijn dood te komen op Aernt Claes Hamertveltz, "also verre als Claes de 8 dachmaet lants after hem liet ende anders nyet"; in het jaar 1459 gaf Jacob Jan Jacobsz 8 dachmaet land over, dit ontving Aernt Claes Hamertveltz

mannen: Zoude van Rijn, Peter van Sconenburch

Hamelenberge, van | 1461-06-23

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 87v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johannes Claeuwert oorkondt dat Mechtelt Jansdochter van Hamelenberge na dode van haar vader Jan beleend is met de hofstede met huizing die erop staat, met 2 enghen en met de camp achter de hof, en het ⅓ deel onderdeijlt van 4 campen land: de Stocmaet, de Oude Weyde, de Nyencamp en de Hoemaet, geheten het goed tot Hamelenberghe; haar man Pouwels van Malsen doet hulde en eed voor haar

mannen: Jan Stevensz, Jan van Zaertse

Hamelenberge, van | 1466-06-24

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 93

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Dirc Albertsz wordt na dode van zijn moeder Weyndelmoet van Hamelenbergh beleend met de helft van een stuk land geheten dat Spijtgen [te Soest], onderdeylt met Garbrant Petersz, strekkende van der Scutterlande in die Eem, belend zuid: Lambert Pijll met dat Nijlant, noord: Vranckencamp; te houden tot een goed onversterfelijk erfleen, "also hij ende sijn voorvaders dit selve lant rustelic ende vredelic beseten hebben gehat dat ⅓ deel van 100 jaren"; het verzuim van het leen niet binnen jaar en dag na dode van zijn moeder verzocht te hebben, wordt hem kwijtgescholden; "habet nunc Gheret Jacobsz en Hyldegont sijn wijf per resignationem Stevens van der Burch ad quem iiic pertinebat, et de consensu Gysberts Dirck Aelbertsz"

mannen: Jan van Amerongen, Gysbert Henricsz

Heeze, van | 1465-11-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 179

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Peter Tymansz van Heesse draagt over een stuk veen gelegen tot Heesse, strekkende van den harden noordwaarts 100 roeden lang an Peter Willamsz ende Jutte Geryt Kriex, belend oost: het klooster in die Birckt, west: Gerijt REijersz; vervolgens wordt Evert Petersz van Heesse ermee beleend, en met nog een stuk veen strekkende van den harden aan Buchtmeer, belend oost: Michiels erfgenamen onder die Gaerd te Utrecht, west: Roelof van Baern

mannen: Peter Dyer, Henric van Duven

Horst, van der | 1466-03-22

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 192v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Aernt van der Horst daagt op de helft een ½ hoeve land gelegen tot Heesse, met bos, meent en utslach, dat hij met Peter Jansz gemeen had, en hen aanbestorven was bij dode van zijn oudemoeder jvr Lysbetten van Wee[de], behalve de lijftocht voor zijn vrouw Gongerat, tbv zijn zoon Pouwels van der Horst

mannen: Peter van Zuylen van Koelenberch, Jacob Stevensz, Evert van Heesse

Hamelenberge, van | 1467-05-09

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 196

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gysbert de Wolff van Hamelenberch draagt op tbv zijn zoon Dirc van Hamelenberch, alle lijftocht die hij had aan ⅓ deel, onderdeylt van 4 campen land, gelegen tot Zoes bij den goede te Hamelenberch, geheten: de Stocmaet, de Nijecamp, de Oude Weyde, de Hoetmaet, die Dirc in leen houdt; zijn dochters Mechtelt, Korstijn en Cornelis, die hij heeft bij zijn vrouw Angniese Gerytsdochter van Hensbeeck, met Jan van Lewen en Jacob Henricsz als mombers, afstand tbv van hun broer Dirc, elk van 1 Eng nobel per jaar rente uit dit leengoed; vervolgens draagt Dirc van Hamelenberch dit leen van ½ van ⅓ deel van deze 4 campen, over tbv Pouwels van Malsen, die ermee beleend wordt; "Pouwels is doot ende dit heeft ontfangen Jan sijn soen"; op dezelfde dag wordt met de andere helft van ⅓ deel van deze vier campen beleend Aernt Knoep, na opdracht van Dirc van Hamelenburch

mannen: Henrick de Wit, Jan van der Anxter, Tyman Mouwer van Heersel

Hamelenberge, van | 1467-05-09

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 196v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Geryt van Hamelenberch Gysbertsz, met zijn mombers Jan van Lewen en Jacob Henricsz, draagt op een erve gelegen tot Zoes mitten camer en husinge soe die nu betimmert staet, strekkende van de brinck in die Eem, zuid: Henric Jacob Goedenz, noord: het convent in de Birckt; vervolgens wordt zijn broer Dirck van Hamelenberch ermee beleend, behalve de lijftocht van Dircs vader Gysbert van Hamelenburch; "item filia Agnes habet"

Hamersveld, van | 1467-05-12

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 469

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Lambert Hamertvelt geeft zijn broer Harman Hamertveld tot een lijfrente 18 R gouden gulden per jaar zo lang hij leeft, te betalen uit een stuk land gelegen tot Zoes, geheten "die Grote Camp", die Lambert in leen houdt

mannen: Gerijt van Rijn Zoudenz, Rutger Jacob Tymansz

Hooft | 1467-10-15

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 295v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jacob Hoeft Lumensz droeg op de vrije tijnsweer van ½ van 32 dachmaet land gelegen in der Duyst, belend te Wyscoten Lambert Hoeflair, en richting Amersfoort: Vrederic van Drakenborch; de abt verleent Lumen Jacobsz ½ van deze 32 dachmaet, warvan Jacob de andere helft heeft, tijns 6 oude Vls gr per jaar in onser hove tot Emminclaer bij Amersfoort; "dit heeft Luman cum fratribus et sororibus apud dom. Jacobum de Stege fol 35"

tijnsgenoten: Lumen Reyersz, Jacob van Geijn

Horst, van der | 1468-07-18

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 184v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Pouwels Aerntsz van der Horst daagt op: 1) de helft een ½ hoeve land gelegen tot Heesse, met bos, meent en utslach, dat hij met de nakomelingen van Peter Jansz gemeen had, en de lijftocht van zijn vrouw Gongeraet; Evert Petersz van Heesse draagt over: 1) een hofstede gelegen tot Heesse, die de broers Jan en Gysbert Evertsz toebehoorde, oost: Gysbert Evertsz met een gemene wech, zuid: een gemene wech, west: mr Reijer van Lodesteyn, noord: de gemeente van Heesse; vervolgens wordt hiermee beleend heer Jan van Deutijnchem, rector van het clerchuys St Johan tot Amersfoort, hulde en eed doet: Aelbert Dyer

mannen: Geryt van Rijn Soudenz, Peter van Zuylen van Koelenberch, Henrick die Wit