Campe, uten | 1357-11-21

De Raadt II p 172/Chartes Ducs de Brabant no 1541

Achternamenindex

Jean uten Campe reçoit du Brabant, 70 vieux écus, pour deux chevaux usés dans la guerrre contre le comte de Flandre; 1375: Jean van den Campe en zijn broers Arnould en Gilles, allen prisonniers à Basweiler; eind 14e eeuw: Jan van den Campe, homme du duc de Hollande

Herlaer, van | 1475-10-21

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 105

Achternamenindex

Gilles Menijes, burgemeester van Antwerpen als voogd van de kinderen van wijlen zijn dochter contra Jehan de Saint Gery, voor zijn vrouw Marguerite de Herlaer, eerste aanleg. Zaak reeds eerder voor schepenen van Mechelen; verschuldigde termijnen van grondrente, gevestigd op goederen te Hombeek; verweerder veroordeeld tot betalen van de verschuldigde termijnen

Huncherange, van | 1359

De Raadt III p 281, 247/Namur no 856

Achternamenindex

Jean sire de Rodemachern, chevalier, relève un fief du comte de Namus; Gillis de Rodemachern, seigneur de Chestepierre, fils de Jean; noble homme sire Jean, sire de Beirewart, chevalier, cousin dudit Jean; Gilles sire de Roussy, ami et cousin dudit Jean; Thierry sire de Honckeranges, chevalier, cousin dudit Jean, allen met wapen beschrijving

Eys, van | 1361, 1368, 1374, 1377, 1552

De Raadt I p 420

Achternamenindex

Gilles van Eys reçoit une rente du Brabant. 1368: Jean van der Eese, reçoit un paiemant de sire Bryn van Crayenem, écoutète de Bois le Duc. 1374: Arnold van Heyse, jadis prisonnier à Basweiler sous le sire de Withem (la terre d'Eys est située près de Wittem); Jean van Eise idem. 1377: Simon van Eisde, jadis prisonnier à Basweiler, sous l' écoutète de Maestricht. 1552: Herebrecht van Eysse dit Buesdal seigneur de Brusthem

Campe, uten | 1383

Ned Leeuw jg 1913 p 308

Achternamenindex

vermeld: heer Jan uten Campe, ridder, in het land van Altena tegelijk vermeld met Arnt van der Eyke; hij was dezelfde als heer Jan van der Camp vermeld 1391; 1388: drossaard van het land van Breda; 1393: diens huis en boomgaard verwoest door hertog Albrecht; 1396: hij en zijn broer Gillis uten Campe krijgen vergiffenis; Gilles had een zoon Gillis die 1438-10-09 overleed en de heerlijkheid Waardhuizen aan zijn dochter jvr Geertruid uten Campe naliet

Beth | 1627-09-16

Not Arch Amsterdam 395 fol 246, notaris Nic Jacobs

Achternamenindex

Gilles Jansz Beth ter ener- en Pieter en Henrick van Breugel, nagelaten zoons van wijlen Machtelt Willems, in die kwaliteit erfgenamen van wijlen Willem van de Bosch en Aeltgen Cornelis, haar resp. vader en moeder, grootvader en grootmoeder. De voorn. Gilles Beth voor de ene helft en vorn Breugels voor de ander helft, approberen de scheiding gepasseert voor notaris Jacobs dd 1618-03-24, maar dat daarin onverdeeld gebleven zijn de navolgende vaste goederen: 1. huis en erf "de Gulden ploegh" op de O.Z.Westervoorburgwal, op de hoek van de Pylsteeg, met een woning daarachter. 2. huis en erf genaamd "de Gulden Sleutel" op de hoek van de Verwerstraat op de Verwersgracht, met een huisje daarachter. 3. twee huizen en erven, naast elkaar op de noordzijde van de Leliestraat. 4. de helft van een huis, zijnde 2 woningen onder één dak, genaamd "t Roode Tonneken", op de O.Z.Westervoorburgwal op de hoek van t Schoutensteegje. 5. een huis in de Papenbrugsteeg, genaamd "t Morinneken" . 6. een huis en erf op Uylenburch, gekomen van de heer burgemeester Frans Henricksz Oetgens. Zij gaan over tot verdeling

Amsterdam

Berkenrode, van | 1630-09-03

Not Arch Amsterdam 401 fol 220 notaris Nic Jacobs; G A 436 fol 128

Achternamenindex

huwelijksvoorwaarden van Cornelis Florisz van Berckenrode, jonggezel, geassisteerd met Balthasar Florisz van Berckenrode, zijn broeder, Standts Gerritsz zijn schoonbroer en d'Ed Gilles Jansz Beth, raed deser stede, sijn consijn, en d'eerbare Susanna Florin, geassisteerd met Anthony Florin, haar vader, Philips en Gillibert de Flines, haar ooms en Adriaen Claesz, haar behuwdoom. Huwelijk: Cornelis Florisz van Berckenrode van Delft, 22 jaar geen ouders hebbende, geassisteerd met zijn broer Balthasar Florisz, wonende op de Egelentiergracht, plaetsnijder en Susanna Florijn Anthonis van Amsterdam met haar vader, wonende in de Verwerij

Maelstede, van der | 1305-08-30

Reg Hann p 14, Van Mieris II bl 50

Achternamenindex

graaf Robert van Vlaanderen en zijn mannen beloven heer Gillis van Cruininghen en heer Gherard van der Maelstede weer in graaf Willems gevangenis te zullen leveren, als zij niet bewijzen op de dag van hun gevangenname bondgenoten van Vlaanderen te zijn geweest of 320 £ rantsoen betalen. 1305-09-01: Willem van Mortainge en Jan Bausses van Bonssoy verklaren dat Gilles van Kruiningen en Gerard van Maalstede zich borg gesteld hebben voor hun losgeld en op de afgesproken tijd zich weer in de gevangenis zullen melden

borgen: Willem van Mortainge, heer van Dossenies en Jan Bausses heer van Bonssoy

Cruyningen, van | 1305-08-30

Reg Hann p 14, Van Mieris II bl 50

Achternamenindex

graaf Robert van Vlaanderen en zijn mannen beloven heer Gillis van Cruininghen en heer Gherard van der Maelstede weer in graaf Willems gevangenis te zullen leveren, als zij niet bewijzen op de dag van hun gevangenname bondgenoten van Vlaanderen te zijn geweest of 320 £ rantsoen betalen. 1305-09-01: Willem van Mortainge en Jan Bausses van Bonssoy verklaren dat Gilles van Kruiningen en Gerard van Maalstede zich borg gesteld hebben voor hun losgeld en op de afgesproken tijd zich weer in de gevangenis zullen melden

Polanen, van | 1450-04-15

A.R.A. Leenkamer no 274 fol 400, 275 fol 956v e.v./Ned Leeuw jg 1938 p 198

Achternamenindex

na dode van Johanna heer Dierck dochter van Egmondt wordt haar zoon Adriaen van der Leck beleend met "die hoffstadt ter Doortoge" in het ambacht van Monster en 5 ½ morgen in hetzelfde ambacht, die Haestigen vrouw van Arent Huygenz in huur had, en 67 geersen land gelegen in de ban van Nieuwer Niedorp; na Adriaen's dood vererven de goederen op zijn zuster Gilles van der Leck, daarna op haar dochter Aleyt van Kyffhoeck, en dan op haar zoon Gerrit van Assendelft, vervolgens kwam het aan het geslacht van Renesse van der Aa