Egmond, van | 1317-01-25 (1316)

A.R.A. copie Leenkamer 1 fol 3v en 4/EL 6 fol 2v; Van Mieris II p 167

Achternamenindex

graaf Willem verklaart dat Jan van Rosenburch, zoon van heer Simon van Benthem, van hem gekocht heeft de visserij te Ysselmonde, de graaf aanbestorven door het overlijden van Jan uter Wyc [= Jan van Egmond uter Wike. De Egmonds bezaten meer rechten aldaar, vgl anno 1201 Albrandswaard], welke visserij ligt binnen deze palen: van Ysselmonde westwaarts voorbij Scoenreloe tot aan de visserij van de heer van Voirne en oostwaarts van Ysselmonde tot aan het Oirvairs, dat van Troveijs de zoon van heer Vriese van der Mie is, en tot aan de visserij van Alaird Trudemanssoen, en dat hij deze visserij in erfleen heeft gegeven aan genoemde Jan en aan diens echtgenote jvr Adewijn

Ramp | 1406-04-03

Arch Nassau Domeinraad dl I stuk 5 p 7

Achternamenindex

leen van Leck en Polanen te Alphen: no 18) 3 morgen land oostwaarts grenzend aan het land dat Dirck Vockensz in leen heeft; 1332-04-07: Dirk van Leeuwen; 1406-04-03: Gerrit Engbrechtsz; 1433-03-18: in eigendom gegeven, in plaats van een hofstede met huis (zie no 19) dat weer tot leen wordt gemaakt, waarmee Ysbrant Geryt Engbrechtsz al in 1431 beleend werd; 1431-02-14: leen no 19) een hofstede met huis, belend oost: de Goudtkade, west: de Goude, tot leen gemaakt door Ysbrand Gerrit Engelbrechtsz in ruil voor 3 morgen no 18); 1524-06-10: Engelbrecht Willemsz Ramp na dode van zijn vader Willem Enghebrechtsz Ramp; 1569-03-09: Adriaen Cornelisz, na opdracht door mr Dirck Engbrechtsz Ramp

Heye | 1408-08-07

Arch Nassau Domeinraad dl I stuk 5 p 83, 84

Achternamenindex

leen van de Lek en Polanen: Maasland no 239) een woning met heemwerf en 3 ½ morgen land, oostwaarts grenzende aan de Gade: Willem Heije; no 240) de woning met heemwerf en timmering waar Willem Heijens vader op woonde en 9 à 10 morgen land, Symons Willem Heijenz, Airnt Symonsz; 1412-05-01: dezelfde geeft zijn vrouw Jacob Outlantsdochter als lijftocht de helft; 1432-11-10: Symon Aernt Symonsz.s.s.; 1463-09-02: Symon Heije Aerntsz; 1472-06-01: Willem Heij Jansz na dode van zijn broer Willem Pijn; 1474-06-20: dezelfde krijgt de belofte van graaf Jan van Nassau, dat deze geen ander met dit goed zal belenen, hoewel hij daartoe gerechtigd is wegens de bastaardij van Willem Heije Jansz; 1511-02-28: Jan Heuter, schout van Delft, na opdracht door Willem Heij Jansz

Cats, van | 1314-06-24

Cartul Marienweerd no 153, 154, 158, 159, 160, 165; Nyhoff: Gesch Gelderland I no 69, 155/Matthaeus Analecta III p 484 en 591 noot

Achternamenindex

Ghisebrecht van Cats, knape, geeft aan Marienweerd een hoeve land gelegen in de overste hoefslach in Paveye oostwaarts tot aan die Hudsmere, tiendvrij. Deze hoeve heb ik hem gegeven "in rechter moetsoenen van erve ende van tienden die si van der herscap van Kuyc in Paveyen en Rietveld hadden". Toen hij dit deed, was hij ongetrouwd; 1315-02-24, 1315-06-24, 1315-07-25: leen van Jan here van Cuyk; 1315-11-11: Ghysbrecht van Cats draagt dit leen over aan Marienweerd. Reeds op 1300-03-18 verzocht Hubert Schenk heer van Culenborg de graaf van Gelre de abdij te handhaven in haar rechten op deze tienden, die door de graaf aan Marienweerd waren geschonken, blijkt uit brief van 1314-06-30 van Jan van Boesinchem; Ghiselbertus de Catze wordt als belanghebber genoemd

Wateringe, van der | 1374-1375

F.J. Landsman: Het Ambacht Vlaardingen, bijlage III

Achternamenindex

lenen van heer Albrecht van der Wateringen, na de dood van zijn vader Jan, en betwist met zijn zwager heer Gherid van der Maelstede: - het huis ter Wateringhe, met het ambacht, - de tienden in den Hoec, - 25 morgen in de Poel te Wateringhe, te weten het oude hof, 5 morgen 2 campen, 8 morgen op het Leemt, 10 morgen oostelijk van de boomgaard, 2 morgen, samen 25 morgen; - in Haecscamp 27 morgen, - 22 en 7£ die heer Gherit aan de heer van Teylinghe verkocht, en hem er Rodenweer voor opdroeg, - het goed van zijn oom heer Vrederic, de Molenweer en 3 weren oostwaarts, - het goed op Winendael, ook van heer Vrederic, - het ambacht Vlaerdinghe met visserij, - het Honterland, - 12 morgen die hij houdt van de abt van Egmond en Jan Hoen en Jan Woutersz in huur hebben, - de huus tiende die hij van de heer van Brederode houdt

Kyfhoek, van | 1436/1437

Van Mieris Vervolg p 1, 3/R.A.H. Coll Aanw no 100 Reg Philippus fol 75v/Ons Voorgeslacht 01-1985 p 7, 8

Achternamenindex

Florys van Kyfhoek draagt over tbv de St Antoniuskapel in de Hout te 's Gravenhage 50 Vrancr cronen uit het veer te Schoonhoven; 1437-03-15: idem met het land van Liesveld, gekocht van Evert van den Rijn; verder 24 morgen te Noordeloos in de Grote Waard, erfburgleen van Arkel, gekocht van Staesken van Kedichem. De hertog beleent Florijs vervolgens met de hofstede bij de poort van den Hage Hout, met een stuk van de Koecamp, strekkende zuidwaarts neffen de weg die tussen de Doelen en de Koecamp gaat, oostwaarts tot het prieel van Aelbrecht die Heijden; zijn vrouw is Aleid Helmichsdochter van Doornick; 1447-07-18: te komen op Willem, jongere zoon van Eduard bastaard van Holland; 1453-03-27: Anton van Hoogwoud, zoon van Eduard, bij dode van zijn broer Willem, hen aangekomen van Floris van Kyfhoek, hun grootvader; 1471-02-06: lijftocht voor Sofia van Poelgeest x Anton van Hoogwoud; 1484-04-12: Anton draagt dit leen over aan Philips van Wassenaar

Keij | 1410~

Leenregister Culemborg fol 54, 73v, 84

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Geryt Speyaert (later Ghysbert Speyaert) 2 morgen in het gerecht van Goije, en 1 hofstat met 1 morgen land in Goije tot Westerom, belend boven: Willem Kij, beneden: het Duitse Huis. - Johan Philipsz [van Culemborg] 2 ½ morgen in de Calvewert tot Waterbuesinchem, die Philips van Kulenborg de bastaard gekocht had van Wolter van den Velde, aan de middelste akker, belend boven: Otte Keije, beneden de heren van Culemborg. - Gerit van den Zijle dat Roelof die Goijer opdroeg 1 akker land achter Water Buesinchem in de Calvewert, belend boven: jonker Jan van Bueren en beneden: Otten Keijen erfgenamen. anno 1417 op den Yaersdach; - 4 morgen in Maldricker maelschap in de nijeweijden, Dirck Vrint Dircxz, dat Jan Jorden Alartsz opdroeg en van Gerefaes van Holland geweest was; waarvan 3 morgen belend boven oostwaarts: jhr Gerit van Kulenborg, west: de heer van Mere, van de Homoetse straat tot aan het leen van Gerrit van Kulenborg; waarvan 1 morgen belend boven: de heer van Mere, beneden: jhr Peter van Culemborg, van de Homeotse stege en jhr Gerrit van Culemborgs land

Foreest, van | 1502-03-18 (1501)

R.A.H. 111 Caput N.H. fol 134, 135v/Reg Archidux fol 31v

Achternamenindex

hertog Philips beleent jvr Ursula, dochter van Herper van Foreest, met de lenen haar aanbestorven van haar vader: 1) ⅓ deel van de tienden van Schoten, waarvan de heer van Brederode ⅔ heeft; 2) tot Wafferveen [Waverveen] een corentiende en smaltiende; 3) in de ban van Aelbertsberge een camp land 6 maden groot wesende, oost en west: Willem Snel. Nog 1 mat land aldaar, onderdeeld met Lysbeth Rogiers weduwe met haar kinderen; 4)dat ambacht met het land van Schoterbosch, belend zuid: het kapittel uytter Hage, noord: Willem van Zaenden Symonsz en west: de wateringe die Delft geheten, strekkende oostwaarts in het Spaerne. Op het fiche staan ook nog, maar klopt dit wel, zie Anna en Maria: 5) 19 maden lants, gelegen buitendijks bij Saenderdam; 6) ⅓ deel van een corentiende bij Delft, daar heer Philips van Polanen en Jan Heerman dat ander deel of toe te behoren placht; 7) dat ambacht van Middelburgh, gelegen bij der Goude, mitten landen, tienden, renten en heerlijkheden, gelijk een ambachtshere toebehoort. Te houden tot een erfleen, en een camp land geheten die Hollander Aecken ende die hofstede die Hollanders was, ende mit 1 morgen lands dat men hiet Coppersmergen. Beide percelen tot Warmond. Leen van de heer van Naaltwyck. Haar man Jacob van Borssele doet de eed voor haar. In margine: op 1522-11-28 doet Herber van Borselen de eed voor zijn moeder Ursula van Foreest, weduwe van Jacob van Borsselen

present: Dirck van Boneem, cleene Jan Bruyn; 1522-11-28: Frederik van Nyvelt, mr Cornelis Antheunisz, secretaris v.d. Camer v.d. Rade, Cornelis Barthouds, leenmannen

klopt de verdeling ? Zie de belening van Maria en Anna

Assendelft, van | 1406-05-01

R.A.H. 516A fol 113 t/m 115/Leenboek Egmond A fol 116 ?

Achternamenindex

de heer van Egmond beleent Lysbeth Melisdochter van Hoorn, vrouw van Barthoud van Assendelft, met: 1. ½ van een stuk land genaamd Dellecome, andere helft is van Jan van den Couster, belend west: de parochiekerk van Haarlem, noord: Jan Nyesen, zuid: Wolbrech Gerrits, zuid: Jan die bastaert [!]; 2. de helft van een stuk land, geheten die Oock, waarvan de andere helft toebehoort aan Jan van den Couster, strekkende aan de Vliet en is gelegen an d e Havendyc, belend west: Claes Adriaensz, zuid: Hendrik Buys; 3. een stuk land geheten d e Lage Veen, waarvande andere helft toebehoort aan Jan van der Couster, belend noord: Jan die bastaert, oost: de Havedyck, zuid: Gerrit van Assendelft, west: Claes van den Wege. De 3 voornoemde stukken land zijn gelegen tussen Willemslaen en heer Aerntslaen [te Schoter Vlieland], west: met erve Claes van der Bouchorst, oost: Willems erfgenamen van Elsbroek; 4. de helft van 5 maden land daar Ysbrand van den Couster het wederdeel heeft, gelegen in een stuk land van 12 maden, waarvan 7 maden aan Symon Suytvoet behoren, gelegen in de ban van der Leede aan het Spaarne, strekkende oostwaarts an die Somerwech, belend noord: Aernt Jansz erfgenamen, Huyge Smier, Jan Lottynsz [er staat Bottynsz], Jan Brouwense erfnamen, Jacob Huygensz, zuid: Symon Willemsz van Woude erfnamen, Bertelmeus Willem Lachersz; 5. nog een stuk land waar Ysbrant van de Couster de andere helft heeft, in de ban van der Leede buyten Sperwoude wech, berekend voor 8½ met en 20 roeden, belend oost: Bartraet van der Horst, west: Claes Adriaensz en Jan van Wormer, en strekt an Catryn Jacob Kerstantsz en aan de Sperwoude wegh en after uyt an die Liede

Berkenrode, van | 1634-02-11

G.A. Haarlem Not Arch protocol no 105 fol 45 ev/Notaris Willem van Trier

Achternamenindex

testament van jhr Henrick van Berckenrode, oud burgemeester van Haarlem, tegenwoordig weesmeester, wat siekelijk zijnde te bed liggende: - legaten aan Catharina en Janneken Heijnsdochters, zijn 2 dienstmaagden, 600 Kar gld en aan Janneken 100 gld; - Barent Hermansz Crampoel 600 gld; aan zijn natuurlijke zoon Adriaen van Berckenrode bij Maritgen Cornelisdochter vermaakt hij: 1) hofstede, huysing, boomgaert, plantagie in de ban van Schoten, met crofte land daaraan, samen groot 2 morgen, gebruikt bij Jacob Jansz, 2) 2 morgen 2 hont weyland, oostwaarts van de hofstede strekkende tot aan het Spaarne, verhuyrt aan Tryn Geritsdochter, weduwe van Ysbrant Cornelisz, 3) 3 hont land, streckende voor van de heerweg tot aan de hofstede of croft land, waarover het Sparendammer voetpad loopt en daer de Haudt op staet, ook gebruict door Trijn Geritsdochter, 4) 3 hont genaemt "het Luetgen" in de ban van Schoten, gebruict Cornelis Cornelisz Schoon, 5) een perceel lants gelegen in Schotervlielant, groot 3 morgen 364 roeden, gebruict bij Griet Schoonen en haar man, 2gld 4st 11 penn erfpacht aan Nicolaes Jansz Verwer, 6) land in de ban van Schooten in de Veenen, groot 5 morgen, gecomen uit de boedel van wijlen zijn moeije Maria Cornelisdochter, weduwe van Hubert de Vastringe, west: de Delft, noord: 5 morgen van de testateur, gecomen van wijlen zijn moeije Machtelt Cornelisdochter, vrouw van Pieter Nicolaesz van Hoorn, oost: de Balckweide, zuid: de erfgenamen van jvr Machtelt Bickersdochter, 7) land in de ban van Schoten aan Heussensvaert in de Veenen, groot 4 morgen, belast met 4gld 4 penn te betalen aan Johan van Schoterbosch, gekocht door de testateur van de erfgenamen van Gerrit van Berkenrode, 8) een thuyn buiten de St Janspoort aan de singel, in huur bij Simon Mathijsz, brouwer in de Roode Vos, groot 86 roeden, 9-14) losrentebrieven, obligaties, cleren, juwelen etc