Hoen | 1410-09-05

De Raadt IV p 358

Achternamenindex

Guillaume seigneur d' Arkentel (Argenteau) oorkondt dat hij het slot Arkentel van de hertog van Brabant in leen ontvangen heeft. De akte is gezegeld door zijn oncles, cousins, parens et amis charnels

Regnault d'Arkentel seigneur de Hufalize, Gauthier de Mosmaille, chanone de l'Eglise de Liège, Chretien de Rinsberghe [Rimburg], Reynault seigneur d'Emptiennes [Hemptinne ?], Renier de Berghes, Claus Hoen, Renier de Neufchateau, chevaliers, Herman de Horim, écuyer

Merode, van | 1410-09-05

De Raadt IV p 358

Achternamenindex

Guillaume seigneur d' Arkentel (Argenteau) oorkondt dat hij het slot Arkentel van de hertog van Brabant in leen ontvangen heeft. De akte is gezegeld door zijn oncles, cousins, parens et amis charnels

Regnault d'Arkentel seigneur de Hufalize, Gauthier de Mosmaille, chanone de l'Eglise de Liège, Chretien de Rinsberghe [Rimburg], Reynault seigneur d'Emptiennes [Hemptinne ?], Renier de Berghes, Claus Hoen, Renier de Neufchateau, chevaliers, Herman de Horim, écuyer

Vianen, van | 1451-10-27

Ons Voorgeslacht 07/08-1988 p 303

Achternamenindex

leen van Vianen: no 677) Lexmond, 10 morgen met hofsteden op de Vyfhoeven, Hendrik de Wilde Reiniersz te komen op zijn broer Renier, neef van de leenheer; 1489: Maria dochter van Henric de Wilde, nicht van de leenheer, zoals Henric van Vianen aan zijn bastaarddochter gaf, evt te komen op haar broer Henric de Wilde; 1558-03-26: Franchois de bastaard van Brederode, broer van de leenheer, voor zijn vrouw Hendrik de Wilde, na dode van Maria de Wilde; 1563-02-16: Hendrika de Wilde, belast voor Herman van de Vecht te Utrecht met 18 gld 15st door Walraven van Nyewaard, voor Hendrika de Wilde, weduwe van François bastaard van Brederode, te lossen met 300 gld

Heyden, van der | 1369

De Raadt II p 53/Düss Jul Berg no 835, 844

Achternamenindex

Goidart heer zo der Heyden inféode au duc de Juliers "mijn huys dat men noempt zer Heiden, mit sinen vurburge binnen yren zingel mit alle den vestingen"; Godart here zer Heyden (il reçoit une pension du Brabent 1363, 1371) scelle un acte des frères de Schoonvorst; 1370: idem; 1373: Godart zur Heyden scelle un acte de Jean van Gronsveld; 1374: Renier [!] van der Heyden, jadis prisonnier à Basweiler, sous le sire de Pernez; Jean van der Heyden jadis prisonnier à Basweiler sous le sire de Oupeye (?) (verder genoemd: Makaire delle Heys de Flemalle); Jean van der Heyden jadis prisonnier à Basweiler, sous le burgrave de Limbourg; Staes van der Heyden sous le sire de Schoonvorst; 1375: Mettel van der Heyden dame de Gronselt reçoit à Dalhem une rente, gegeven door wijlen de heer van Gronselt in der banck van Aubelen