4354 resultaten
Duyst | 1400~1500
Batavia Illustrata bl 1138
Achternamenindex
Dirk Duyst, Delft x Ida de Heuyter, dochter Immesoet Duyst x Hendrik van Voorhout, vermeld 1434
Duyst | 1508-11-16
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl I dossier 30/2 sub e, dl III dossier 247/3
Achternamenindex
Jan Duyst, deurwaarder van de Grote Raad; 1512-09-02; 1519-07-16: de Grote Raad veroordeelt iemand zijn bezit tbv een schuldeiser te "obligeren"; voordat aan deze voorwaarde voldaan was, ontsloeg Jan Duyst als deurwaarder de veroordeelde uit gevangenschap. Hij werd toen door de schuldeiser voor de Grote Raad gedaag, maar Jan Duyst stierf echter 10 dagen na de executie, het proces werd tegen zijn weduwe en kinderen voortgezet
Duyst | 1525-12-30
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl I dossier 59/8
Achternamenindex
Jacob Duyst Henricsz benoemd tot notaris, legt de eed af voor de President van het Hof van Holland
Duyst | 1557-07-15
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl I dossier 71/4
Achternamenindex
Pieter Duyst geeft kwitantie dat de abdis van Loosduinen morgengeld heeft betaald, ondertekend door zijn vrouw Neeltgen Claesdochter
Duyst | 1583-04-01
G.A. Haarlem Transportregister 76/27 fol 26v
Achternamenindex
Claas Pietersz Duyst aan Pieter Lambrechtsz, hoedemaker van 's Hertogenbosch, en Baernt Jansz, scoemaker, van Campen, huis en erf te Haarlem in de Grote Houtstraat naast het Karmelietenklooster
Haarlem
Rietwijk, van | 1417-07-11
Van Mieris IV p 400
Achternamenindex
deze poorters van Haarlem beloofden wegens het oproer te Haarlem en het trekken met een nagemaakte banier naar Den Haag, in Noordwijk in gijzeling te komen: o.a. Dove van Rietwijk
Duven, van der | 1424
Quellen Stift Xanten p 527
Achternamenindex
Novimagium: Fredericus de Duve uno anno 3d, secundo anno 4d
Zaenden, van | 1423-1424
Rek Rentmeester Kennemerland bijlage
Achternamenindex
Duve Jan van Sanen betaalt visserijgeld van 64 ½ geers in Winkel
Boekel/Bokel | 1323-12-11
Reg Rotterdam en Schieland no 317
Achternamenindex
Adolf bisschop van Luik, verklaart dat voor hem terecht zittende in de tuin van zijn paleis te Luik, verscheen heer Johans de Chierf, ridder, die een brief deed lezen dat Johans del Donc, die van den bisschop van Luik de tienden der kerk van Ramesdonck met toebehoren in leen hield, huwde met Maha (Machteld) tevoren vrouw van Leo de Tule en moeder van Jehan le Voweit (Voogd), bij welke vrouw Johan del Donc een dochter (Machteld) verwekte, die haar vader en moeder overleefde en voor wie Williames de Uter Nesse, broer van Johan del Donc, als voogd dit leen ontving, dat deze dochter is overleden en Johan del Donc geen andere kinderen had, waarop Johan le Vouweis het gezegde leen heeft verzocht, dat hiertegen Thieris Boecle, heeft aangevoerd dat dit leen op hem was vervallen omdat hij een bloedverwant was van genoemde Johan del Donc, zijnde hij toch diens broeders zoon, en dat na lezing van deze brief, overeenkomstig het gevoelen van Johan le Chierf vonnis is gewezen ten gusnte van Johan le Voweis
Uytternesse