8847 resultaten
Daun, van | 1339, 1400
De Raadt II p 323, 354/Düss Cologne no 1219
Achternamenindex
jonker Wilhelm heer van Brunsberg en Isenburgh, tevens graaf van Wied, zegelt een acte van "son maigh"Gilles sire de Daun; 1400: Jean seigneur de Lympurgh, oncle de Philippe de Daun, seigneur d'Obersteyne
Deze, van | 1388
De Raadt I p 375
Achternamenindex
Lambert van Deze, gerechtsman, zegelt een akte van de baljuw van Salland
Villattes, des | 1752
Inv Arch Marquette, Assumburg en Limburg Stirum no 1351
Achternamenindex
het geslacht des Villattes: Wigbold Jan Theodoor van der Does x Wilhelmina Margaretha van Wasssenaar, dochter van Marie Louise des Villates; August Alexander des Villattes x Louisa Christine von Kronemann, dochter Marie Louise x Carel Lodewijk van Wassenaer
Cock, de | 1409-07-11, 08-08
Reg Rotterdam en Schieland no 1760, 1763
Achternamenindex
schepenen in Rotterdam: 1409 Claes van Delft, schout, Jacob Dirc Spitsz, Heynric van der Dune, Dirc Willem Cockenz, Claes Hobbenz; 08-08: Claes van Delf, schout, Jacob Dirc Spitsz, Heynric van der Duun, Dirc Wille Willem Koxs, Dirc Jacobsz
Herlaer, van | 1348~ (1345-1351)
Van Mieris II p 759/Matthaeus Chron Egm p 222, 223
Achternamenindex
twist over de tienden van Cole, Boekelsdyc en Bloemertsdyc met de abt van Egmond, die beweerde dat deze tienden als een recht leen aan hem vervallen waren bij de dood van de vrouwe van Rotterdam heer Dirk Boekelsdochter. Zij huwde met heer Simon van Teylinge die belening verzocht aan abt Hugo Mensenz (1326-1345); "daerna doe Haer Symon doot bleef, versochte sijn wijf die tiende, daer veel goede luden over waren, voor Haer Willaem van Rolland, die doe abt was, dies hij haer niet doen en woude"; "Daerna na sij Haer Gerrid van Harlaer te manne, die t oock mede aen Haer Willem van Rolland versochte" zonder resultaat; "Doe seyde Haer Gerrid van Harlaer dat elck man nam, dat hem besciten mochte. Daerna en versocht sij dat goet niet, also langhe alse levede, maer bleef daer in sitten met gewelt.... etc"
Delft, van | 1333
De Raadt I p 391/B no 294
Achternamenindex
Wouter van Dornyc, chevalier, parent des frères van Delf
Doos, van | 1330, 1374
Batavia Illustrata bl 1196
Achternamenindex
Diderik van Doos x Clementia; 1374: Diderik van Doos met negen gewapende mannen hertog Albrecht te hulp gekomen
uit Brederode
Dorcout | 1380-1390
Codex Dipl Neerl serie 2 dl 2 p 206
Achternamenindex
klachten van de heer van Vianen tegen de heer van Arkel: "item soe is ghecomen meyster Aernt Dorcout, reyntmeister des heren van Arkel, ende dat siin brodighe ghesinne is, ende anders een deel ondersaten des heren van Arkel, die die kerke in Heicoep ende een deel der huse afscieten, ende sloeghen daer doot 2 man ende ene man al lam, ende namen daer Peter Martiinssoen ende een deel miinre ondersaten laken ende ander goet, eer sij ontseyde vyant waren"
Boekel/Bokel | 1323-12-11
Reg Rotterdam en Schieland no 317
Achternamenindex
Adolf bisschop van Luik, verklaart dat voor hem terecht zittende in de tuin van zijn paleis te Luik, verscheen heer Johans de Chierf, ridder, die een brief deed lezen dat Johans del Donc, die van den bisschop van Luik de tienden der kerk van Ramesdonck met toebehoren in leen hield, huwde met Maha (Machteld) tevoren vrouw van Leo de Tule en moeder van Jehan le Voweit (Voogd), bij welke vrouw Johan del Donc een dochter (Machteld) verwekte, die haar vader en moeder overleefde en voor wie Williames de Uter Nesse, broer van Johan del Donc, als voogd dit leen ontving, dat deze dochter is overleden en Johan del Donc geen andere kinderen had, waarop Johan le Vouweis het gezegde leen heeft verzocht, dat hiertegen Thieris Boecle, heeft aangevoerd dat dit leen op hem was vervallen omdat hij een bloedverwant was van genoemde Johan del Donc, zijnde hij toch diens broeders zoon, en dat na lezing van deze brief, overeenkomstig het gevoelen van Johan le Chierf vonnis is gewezen ten gusnte van Johan le Voweis
Uytternesse
Egmond, van | 1379-09-12
Reg Rotterdam en Schieland no 1020
Achternamenindex
Gysbert Jans van Vorenbroeck draagt aan Arent van Egmond op 5 ½ morgen land in het ambacht van Cralinghe, in een weer land, gemeen met Oudtzier van Cralinge en Damas Claesz [Daem van der Duyn ?], strekkende van de Merwede tot de Cralingewech toe; belend oost: Oedzier van Cralinge, west: Daem van der Duyn (1360), en wordt er vervolgens mee beleend; 1410: Katryn Voppen, daarna haar zoon Voppe die seijer