Delf | 1311-02-05

Cartul Marienweerd no 137

Achternamenindex

Rodolphus dictus Delf de Driel verkoopt voor 100 £: - land, Ghere genoemd, te Afterdike, tussen Jacobus de Veltdriel en tussen land geheten Dijparc; - 7 jugera boven Pulssteghe te Driel tussen Gerardus Beyer en Wilhelmus Pinacker aan Henricus Fey junior de Bomel; tegen betaling van 4£ per jaar krijgt hij het land weer in erfpacht

borgen: Nicholaus Moront en Alardus zoon van Gerardus Loy de Driele; schepenen in Santbomel: Johannes Weryn en Petrus Moliart

Arkel, van | 1341-06-28

Arch Schoonhoven Inv no 196/Reg Hann p 280;/Versl Rijks Oude Arch 1918, dl I p 809/Wuller Zeper Regest 217

Achternamenindex

Jan van Beaumont en heer Jan van Arkel geven aan die van Bergambacht en nabij gelegen plaatsen een watergang te maken van de Lek naar Haestrecht; 1341-29-06: Jan van Henegouwen en Jan van Arkel komen overeen een waterloop te doen graven "die ave sal gaen ende beghinnen ane den Leckedijc, strekkende bij Ammerslane in dien Vliet doergaens door Scoenhouwen, door Stolwyck, doer Bilwijck ende doer Haestrechter lant westwaerts der vriheijt van Haestrecht doer dien dyck te halver Ysselen""

Campe, uten | 1357-11-21

De Raadt II p 172/Chartes Ducs de Brabant no 1541

Achternamenindex

Jean uten Campe reçoit du Brabant, 70 vieux écus, pour deux chevaux usés dans la guerrre contre le comte de Flandre; 1375: Jean van den Campe en zijn broers Arnould en Gilles, allen prisonniers à Basweiler; eind 14e eeuw: Jan van den Campe, homme du duc de Hollande

Wyntgen | 1415-06-23

Van Mieris IV p 339

Achternamenindex

hertog Albrecht doet uitspraak over de doodslag op Simon van Zaenden te Haarlem: "die maeczoen salmen smaldelen, ist dats die mage niet eens en worden bi Vranc van Zaenden, Dirc Wyntgensz, Jan van Sparnwoude, Claes Zeelander"

Raaphorst, van | 1352-12-07

A.R.A. Leenkamer 32 Copie fol 27/Reg EL 25 fol 18

Achternamenindex

Dirrick van der Dobben en Gheryt van Oestgheest of andere mombers van de kinderen van heer Dirric van Raephorst krijgen opdracht ver Machtilden van Outshoerne, vrouwe van Raephorst, "van hore kindrhoudinge sint[s] Clays van Zweten doet bleef", 40 scell groten per jaar; "voert betaelt haer, die si over hare kinderen uytgeleecht heeft tot hore noetorfte ende clederen tot dese dage toe, 135£ 13sc 8 den Holl"

Zuylen, van | 1250~

Sloet no 725

Achternamenindex

lijst der leenmannen van de graaf van Gelre in het gebied van Utrecht: Giselbertus de Zulen contulit Zulenbruck, et duos mansos cum domo sua et de domo sua versus Renum tendentes

Sparenwoude, van | 1528-01-08

Arch Heeremans; Hoekstra p 57

Achternamenindex

Gerrit van Sparenwoude schrijft: " den 8e dagh in January anno 1528 storff mijn lieve wairde huisvrou, joncfrou Jooste Floris Bollendochter des mergens omtrent 8 uyren, was out 29 jaar min 7 dagen. Wij trouwden den 11e dag in Mey anno XIV, dus hadden wij dair XIV jaer mit groeter vruntschap tesamen geleeft..."

Kibbe | 1423-05-15

Rechtspraak Graaf van Holland III p 167

Achternamenindex

tresoriersrekening van heer Hendrik Nothaft: "in den eersten 15 dage in Meye ontfaen van Geryt Kibbe als van wegen Geryt Gerytszoens ende Geryt Willemszoen, die beruft waren van enen doodslage, die geschiet was tot Hoirne an Dirc Buyser, dair sij onsculdich in bevonden worden, ende hebben dairof ghedadingt mitten tresorier om 9 Frans cronen"

Duyn, van der | 1544

Maatboek Bennebroek

Achternamenindex

Kohier 1561 fol 28v: hier begint een polder binnen het dorp; (fol 33) Pieter Jeroensz huyert een huijs met omtrent 5 hont teelant, eigenaar Claes van der Duyn, wonende in den Hage, huur 36 R gld; Maatboek 1544 Bennebroek, geestland tussen Voor- en Achterweg: mr Pieter Zanto als voech van den eigenaar die boghert daer Jacob Jacobsz op woont, groot 531 roeden(p 10)

Egmond, van | 1379-09-12

Reg Rotterdam en Schieland no 1020

Achternamenindex

Gysbert Jans van Vorenbroeck draagt aan Arent van Egmond op 5 ½ morgen land in het ambacht van Cralinghe, in een weer land, gemeen met Oudtzier van Cralinge en Damas Claesz [Daem van der Duyn ?], strekkende van de Merwede tot de Cralingewech toe; belend oost: Oedzier van Cralinge, west: Daem van der Duyn (1360), en wordt er vervolgens mee beleend; 1410: Katryn Voppen, daarna haar zoon Voppe die seijer