16007 resultaten

Doorn | 1599

Caartboek Bloemendaal fol 37
Achternamenindex

Claes Pietersz Doorn bezit 1 morgen 399 roeden 21 voet hoogland te Overveen

Dops, smerich | 1375-1376

Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex

Smerich Dops: de biertollen op de Coedyc 21sc (819 fol 11v); 1380: (822 fol 6) land te Vronen 3 £ 15sc; 1384-1385: (826 fol 4, 7, 12) afterstal van Vronen 4 £ 14sc, afterstal van de biertollen op de Coedijc 46sc 8d, van die in Graft 16sc 8d, 11 want te Vronen 3£ 15sc; 1389-1390: (828 fol 3) afterstal van Vronen van 1388, 42sc 2d; 1383-1384: (825 fol 17v) de biertollen op de Coedyc 28sc, in Graft 10sc

zie ook op Smerige

Deze, van | 1388

De Raadt I p 375
Achternamenindex

Lambert van Deze, gerechtsman, zegelt een akte van de baljuw van Salland

Villattes, des | 1752

Inv Arch Marquette, Assumburg en Limburg Stirum no 1351
Achternamenindex

het geslacht des Villattes: Wigbold Jan Theodoor van der Does x Wilhelmina Margaretha van Wasssenaar, dochter van Marie Louise des Villates; August Alexander des Villattes x Louisa Christine von Kronemann, dochter Marie Louise x Carel Lodewijk van Wassenaer

Wadard | 1346-06-01~

Bijdr Hist Gen jg 1901 p 144
Achternamenindex

Albrecht Deen 5 ½ morgen in Hagheambacht, belend door Aelwijn Wadartsz

Doos, van | 1330, 1374

Batavia Illustrata bl 1196
Achternamenindex

Diderik van Doos x Clementia; 1374: Diderik van Doos met negen gewapende mannen hertog Albrecht te hulp gekomen

uit Brederode

Witte, (de) | 1423-01-19

Leenregister Culemborg fol 94v
Achternamenindex

leenregister Culemborg 1410~: - Henrick dije Witte een vierdel land gelegen onder de dijk in het land van Hagesteyn, belend boven: Gysbert Pyck, beneden: Gysbert van Ruums

Horde, de | 1246-09-16

v.d. Bergh I no 431
Achternamenindex

Heinricus de Horde houdt van Nicholaus heer van Putte 3 delen van zeker land genaamd Zuidhord, gelegen tussen Scholvliet en Beeninge, en Hugo de Ghest het 4e deel; van de 3 delen krijgt de vrouw van Heinricus 30 sch als een "dotalicium"; Heinricus houdt ook 2 delen van een land gelegen tussen Scholvliet en Westerlike, waarvan Allardus Johannesz het 3e deel houdt. Na de dood van Heinricus zal zijn bloedverwant Symon de 3 delen van de heer van Putte krijgen; Heinricus houdt ook in leen ¼ deel van de tienden in Drenkwaard, en dit deel zal krijgen Hugho de Gest en Symon, het 6e deel gaat naar Allardus zoon van Johannes, maar na de dood van Heinricus zal zijn bloedverwant Heinricus dat deel van de tienden in Drenkwaard dat Heinricus toekwam, te leen krijgen, met 10 roeden land in Scolvliet

Putten, van | 1246-09-16

v.d. Bergh I no 431
Achternamenindex

Heinricus de Horde houdt van Nicholaus heer van Putte 3 delen van land genaamd Zuidhord, gelegen tussen Scholvliet en Beeninge, en Hugo de Ghest het 4e deel; van de 3 delen krijgt de vrouw van Heinricus 30 sch als een "dotalicium"; Heinricus houdt ook 2 delen van een land gelegen tussen Scholvliet en Westerlike, waarvan Allardus Johannesz het 3e deel houdt. Na de dood van Heinricus zal zijn bloedverwant Symon de 3 delen van de heer van Putte krijgen; Heinricus houdt ook in leen ¼ deel van de tienden in Drenkwaard, en dit deel zal krijgen Hugho de Gest en Symon, het 6e deel gaat naar Allardus zoon van Johannes, maar na de dood van Heinricus zal zijn bloedverwant Heinricus dat deel van de tienden in Drenkwaard dat Heinricus toekwam, te leen krijgen, met 10 roeden land in Scolvliet

Boekel/Bokel | 1323-12-11

Reg Rotterdam en Schieland no 317
Achternamenindex

Adolf bisschop van Luik, verklaart dat voor hem terecht zittende in de tuin van zijn paleis te Luik, verscheen heer Johans de Chierf, ridder, die een brief deed lezen dat Johans del Donc, die van den bisschop van Luik de tienden der kerk van Ramesdonck met toebehoren in leen hield, huwde met Maha (Machteld) tevoren vrouw van Leo de Tule en moeder van Jehan le Voweit (Voogd), bij welke vrouw Johan del Donc een dochter (Machteld) verwekte, die haar vader en moeder overleefde en voor wie Williames de Uter Nesse, broer van Johan del Donc, als voogd dit leen ontving, dat deze dochter is overleden en Johan del Donc geen andere kinderen had, waarop Johan le Vouweis het gezegde leen heeft verzocht, dat hiertegen Thieris Boecle, heeft aangevoerd dat dit leen op hem was vervallen omdat hij een bloedverwant was van genoemde Johan del Donc, zijnde hij toch diens broeders zoon, en dat na lezing van deze brief, overeenkomstig het gevoelen van Johan le Chierf vonnis is gewezen ten gusnte van Johan le Voweis

Uytternesse