97 resultaten
Mye, van der | 1333-10-16
Ons Voorgeslacht 07/08-1988 p 345
Achternamenindex
grafelijk leen: no 219) Madeland in Nieuwkoop, Dirc van der Mye krijgt 3 percelen ten eigen en verkoopt: - 2 ½ morgen aan Claas Hughenz; - 6 morgen aan Meeus Aleidenz; - 6 morgen 2 hont aan Damaas Hughenz; 1379-09-04: Willem Pieter Evertsz bij koop, na dode van Elias van der Mije; 1390: dezelfde te Alphen, met de ledige hand; 1398-12-22: Dirc Willem Pieter Evertsz, na dode van zijn vader; 1405-06-20: lijftocht van zijn vrouw Johanna Pietersdochter van Muden; 1423-07-03: Maarten Willemsz na dode van zijn broer Dirc Willem Pietersz; 1517-06-10: Dirc Ogiersz van Sonneveld, zoon van Aleid Roelofsdochter bij overdracht door Dirc Dircsz voor Dieuwer van der Mije, zijn grootmoeder, met de helft en haar lijftocht; 1517-09-18: Gerrit Roelofsz na dode van Dieuwer van der Mye, met het geheel
Diemen, van | 1519-1520
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl III dossier 279, 279 sub B
Achternamenindex
jvr Machteld van Diemen, weduwe van heer Bouwen van Abbenbroec: Jan Evertsz, poorter van Delft, had de heerlijkheden van Abbenbroec en 's Gravenambacht geeerfd, belast met een aan haar uit te betalen douairie, hetgeen hij gedurende 2 jaar niet deed; het Hof veroordeelde hem tot betaling; 1522-11-14: sententie; 1502-01- 22 (1501): huwelijksvoorwaarden tussen Boudyn Hart van Abbenbroek en jvr Machtelt Vranck van Diemensdochter
Stoep | 1441-06-18
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 139v, 151
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jan Stuep draagt op een hofstede met een stuk land gelegen in Zoeskerspel, belend zeewaarts: Ricout Ricoutsz, landwaarts: de heer van Abcoude, strekkende van de Brink tot aan de Torfwech toe, vervolgens wordt Jan Stuep en zijn vrouw Evert Jan Evertsdochter beleend; Jan Evertsz doet hulde voor zijn dochter; 1439-05-13: Jan Stoep beleend volgens zijn leenbrief
mannen: Dirc Poeijt, Goessen Willemsz, Jacob van der Vloetheringe
Wilde, de | 1402-12-14
R.A.H. Coll Aanw 68 fol 34/Memoriale B.J. fol 237
Achternamenindex
Pouwels de Wilde, Aelbrecht Hermansz en Symon Evertsz beloven "aen Philips hand van den Dorpe, tot mijns Heren behoef, waert dat zij in den onrecht gewyst worden van den gerecht van Enghusen van den scepenenbrief die voir in desen boecke geschreven staet, dat si dats dat minen Here beteren souden mit hunnen lijve en goede, nadat mijn Heer mit sinen Rade dat caven sal"
Arkel, van | 1406-04-01
Van Mieris IV p 34 en 35
Achternamenindex
Willem van Arckel belooft aan Jan, Coen, Gerrit en Arent van Herlaer, Jan van Gerardyn, Jan van der Donk, Roelof van Dalem en zijn zoons, Bronis de Wit Woutersz, Bronis de Wit Bronisz, Arent van Gore, Dirck Schulp, Gerrit van Beest, Dirck Reynersz, Dirck van der Wercken, Hessel Claesz, Frederick Evertsz en zijn zoons, Frederik Godenz [de Hoog], Roelof Marcelisz, Jacob van Oosterwijk heer Florisz getrouwelijk bij te staan en te beschermen tegen zijn vader en diens aanhang
vijanden: Jan Sandersz, Jan van Blanckevoort, Knobbout Jansz, Jan van den Werve, Floris van Beest, Floris Holle, Jan van Veldwijck, Hubregt van Veldwijck, Claes Knobbout, Pieter de Haen, Knobbe Waddynsz, Dirck Franckensz, Gerrit die Hoge, Engel Wouter Welle, Arent van Veen, Jan die Molenaer en zijn broer Floris, Roelof, Jacob, Roelofszonen, Willem Barthousz, Jan van der Weteringhe, Gillis van Malsen, Frederick die Hoge, Wouter van der Kerck, Jan van Buyren, Heinrick van Kalkar, Tielman Oom, Jan Oom, Floris van der Leede, Arent die Leydecker, Otto van der Poorte, Evert van Oy, Pieter die Lyndraeyer, Jan van Gellinchem, Jan van Ravensteyn, Jan de bastaard, Johannes van Puflic, heer Robbrecht t Opsanen
Rijn, van den | 1374-04-21
Ons Voorgeslacht 09-1988 p 397
Achternamenindex
leen van Amstel: no 103) 8 morgen te Jutfaas, is een ½ hoeve, Hendrik van den Rijn zoals zijn vader Herman; 1380-09-29: Gerrit van den Rijn Evertsz, Hendrik van den Rijn, Hendrik van den Rijn Hendricsz bij overdracht door Gysbert van den Rijn, aangekomen van zijn vader Herman; 1387-04-30: Hendrik en Gerrit van den Rijn ten eigen, in ruil voor ander leen; 1390: Gerrit van den Rijn met ledige hand; 1391-02-08: Gerrit van den Rijn Evertsz en Herbaren van Rijn, aangekomen van diens broer Hendrik, zoals Gysbert van den Rijn uit eigen ontving; 1401-10-09: Hendrik na dode van zijn vader Herbaren; 1412-04-21: lijftocht van Agnes, vrouw van Hendrik van den Rijn Herbarensz; 1430-12-10, 1439-03-21: Hendrik; 1449-12-01: Herbaren van den Rijn na dode van zijn vader Hendrik; 1479-08-07: lijftocht van Elisabeth, vrouw van Herbaren die ziek is; 1516-03-09: Herbaren van den Rijn, na verzuim wegens oorlog draagt over aan Catharina Arnout Binops alia Busersdochter
Dalem, van | 1406-04-01
Van Mieris IV p 34 en 35
Achternamenindex
Willem van Arckel belooft aan Jan, Coen, Gerrit en Arent van Herlaer, Jan van Gerardyn, Jan van der Donk, Roelof van Dalem en zijn zoons, Bronis de Wit Woutersz, Bronis de Wit Bronisz, Arent van Gore, Dirck Schulp, Gerrit van Beest, Dirck Reynersz, Dirck van der Werchen, Hessel Claesz, Frederick Evertsz en zijn zoons, Frederik Godenzoon [de Hoog], Roelof Marcelisz, Jacob van Oosterwijk heer Florisz getrouwelijk bij te staan en te beschermen tegen zijn vader en diens aanhang. Volgt een lijst namen
Hees, van | 1484-10-06
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 237
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Peter van Hees wordt na dode van zijn vader Evert van Hees beleend met: 1) een stuk veen met al zijn toebehoren, gelegen tot Heesse, strekkende van den Harden noordwaarts 100 roeden lang aan Peter Willemsz en Jutte Gerit Kreecx, belend oost: het Cloester in die Birckt, west: Gerit Reijersz, 2) ½ hoeve land op Heeser eng, onderdeeld met Gijs Evertsz, 3) een stuk veen, strekkende van den harden tot aan Byrct [?] meer, belend west: Roelof van Baern
mannen: jonge Vrederic van der Zevender, Gysbert van der Weijde
Bongenaer | 1560-10-17
Leenregister Huis ten Bosch bij Uitermeer 138 bis afd 2 fol 7v
Achternamenindex
Brueckelen: vrouwe Geertruijt van Liere als voogdes over haar onmondige zoon Anthonis van Duvenvoorde oorkondt dat Burchgen, weduwe Cornelis Diricxz met Henrick Gerrytsz haar gecoren voogd, hem heeft opgedragen ½ van 8 morgen land gelegen tot Breukelen in het gerecht van Nyenrode, belend boven: de Kortrijckerwech, beneden: dat kapittel van St Pieter te Utrecht, strekkende van de Pol hofstede off mit medewerkers, tbv Jan Evertsz Bongenaer, die er vervolgens mee wordt beleend tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een kinneken boters (vgl 1545-10-18)
leenmannen: Hubrecht Gerytsz en Claes Willemsz