Cralingen, van | 1362-11-28

Schotel: Abdij Rynsburg p 138

Achternamenindex

testament van Margaretha Persijn vrouwe van Rosenburgh, weduwe van Jacob van den Binchorst: aan het klooster Rijnsburg vermaakt zij 9 morgen land te Coudekerk, behevens het land van Alcmade achter het gasthuis te 's Gravesande; op dat land vermaakt zij haar zuster Catherina van Velzen 40 sc per jaar tot haar dood. Item vrou Richarde van den Binchorst, vrou Janne van Teylingen, vrou Alide van Cralinge, vrou Beatris van Hodenpijl krijgen elk 15 sc per jaar; en Mabelien van der Binchorst ook 15 sc, na haar dood te komen op het Cloester ter Lee voor de ziel van de heer van Waterland en zijn vrouw. Jan Parrijc (Parsyn?], mijn broeder, 10 £ . Item Claas van den Houte [Horst?] minen neve 8 £ . Item Lisebetten Claes zuster van Houte [Horst] een zwarte mantel. Hoofdstel, paarlen ten hande van Waelant [Waterland?]

getuigen: Gheride Oestgeest, Floris van Sonnevelt, Dirk Jacobsz, Symon van Alcmade, Jan Aerntsz; executeurs: Catherine van Waterland, heer Jan Boenen, parochiepaep te Rynsburgh, haar zwager Jan van Matenesse en haar neef Boudin Fontiaensz [Pontiaensz ?]

Binchorst, v.d. | 1362-11-28

Schotel: Abdij Rynsburg p 136 ev

Achternamenindex

testament van Margaretha van Rosenburgh: - aan het klooster Rijnsburg vermaakt zij 9 morgen land te Coudekerk, en het land van Alcmade achter het gasthuis te 's Gravesande; - op dat land vermaakt zij haar zuster Catherina van Velzen 40 sc per jaar tot haar dood; - Richarde van den Binchorst, v Janne van Teylingen, Alide van Cralinge, Beatris van Hodenpijl krijgen elk 15 sc per jaar; - Mabelien van der Binchorst ook 15 sc, na haar dood te komen op het klooster ter Lee voor de ziel van de heer van Waterland en zijn vrouw; - haar broer Jan Parrijc [Persyn?], 10 £; - haar neef Claas van den Houte [Horst?] 8 £; - Lisebetten Claes zuster van Houte [Horst] een zwarte mantel; - hoofdstel, paarlen etc ten hande van Waelant [Waterland?] etc; executeurs zijn Catherine van Waterland, heer Jan Boenen, parochiepaep te Rynsburgh, haar zwager Jan van Matenesse, en haar neef Boudin Fontiaensz [Pontiaensz ?]

getuigen: Gheride Oestgeest, Floris van Sonnevelt, Dirk Jacobssoen, Symon van Alcmade, Jan Aerntsoen

Horst, van der | 1362-11-28

Schotel: Abdij Rynsburg p 136 ev

Achternamenindex

testament van Margaretha van Rosenburgh: - aan het klooster Rijnsburg vermaakt zij 9 morgen land te Coudekerk, en het land van Alcmade achter het gasthuis te 's Gravesande; - op dat land vermaakt zij haar zuster Catherina van Velzen 40 sc per jaar tot haar dood; - Richarde van den Binchorst, v Janne van Teylingen, Alide van Cralinge, Beatris van Hodenpijl krijgen elk 15 sc per jaar; - Mabelien van der Binchorst ook 15 sc, na haar dood te komen op het klooster ter Lee voor de ziel van de heer van Waterland en zijn vrouw; - haar broer Jan Parrijc [Persyn?], 10 £; - haar neef Claas van den Houte [Horst?] 8 £; - Lisebetten Claes zuster van Houte [Horst] een zwarte mantel; - hoofdstel, paarlen etc ten hande van Waelant [Waterland?] etc; executeurs zijn Catherine van Waterland, heer Jan Boenen, parochiepaep te Rynsburgh, haar zwager Jan van Matenesse, en haar neef Boudin Fontiaensz [Pontiaensz ?]

Poelenburg, van | 1404-12-16

R.A.H. Coll Aanw 96 fol 86v/Reg Tricus Afd Kennemerland no 47; R.A.H. no 99 afd Kennemerland fol 25, 60/Novum Registrum patet libro IX no 123; R.A.H. 101 fol 59 fol 22

Achternamenindex

Gerrit van Poelenburch, zijn zoon ontving: 1) syn huysinge mitten hiemwerf en 4 acker te Heemskerk voor den werff, streckende tot an den Kerkweg; 2) een weije after den huyse; 3) 4 £ Holl per jaar uit landhuur in die Lier, 1429-04-09: dit alles heeft Gheryt van Poelenburch quytgescouden en Claes Berthoudsz van Hueppen [= Huessen ] ontvangen; 4) 20 morgen tussen de dijk van de poeldijk en Wennekenssloot; 5) 1 morgen 2 hont gelegen an t Hoff te 's Gravesande; 6) 2 paar swaen uit het huis van Heemskerk [Marquette]; 1429-03-08: Jacobus stierf en zijn zoon Gerardus relevavit; 1429-03-28 (1428): Gheryt van poelburch wordt door gravin Jacoba beleend; 1439-04-15: Jacob van Poelenburg Gerritsz "als dat hij mit waenversoucken niet versuymen en mach tot syn mondigen jaren toe"; 1447-01-26 91446): Jacob van Poelenburg beleend, na zijn vader Gheryt

Berkenrode, van | 1477-12-26

Ms Opstraeten v.d. Molen dl III p 847

Achternamenindex

huwelijksvoorwaarden tussen Gerrit van Berkenrode Gerritsz, doctor in de medicijnen, met jvr Katryn Henrick Pietersdochter; zij brengt mee o.a: 1) land te Nieuwe Niedorp, 2) een sate land in de ban van Rijswijk, groot 12 morgen, 18£ Holl, 4) land te Oude Niedorp, 5) ¼ van de tienden van Valkenkooch, 6) Kannemakersven te Bergen, 7) Roel Bemersweer te Assendelft, 18 R gld per jaar, 8) Jan Willems Heynes weer te Assendelft, 5 gaerden, geldende 10 ½ R gld per jaar, 9) de halve sate te Watweij in de ban van Hoorn, gemeen met Jan Louwendochter man, geldt 14½ R gld per jaar, 10) 4 koeweyden in de Ververste uterdijk van Hoorn, ende is die anderde weyde van de dyck, geldt 8½ gld per jaar, 11) 3 koeweiden tot Hoorn in de Gouwe, gelden 5½ R gld per jaar, 12) 35 schell gr Vls op de stad Haarlem, ter lossing de penn 16, 13) 100£ Holl, - een sate land, groot 19 morgen, in de ban van 's Gravesande, 18 Eng nobel per jaar; Gerrit brengt in: o.a. een sate land in de ban van Heemstede 27 R gld per jaar, land aldaar, 10 R gld per jaar, land aldaar, 5¾ R gld per jaar