67 resultaten
Jonge, de | 1504-1624
Dr Hermans: Bijdr Gesch Noordbrabant p 224/J. van Oudenhoven: Beschrijving van Heusden
Achternamenindex
beleend met de hoge en lage heerlijkheid van Baerdwijk: 1504: mr Reynier de Jonge, bij overgifte van zijn moeder Machteld van der Merwede; 1515: mr Jacob de Jonghe na dode van zijn broer; 1554: mr Cornelis de Jonghe, na dode van zijn vader Jacob; 1579: mr Cornelis de Jonghe, bij dode van zijn vader Cornelis; 1615: juffrouw Anna de Jonghe bij dode en maeckinghe van haar vader Cornelis; 1624: jonker Jacob de Jonge, bij dode en maeckinge van zijn nicht Anna de Jonghe
Herlaer, van | 1196
Noordbrabantse Charters bl 16/De Fremery Suppl no 20/Hermans: Ravestein 3e gedeelte 547
Achternamenindex
Albert van Dinther schenkt zijn landgoed Bernhese en de beemde Loosbroek te Heeswijk aan de abdij Berne
Albert en Hendrik van Cuyk, Dirk van Herlaer, Hubert [lees: Herbaren] van Heeswijk, Willem graaf van Megen, Henricus de Batenborch, consobrinus domini Henrici
Merwede, van der | 1445, 1447, 1500, 1504
Bijdr Gesch Noordbrabant Dr Hermans p 223, 224/J van Oudenhoven: Beschrijving van Heusden
Achternamenindex
Dirick van der Merwede, ridder, heer van Eten en Meuwen, kastelein van St Geertruidenberg en baljuw van Zuidholland, wordt beleend met de hoge en lage heerlijkheid van Baerdwijck, na overgifte door Geertruyd van Wielesteyn; 1447: Klaes van der Merwede beleend na opdracht van zijn vader Dierick; 1500: beleend Machtelt Claesdochter van der Merwede, bij dode van haar vader Claes van der Merwede; 1504: beleend mr Reynier de Jonghe, na overgifte door zijn moeder Machtelt van der Merwede
Cuyk, van | 1196> 1205~
De Fremery no 20, 21/Hermans: Charters Land van Ravestein I bl 545-549
Achternamenindex
Hendrik heer van Cuyk oorkondt giften van Albert de Dinther en Almerius de Heeswijk aan de abdij Berne
Cuyk, van | 1191
Noordbrabantse Charters p 284/Inv Arch Belgique Parta I Tome I no 5/Het Spechtboek fol 362v/Alg Ned Familieblad 04-1884 no 121 p 2/Miraeus: Opera Dipl I p 555
Achternamenindex
Henricus de Cuyk, zijn vrouw Sophia en hun zoon Albert dragen op aan de hertog van Brabant hun allodium de Herpen en ontvangen dit weer in leen en ontvangen daarvoor 40 marken Keulens en de tiende te Heesch
getuigen van de familie van Henricus de Cuyk: Theodericus de Batenborch, (Godefridus de Herpen), Robertus de Litte, Egenus de Harem [Haren in het land van Ravenstein], Albertus de Langele, Hermannus de Loon [volgens Hermans: Neerloon]; testes de familia ducis: Arnoldus Grimbergensis, Reinerus de Heverlé, Arnoldus de Wesemale, Willelmus Rus, Gerardus de Huldeberga, Willelmus de Walem [Waalhein], Walterus de Remenna, Vulinus de Lovanio
Dinter, van | 1196>
De Fremery Suppl regest no 21/Hermans: Charters Land van Ravestein I p 548, 549/De Fremery no 48
Achternamenindex
Albertus van Cuyk oorkondt giften door Albert van Dinther en Almericus van Heeswijk, ridder, aan Berne geschonken, van zijn landgoed Bernhese en het bos te Dinther [sterfjaar van de gever [welke?] gesteld op 1233]
Dinter, van | 1196
De Fremery Suppl regest no 20/Hermans: Charters Land van Ravestein I p 545-548/Van Alen: Beschrijving van Grave/ Noordbrabantse Charters p 16
Achternamenindex
Albertus heer van Dinther schenkt aan de abdij Bern het landgoed Bernhese en de beemde Loosbroek onder Heeswijk. Hier wordt melding gemaakt van een sala [herenhuizing] te Bernhese en een kasteel te Herpen van Albert en zijn zoon Hendrik van Cuyk, Dirc van Herlaer, Hubert de Heeswick en Willem graaf van Megen. Albertus van Cuk bevestigt deze gift alsmede die van Almericus de Heeswijk, die zijn landgoed ook te Bernhese gelegen aan de abdij Bern geeft