96 resultaten

Groeneveld, van | 1321-04-30

Reg Hann p 95/Reg EL 1 fol 20 en Reg EL 2 fol 17v/ Twickel Leenregister Wassenaar AA fol 49, 58/Ned Leeuw jg 1921 fol 368
Achternamenindex

graaf Willem belooft aan heer Arnoud van Groeneveld, ridder, de wettige leenvolging in het land van Dirk burggraaf van Leiden op de Harnesse (16 morgen) en in de Cadijke (17 morgen), als deze zonder wettige zoon sterft; 1322-01-30: belening door Dirc burggraaf van Leiden met dit land, waarop Willem ver Godeldenz op placht te wonen en nu Jacob Lyenz in huur heeft, op de Harnesse bij Woutkerke en land in de Kadijc, waarop Jan oude Willemsz woonde en nu in huur bij Gheryt van Beesd, met lijftocht voor Lysbeth van Groenevelt, van "minen broeder" Claes Parsijn

zegel van Jan van Polanen

Dussen, van der | 1319-11-30

Reg Rotterdam en Schieland no 265
Achternamenindex

graaf Willem verklaart gegeven te hebben aan heer Hughe heer van Sottighen en zijn neef het land gelegen binnen de Heyffele, dat bedijkt is aan Riederwaert en voor de bedijking "havelinghe" en riet was en dat door zijn rentmeester placht verhuurd te worden voor een jaarlijkse erfpacht van 3 pond 10 sc Holl penningen, te betalen door heer Hughe voornoemd en degenen die met hem de Heyfele bedijkt hebben, namelijk heer Jan van der Dussen, Aper uter Milen, Jan van Almonde, en Enghebrecht van Wychnich, met belofte van vrijwaring en de bepaling dat het land bij overstroming weder aan de graaf zal vervallen

Arkel, van | 1397-08-06

Van Mieris III p 660
Achternamenindex

Johan van Arkel oorkondt dat "ick om ons lants oirbaer dien van Oesterwyck, ende dien van Kedichem, die van Westeringen en van Ryetvelt alle dier erven binnen hebben, dien achterdyck vercoft hebbe haer water mede te keerne, arvelicken ende eeuwelicke te liggene elckermalck jegen sijn erve te behouden in alsulcken rechte als hair erve gelegen is, ende des dyck sal wesen alsve breedt ende alsve lanck als hij placht te wesen in mijns heren tijden mijns vaders eer hij dien lande off genomen wert. Hierbij heb ick doen liggen op desen dyck 3 scouwen in elken jare"

Witte, (de) | 1356-04-04 (1355)

A.R.A. Leenkamer 32 Copie fol 120v/Reg EL 25 fol 78
Achternamenindex

hertog Willem beveelt dat de weduwe en erfgenamen van wijlen heer Gerret Witten "hout en waert in sulken goede als heeren Gheride voornoemd gepacht wort van Barthelmeus Hugensz goede, Hughe Roede syns soens ende Dirc Hugensz bi heren Ghered van Egmond, doe ter tyt baljuw aldaar, Ghered Heynenz, onsen rentmeester, mr Dirc van Thienen, onsen clerck, ende bi rade ons gemeens rechts van Delft toter tijt toe dat hem voldaen is van alsoe veel ghelts als hi ons gegeven heeft van den goede bi deser voors. scattinge, ende haer Ghered voers te bruken placht doe hi levende was"

erfgenamen: Gondrade vrouw van Claes Jansz, Griete Roedtaerts, Ymme Soete, Ghered Ludekynsz vrouw, Alyt van Coudenhoven en zijn zusters Ermegaert en Wendelmoet

Amstel, van | 1455-11-29

Ons Voorgeslacht 09-1988 p 368, 369
Achternamenindex

leen van Amstel: no 33) de windmolen met 5 à 6 morgen in Ouder Amstel, 1390: "zijnde de hofstede waar de burg op placht te staan", Jan van Amstel Jan Heinenz draagt over aan Dirc Dircsz een werf binnen de sloot met het huis daarop met tuin in Ouder Amstel, van de driesprong tot de kerksteeg, afkomstig van de berg van Ouder Amstel, 2£ per jaar, wordt leen no 33A); 1470-01-20: leen no 33) Gerrit van Amstel bij overdracht door zijn vader Jan; 1478-05-20: Jan Bout Jansz na overdracht door Gerrit van Amstel, krijgt 06-04 ten eigen voor 40£

Beresteyn, van | 1454-12-31

Amsterdam Archief Weeskamer lade 332 (dossier X) copie op papier
Achternamenindex

Jacob Jan Hughenz en Heyman Ruusschenz, schepenen van Amsterdam, oorkonden dat Jan Scout die kistemaker erkend schuldig te zijn aan Jacob van Beresteijn II g.g.Wilh.Holl.scilde jaarlijkse rente op het huis en erf gelegen op de Kerczide aan de Burgwalle, daar naast belend noord: Gerrit Pietersz en zuid: Jan Borwoutzserve placht te wezen, strekkende van "den Burgwalle aan de arme huyssittende luden toe, in allen schijn alst daer gelegen is ende betymmert staet"; op bijliggend papier: "dit is een copie uit een schepenbrief toebehorend aan Claes Gijsen ende lach tot een onderpant ende heft gehaelt Duuf Claes Gysenswijf bij consent van de burgermeister den 1453-07-16"

borgen: Pieter Symonsz en Gijsbert Beresteyn

Kuynre, van | 1404-12-16

R.A.H. Coll Aanw 96 fol 176v
Achternamenindex

Herman van Kuynre ontvangt: - de heerlijkheid van Orck en Emelwaerde, waarvan de heer van Voorst en Keppel een deel hield en Dirck van Zweten het andere deel; - vier stukken land die Tyese Wynkyns placht te gebruiken; - 36 stukken land waar de munt op stond; - 9 stukken land daar die Koijter op woonde; 11 stukken land waar Wisentan op zat; - 21 stukken land die Rabbert gebruikte, alles gelegen op Emelwaerde; - Diewaert Henricksdochter van Thoerenburch ontving 4 maden land in de ban van Groot Oosthuser cooch; - Gerrit Willemsz ontving zulk land als hij in Tesselt heeft in de ban van der Burch en heet Soyerscoech, noorwaarts strekkende tot het Ylmeer

West Friesland, Urk

Dalem, van | 1466-12-29

A.R.A. Leenkamer Holland 117B Reg Charolais fol 61/Ons Voorgeslacht 02-1985 p 52
Achternamenindex

Anthonis Michielsz beleent Adrijaen van Dalem, na dode van zijn oom Gerijts (Gerbrand?) van Beesde, als leen van Arkel, met: 1) 10 hont land op Westeringen tussen Herbaren van der Doncke erve wylnaer en Alijdt van Megen met haar kinderen erve wileneer; 2) 4 ½ morgen in Dalem in het oudeland, samen met Alijd die Henricswijf was ut er Kuecken, tussen Jans erve van Dalem en Gheryt Claesz erve; 3) 4 ½ hond gelegen mit wijlen Alijt voirs onderdeelt, tussen Gheryt Claesz erve en Aernts erve van Goch; 4) nog 10 ½ hont gemeen met wijlen Alijt, tussen Gherijt Claesz en Dirck Segersz erve te wesen placht

Smeder, de | 1338-07-31

A.R.A. Leenkamer 32 Copie fol 93v/Reg EL 25 fol 60
Achternamenindex

graaf Willem oorkondt dat "onse Jan die snider [smeder ?], onse doerwaerder van onsen eygeliken goede ons opgedragen heeft t onsen vryen eygen een weer lants dat groot is 22 mete lants ende een half huys totter [metter ?] hefte van der hofsteden daer dat huys op staet, leggende in Reeden [Rooden = Roon ?] in t huysweer daer zijn vader op placht te wonen, binnen desen lantgemercken:" belend zuid: de zeedijk, oost de Voendijk, zuid: hij zelf met een weer Ruijchgaesweer geheten, noord: een weer dat Lem Gielisz aan zijn zoon Boudyn ten huwelijk gaf; vervolgens wordt Jannes beleend, indien hij zonder kinderen sterft te komen op zijn broer Willem of diens kinderen

Hodenpijl, van | 1282-11<

De Fremery no 228
Achternamenindex

lenen ten tijde van Floris V: no 98) Didderic van Hoedenpil houdt in leen: - het ambacht van Hodenpijl en 66 morgen aldaar; - de tiende tussen de Hofdijk en het huis van Ghisekin van Ammer, waar hij placht te wonen; - 10 morgen land in die woninge die van Kerstans Nigers was in Maeslanderambacht; Jan van Overvoorde houdt in leen de tiende van Hodenpijl (10 £) die ligt in het gerecht van Didderic van Hodenpijl en in Jans van den Dorpe; no 103): - Jan Onner voert de tiende van Hodenpijl, 10 £, in het gerecht van Didderic van Hodenpijl, en in Jans gerecht van den Dorpe en in Maselanderambacht; in het ambacht van Maselant ten Hofdike: Arnout Arnouts Voitsz 4½ morgen