Deen | 1438-1439

Rek Rentmeester Kennemerland

Achternamenindex

Aelbrecht de Deen: (869 fol 5v) de tienden van Enchusen 12 £ en zijn andere pachten als voren; 1439-1440: (870 fol 6v) de tienden van Enchusen, de sluis te Scellinchout, de Borderopsmeer, de gancael en sciptollen te Enchusen, de haven en sloot, de monikestalen; 1440-1441: (871 fol 6v) dezelfde post; 1447-1448: (878 fol 10) voor de laatste maal: tiende van Enchsuen, sluis van Scellinchout, Borderopsmeer, gancael en sciptollen, haven en sloot, monikenstalen, Brouckoirt, Aelbrecht sterft Meyavont 1448 (fol 6v)

Deen | 1346-06-01

Bijdr Hist Gen jg 1901 bl 144/Reg EL 5 fol 18r

Achternamenindex

Aelbrecht Deen houdt in leen 5 ½ morgen in het Haghe ambacht, belend oost: die nuwe wech en west: Aelwyn Wadartsz; ± 1367: Gerrit Potter

Suermond | 1304~

R.G.P. Grote Serie 171 Rek Dom Putten II p 266/Ons Voorgeslacht 1979 p 205 (no 239)

Achternamenindex

leen van Putten: in Zeeland: ver Gheijle des Sueters houdt in leen 6 gemeten land voor Jan heren Claesz dore [deur], zonder plaats

Delle, van der | 1411-06-30

Inv Arch Haarlem p 185/Arch Groote Gasthuis

Achternamenindex

opdracht door Gheryt van der Delle c.s. aan Gasthuismeesters van Haarlem van een rente van ⅓ deel van een oude frank per jaar, gevestigd op een huis gelegen aan de Bakenessergracht te Haarlem

Haarlem

Wassenaer, van | 1624-09-04

Ons Voorgeslacht 07-1988 p 342

Achternamenindex

grafelijk leen: no 217) huis te Mye met 100 morgen land te Nieuwkoop, Antonis van Wassenaar en Duvenvoorde heer van den Bosch voor zijn dochters Timana en Anna Maria, na dode van hun grootmoeder Clara van der Mye, weduwe van Adam van der Duyn; 1628-09-16: Claes van der Duyn, ambachtsheer van Rijswijk voor zijn zoon Claas, na dode van diens moeder Timana van Wassenaer en Duvenvoorde, na kaveling

Wale, van den | 1311-09-10

Van Mieris II p 119

Achternamenindex

Dideric van den Wale krijgt toestemming van de graaf dat de tienden die hij kocht van heer Vrank van Hoylede, liggende in de Lier, na zijn dood zullen vererven op zijn twee kinderen Arnoude en Katerine en zijn neef Willem Snicrieme, knape, elk voor een derde; 1354: Mathys van der Borch, persoenre van Delf geeft een vidimus van deze brief

Does, van der | 1629-02-04

G.A.Amsterdam DTB no 41

Achternamenindex

gedoopt in de Nieuwe Kerk te Amsterdam: Elisabeth, dochter van Symon van der Does en Beatrice Ancelmo; getuige: Samuel Godiu(n) de Jonge

Rietwijk, van | 1417-07-11

Van Mieris IV p 400

Achternamenindex

deze poorters van Haarlem beloofden wegens het oproer te Haarlem en het trekken met een nagemaakte banier naar Den Haag, in Noordwijk in gijzeling te komen: o.a. Dove van Rietwijk

Dorp, van | 1269-06-23

De Fremery no 154

Achternamenindex

Walterus dictus de Ruven, miles, oorkondt over de korentiende in Pijnacker, verkocht aan Johannis zoon van Arnoldus van Dorp, broeder van het Duitse huis; verder genoemd: zijn zusters Connegundus en Petronella; 1399-11-20: Philips van den Dorp bezitter van deze korentiende; 1414-08-07: na diens dood wordt zijn nicht Margriet, vrouw van Andries van der Lisse ermee beleend

Boekel/Bokel | 1323-12-11

Reg Rotterdam en Schieland no 317

Achternamenindex

Adolf bisschop van Luik, verklaart dat voor hem terecht zittende in de tuin van zijn paleis te Luik, verscheen heer Johans de Chierf, ridder, die een brief deed lezen dat Johans del Donc, die van den bisschop van Luik de tienden der kerk van Ramesdonck met toebehoren in leen hield, huwde met Maha (Machteld) tevoren vrouw van Leo de Tule en moeder van Jehan le Voweit (Voogd), bij welke vrouw Johan del Donc een dochter (Machteld) verwekte, die haar vader en moeder overleefde en voor wie Williames de Uter Nesse, broer van Johan del Donc, als voogd dit leen ontving, dat deze dochter is overleden en Johan del Donc geen andere kinderen had, waarop Johan le Vouweis het gezegde leen heeft verzocht, dat hiertegen Thieris Boecle, heeft aangevoerd dat dit leen op hem was vervallen omdat hij een bloedverwant was van genoemde Johan del Donc, zijnde hij toch diens broeders zoon, en dat na lezing van deze brief, overeenkomstig het gevoelen van Johan le Chierf vonnis is gewezen ten gusnte van Johan le Voweis

Uytternesse