4688 resultaten
Rijswijk, van~ | 1108-06-26
v.d. Bergh I no 99
Achternamenindex
bisschop Burchard van Utrecht doet afstand van de kerk van Aalburg, onder de getuigen: Dudo de Furneholt [van Voorhout/van Rijswijk ?]
Doem, van | 1447-05-01 (of 1445)
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 484
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Willem van Huekelem oorkondt "dat wij ontfangen hebben van des cloesters wegen van West[er ?]oijen buten Tyel, bij handen Alerts van Doem 6 R gld van onsen tyende van Zandwijc. Welc gelt voirs wij ontfangen hebben ende ontfangen in affcortinge des pachts van der tyende voirs. Gegeven anno 1445 op den Meydach 47" [!]
Doem, van | 1422-02-28
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 421v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt oorkondt dat Evert van den Doem gemaakt heeft tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Beatrijs Ghysbertsdochter van den Damme, 8 scaer weyden per jaar in Kriexkamp, in het kerspel van Zoes, belend boven: Ricout Scuep Ricoutsz
mannen: Tyman de Lange, Vrederic van den Voirde
Doem, van | 1425-05-20
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 462v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Evert van Doem maakt aan het convent der besloten zusteren van St Claren in Amestelredam 80 Reynaldus Arnhemse gld eens, te betalen binnen jaar en dag na Everts dood, uit 4 acker land gelegen op ter Beeck in den kerspel van Zoes, belend boven: Willem Jansz erfgenamen, beneden: Henric Stoep, dat onse mangoed is
mannen: Gysbert Godscalc, Tyman de Lange
Doem, van | 1436-02-22
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 269v, 270
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Otto van den Doem draagt op 8 scaerweijen in een stuk land geheten Kriecskamp, strekkende uit de Eme tot aan de Biscopswech toe, belend noord: Ricout Willemsz met ⅓ deel van dezelfde camp, zuid: die scut en Gheryt Jansz; vervolgens wordt Herbert van Palaes beleend, hij maakt het goed tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Udell
mannen: Zoude van Rijn, Wessell Zuermont
Doem, van | 1452-06-19
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 148
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Willem van Doem draagt op een stuk erf te Zoest, dat Jacob Scade gebruikte, belend boven: Steven van Zulen van Nyevelt, beneden: de heren van Oudmunster; vervolgens wordt hij ermee beleend tot een goed onversterfelijk erfleen, na zijn dood te komen op zijn 2 dochters Gheertrude en Evert, elk voor de helft
mannen: Heynric Botter, Hugo Bull
Doem, van | 1464
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 174v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Willam van Doem draagt op ½ van 4 morgen veen, onderdeijlt, gelegen in de Soesche Venen, waarvan de andere helft van Ricout Geryt Rutgersz.z is, belend zonnewaarts: Lambert Pijll, zeewaarts: Dirc van Oestrum; vervolgens wordt Dirc van Oestrum met dit leen beleend, tot een goed onversterfelijk erfleen; "Dyrck van Oestrum is doet ende dit heeft ontfangen Willem syn soon"
Doem, van | 1466-02-01
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 192, 179v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Wouter Scaeij als voogd van zijn vrouw Evert, wordt na dode van haar vader Willem van den Doem, beleend met ½ van een stuk erf gelegen tot Soes, onderdeylt met haar zuster Geertruyde, vrouw van Jan Taetsen, belend boven: Aernt van Drije, beneden: de heren van Oudemunster, "alse Willam van Doem hoir vader beijde sinen dochteren dat gelijc gemaeckt hadde"; Everts moeder Janna, vrouw van Willam van Doem, behoudt haar lijftocht aan dit goed; dezelfde akte: Jan Taets als voogd van zijn vrouw Geertruijd beleend met ½ van dit erf te Zoes, onderdeijlt met haar zuster Evert (ander fiche heeft: 1476-02-01)
mannen: Jan Camp, Aelbert Botter, Evert Petersz van Heesse
Doem, van | 1482-10-18
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 233
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Evertgen Willem van Doemsdochter, weduwe van Jan van der Maeten, draagt op ½ van een stuk erf gelegen tot Zoes, onderdeylt met haar zuster Geertrude, zoals haar vader Willem van Doem van de abdij in leen gehouden had, belend boven: Aernt van Drije, beneden: Oud Munster te Utrecht; vervolgens wordt Henric Kracht ermee beleend tot een goed onversterfelijk erfleen; sterft Henric voor zijn vrouw Wendelmoet Aernt Mutsendochter, of sterven zij beide zonder kinderen, dan zal de helft komen op Henrics erfgenamen en de andere helft op Wendelmoets erfgenamen; "item dit heeft Wendelmoet sijn wijf"
mannen: Jan van den Anxter, Henric van Ringenberghe