14478 resultaten
Gruijter, de | 1480-02-26 - 1482-05-15
Rek Drossaard van het Land van Arkel no 3816 fol 1v
Achternamenindex
ontvangen van Adriaen Cornelisz "die binnen tiden deser rekeninge Claes die Gruter doirwairder commende te Gorkum omme sheeren penningen te innen, gesteken hadde, die na t feit voirtvluchtich geworden is negeen goet achterlatende daer men yet verhalen mochte, hierom alhier nyet"
Duyn, van der | 1544
Maatboek Bennebroek
Achternamenindex
Kohier 1561 fol 28v: hier begint een polder binnen het dorp; (fol 33) Pieter Jeroensz huyert een huijs met omtrent 5 hont teelant, eigenaar Claes van der Duyn, wonende in den Hage, huur 36 R gld; Maatboek 1544 Bennebroek, geestland tussen Voor- en Achterweg: mr Pieter Zanto als voech van den eigenaar die boghert daer Jacob Jacobsz op woont, groot 531 roeden(p 10)
Does, van der | 1400-09-24
Arch Abdij Egmond Inv no 605
Achternamenindex
Dirc van Rollant oorkondt dat hij de abt van Egmond heeft opgedragen en wederom van hem in leen ontvangen "alle lienrecht ende toeseggen dat ic hebbe an dat ⅓ deel der rottienden die wileneer Pieter van Rollant, myn oudoem, daer God die ziel of hebben moet, te liene helt van den Godshuus voirs, ende mij nu opbestorven is van Dirc Dircxz van der Does, minen neve, leste besitter van desen liengoede". Dirk van Rolland draagt op alle leengoederen, op het ⅓ deel van de rottiende na, die zijn oudoom Pieter van Rolland eertijds bezeten heeft en die hem van zijn neef Dirc Dircsz van der Does aanbestorven zijn; 1317-05-23: de abt van Egmond beleend Machteld dochter van Dirk van Rolland met de rottiende die haar vader in leen hield van de abt, te versterven op zoons of dochters
Duyn | 1520
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 302, 302/2
Achternamenindex
Marten Adriaensz Duyn, klerk en ontvanger van de waterpenningen in de Oostwatering (op Walcheren); 1520-02-17: hij heet Marten Adriaen Pier Duynsz, hij is zoon van de dijkgraaf
Diest, van | 1232, 1235
De Raadt I p 381
Achternamenindex
Arnoldus de Diest scelle avec Jean dit Brine de Diest, frère de Gerard de Diest, tous deux fils de Gerard; 1236: Johannes dictus Briene, dominus de Nederlintre, de l'aveu de sa mère donne à l'abbesse du Val des Vierges; 1272: Johannes dictus Brien dominus de Inferiori Lintere scelle un acte de Gerardus de Binckem dominus de Lintere superiori; 1282: Aelis de Diestre dame de Cysoing, femme d'Helliu sire de Cysoing ber de Flandre; 1286: Arnould de Diest et sa femme Elisabeth; 1286, 1289: Gerardus de Diest filius Arnoldi de Diest, castellani antwerpiensis et Elyzabeth uxoris sue
Dorp, van | 1420-06-02
Arch Kapittel St Marie op het Hof te 's Hage regest no 184
Achternamenindex
Jan van Dorp Gyskensz verklaart verkocht te hebben aan zijn zwager Jan Eversz [Dever] 9 morgen land gelegen in het ambacht van Maeslant
Herlaer, van | 1348~ (1345-1351)
Van Mieris II p 759/Matthaeus Chron Egm p 222, 223
Achternamenindex
twist over de tienden van Cole, Boekelsdyc en Bloemertsdyc met de abt van Egmond, die beweerde dat deze tienden als een recht leen aan hem vervallen waren bij de dood van de vrouwe van Rotterdam heer Dirk Boekelsdochter. Zij huwde met heer Simon van Teylinge die belening verzocht aan abt Hugo Mensenz (1326-1345); "daerna doe Haer Symon doot bleef, versochte sijn wijf die tiende, daer veel goede luden over waren, voor Haer Willaem van Rolland, die doe abt was, dies hij haer niet doen en woude"; "Daerna na sij Haer Gerrid van Harlaer te manne, die t oock mede aen Haer Willem van Rolland versochte" zonder resultaat; "Doe seyde Haer Gerrid van Harlaer dat elck man nam, dat hem besciten mochte. Daerna en versocht sij dat goet niet, also langhe alse levede, maer bleef daer in sitten met gewelt.... etc"
Boekel/Bokel | 1295, 1296
De Fremery no 309
Achternamenindex
uitspraak over het eigendomsrecht van gronden, tienden, rechten: 10) in t ambacht van Bokels Florens filius so palen wi den grave toe van den hoirne, an Clays ambocht van Putte totter halve Heydrecht; 11) in Ghizebrecht Bokels ambocht ende Outgiers heren Outgiers filius te Rotterdam soe palen wi den uterdyc den grave toe; 12) Voert, Bokelsdyc ende Bloemersdyc vinden wi dat die here van Diest vercoft van mijn heredes coninx weghen; 13) voorts van den dijc, daar Gizebrecht Bokels stalhuys op staat, alom in Rubroec en Rubroec dore; 14) in Bleeswyc tussen Rotte en Wllynsborne, al dat land dat daar tussen ligt, tegen die van Berkel en die van den Zegwaart, vinden wi den luden den eyghendom diet bezeten hebben, ambocht en tiende van Ghizebrecht Bokel