32719 resultaten

Saij | 1422-09-20

Memoriale XIII fol 44
Achternamenindex

heer Hendrik van Wassenaer en Willem van Dorp beloven dat zij Dirc Say Goeswynsz leveren zullen morgen over 8 dagen, te weten op 28 september, in de Voorpoort in den Hage [Dirc Say van der Lee Goeswynsz was baljuw van Schiedam geworden bij beveling van 1409-04-30, en is dit blijkbaar gebleven tot 1419-12-24 toen Goeswyn Michielsz commissie kreeg. Vermoedelijk heeft Dirc Saij zich aan ambtsmisdrijven schuldig gemaakt]; 1422-10-03: Bertout Say en Willem van den Dorpe beloven Dirc Say over 8 dagen, in allen schyn als hij daar geweest is, op een boete van 3000 cronen; 1422-10-24: Dirc Say moet aan de thesaurier 600 Wilh scilden betalen. Borgen: heer Henric van Wassenaer, Daniel van Cralingen, Bertout Say en Willem van Dorp. Beide eerstgenoemden beloven dat Dirc Say zal blijven in Pelgrims huys 6 dagen lang

Wyffliet, van | 1545-12

Inv Arch 's Hertogenbosch Stadsrekening 4e stuk p 629
Achternamenindex

gedeputeerden uit de 4 kwartieren van de meijeren spreken met de stad "ende te accorderen, aengaende den scenckers die men der Keij MA. doen soude bynnen dese stat, dair men deselve sijn Ma. verwachtende was ende in densleven extract gepasseert ende alhier in deser rekeninge gestelt, elck 3 daigen, sdaigs elcken toegevueght 1 peter van 18st": Willem van Creyelt, Jan van Wyfflet, Hanss Cock, Jan Laurss en Matheus Cleiss

Doom | 1468-11-03

Coll Aanw 240 fol 1381v
Achternamenindex

Jacob Doom, Cornelis Sanne Meijntges, Dirck Willemsz, drapeniers te 's Hage e.a.: proces tegen de schout daar zij geen eigen ramen bezitten

Herlaer, van | 1350

De Raadt II p 70
Achternamenindex

Thierry van Herlaer seigneur van der Ameyde, hulper van de hertog van Brabant, "in dien verloghe dat hi nu heeft jeghens den bisscop ende dier stat van Utrecht"

Dam, van den | 1410~

Leenregister Culemborg fol 6, 19v, 30, 49, 62, 72v, 80v
Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Jacob van den Dam 1 viertel in het gerecht van Jaersvelt; hij draagt dit leen over tbv Willem van den Vliet; - Hubert Corstken Hubertszdochter, de vrouw van Egbert van den Dam, 1 viertel land ter Weijde, belend boven: Egbert van den Dam, beneden: Wenmer Wenmersz; hulde doet haar man Egbert van den Dam (fol 20); - Willemsz van den Dam een acker op Goodbertingervelt van 10 hont bij Pariserwech; - Jan van den Dam, 1 akker op Goodbertingervelt strekkende in de Lek, belend boven: oude Aernt, beneden: Staes; - dezelfde Jan 1 akker van 10 hont op Goodbertingen bij de Pariserwech, belend boven: Ghibe Jacobsz, beneden: Jacob van Wellincwijc; - Johan van Beesde 1 viertel, dat de vrouw van Hubert Egberts van den Damme opgedragen heeft, belend boven: Johan de Rode en Herman Claesz, beneden: Wemmer Wemmersz en het gasthuis van Culemborg; -Gerrit van den Dam 6 ½ hont land aan de Oude A, die Willem Meynaert opdroeg, belend boven: Willem Meynaert, beneden: Roelof Landmeters kinderen; - 1 hofstat van 1 hont en 12 roeden te Buesinchem, belend boven: Geryt van den Dam, beneden: Balthazar van Buren met leen van Vianen; - Henric van der Wade Lambertsz die hij had bij Henricsdochter van Riebeeck heeft ontvangen dat Roelof die Goijer Henricsz opdroeg, o.a. 1 akker in den Hout, belend boven: Jan die Vette, Alijt van Dorn, Claes van Dorn, Kerstken van der Mere, Alijt Zasse en Jutte van den Damme, beneden: Marienweerd

Bitter | 1395

De Raadt III p 210/Düss Clèves Mark no 660
Achternamenindex

Lubbert van Rechede, dit de Bitere, n'élèvera plus de prétentions envers le comte Thierry de la Mark, du chef des lettres des comtes Adolphe et Englebert en faveur de Henri Vrydage van Pevelingen, et renonce à ses droits an dem hove to Lindenhorst, met zijn wapen. 1405: Lubbert van Rechede, dit die Byeter, vend au comte de Clèves et de la Mark son alleu Oevelhudenguet, paroisse de Seprade [Seppenrade] in deir buirschap tot Eicholt

Rechede, van | 1395

De Raadt III p 210/Düss Clèves Mark no 660
Achternamenindex

Lubbert van Rechede, dit de Bitere, n'élèvera plus de prétentions envers le comte Thierry de la Mark, du chef des lettres des comtes Adolphe et Englebert en faveur de Henri Vrydage van Pevelingen, et renonce à ses droits an dem hove to Lindenhorst, met zijn wapen. 1405: Lubbert van Rechede, dit die Byeter, vend au comte de Clèves et de la Mark son alleu Oevelhudenguet, paroisse de Seprade [Seppenrade] in deir buirschap tot Eicholt

Dalem, van | 1478-10-01 - 1479-09-30

Rek Rentmeester van het land van Arkel no 2214, fol 45
Achternamenindex

reparaties aan het slot te Gorinchem: "Noch utgeven by den vors here Jacob [bastaard van Brugdamme] om die voge beneden aen die eerste spaedze van den blauwen torn te doen leggen van den blauwen groiten steenen omtrent den zelven torn te voeren liggende, om daer mit defensie te moegen doen tot bewaernisse van den voirn slote. Gegen Jan van Dalem die hierinne geoccupeert heeft 7 ½ dagen tot 4 stuvers per dag, facit 30 sc"

Woude, van den | 1381-02-15

Van Mieris III p 366, 367
Achternamenindex

hertog Albrecht doet uitspraak over de doodslagen te Haarlem: - van Claas Mathysz quetsinge 12 £, dit sullen ghelden Roelof Bertoutsz van den Woude, Albrecht Gerrit Bertoutsz en Bertout de Coster, elk voor een derde; - quetsinge van Dirx van den Woude "sullen Ysebrant van Sparrewoude ende Heynric Pontiaen maken een beloken hant, ende zweren ten heyligen dat si hem ende sinen maghen daermede ghebetert hebben met dien dat si daer in brengen sullen ende oflaten; want si int openbaer niet bedreghen en zijn"

Haarlem

Duvenvoorde, van | 1291-07-16

v.d. Bergh II no 779
Achternamenindex

Beatrys gravin van Holland, Ghisebrecht van Amestel, Willaem van Egmonde, ridder, en Philips van Duvenvorde baljuw in Kennemaerlant oorkonden dat "de Kenemaren ende die Vriesen hebben ontfaen van den abbet van Egmonde ende van den menen convent, al dat land dat si hadden te Scaghen metten dike die daer toe behoert in deze manieren, dat si ende hare nacomelingen ewelike dien dyc delien sullen met tien lande"