21648 resultaten

Gro(n)duvel | 1363-1374

Rek Rentmeester Kennemerland 811, 809, 812, 816
Achternamenindex

mr Godevert Gronduvel: 1363-1364 van synre pensie 14 £ 8sc (811 fol 18v); 1361-1362: (809 fol 24v) van sijnre pensie van 1362 14 £ 8sc; 1366-1367: (812 fol 23v) mr Goedevert die Gronduvel van sine pensie 14 £ 8sc; 1373-1374: (816 fol 31) idem van zijn wedde van het jaar 1373 12 £ en 14 £ 8sc

Arkel, van | 1341-06-28

Arch Schoonhoven Inv no 196/Reg Hann p 280;/Versl Rijks Oude Arch 1918, dl I p 809/Wuller Zeper Regest 217
Achternamenindex

Jan van Beaumont en heer Jan van Arkel geven aan die van Bergambacht en nabij gelegen plaatsen een watergang te maken van de Lek naar Haestrecht; 1341-29-06: Jan van Henegouwen en Jan van Arkel komen overeen een waterloop te doen graven "die ave sal gaen ende beghinnen ane den Leckedijc, strekkende bij Ammerslane in dien Vliet doergaens door Scoenhouwen, door Stolwyck, doer Bilwijck ende doer Haestrechter lant westwaerts der vriheijt van Haestrecht doer dien dyck te halver Ysselen""

Heemskerk, van | 1418-01-02 (1417)

Van Mieris IV bl 444
Achternamenindex

"Jacob etc laten weten heren Gheryt van Heemskerc, hoe dat wij onse huys tot Heemskerc, dat ghi van ons houdt, eens bi onsen getrouwen den heere van Brederode dair God die ziel of hebbe, hebben doen eyschen ons te openen, als dair toebehoirt, dair ons weygerinck of ghesciet is, dez wij niet vermoet en hadden. Ombieden u noch, ende manen u ander werven, dat ghi ons of dengenen dien wijs van onser wegen machtigen, ende dairtoe utscicken sullen, onse vorsz slot opent, ende doet openene, so ghi sculdich zijt te doen, opdat ons geen noot en doe anderen raet dair op te hebben. Hier of uwe bescreve antwoirde bi densen bode.."

Dalem, van | 1478-10-01 - 1479-09-30

Rek Rentmeester van het land van Arkel no 2214, fol 45
Achternamenindex

reparaties aan het slot te Gorinchem: "Noch utgeven by den vors here Jacob [bastaard van Brugdamme] om die voge beneden aen die eerste spaedze van den blauwen torn te doen leggen van den blauwen groiten steenen omtrent den zelven torn te voeren liggende, om daer mit defensie te moegen doen tot bewaernisse van den voirn slote. Gegen Jan van Dalem die hierinne geoccupeert heeft 7 ½ dagen tot 4 stuvers per dag, facit 30 sc"

Ping | 1387-11-19

Rechtspraak Graaf van Holland II p 178
Achternamenindex

"19 dage in november doe bleef Willem her Dirc Piing aen minen here des hi misdaen mochte hebben voer tscoutenhuys van Haerlem"

Arkel, van | 1514-10-20

Nyhoff: Gedenkw VI 2, p 819 no 1312/Liber XI der veertien Registers fol 149,150
Achternamenindex

hertog Karel van Gelre als landvorst en leenheer, doet uitspraak in de geschillen tussen Gerit van Arkel heer van Hoekelom en Reino van Dort, aangaande zekere goederen onder de gerigtsbanken van Tuil en Deil

Padberg, van | 1372

De Raadt I p 326/Düss Jul Berg no 871
Achternamenindex

Vollmar von Brenken, donne eyne alden unversegeden hantfrede Ludeken Westudde to hant mines heren des greven van den Berge, vier dage kuntlich vor up te segende to Bilenvelde, vor Fredericke von Patberg van deme Ingenhus etc

Brederode, van | 1358

Graf Rek no 3689 fol 26v
Achternamenindex

heeft Reynout van Brederode uitgegeven op bevel van de hertog en zijn Raad "van 4 gesellen cost die op t huis te Torenburch laghen, daer die goede luden van Alcmaer mede ghesellen hadden liggende, omme die stede te bet te voirhoeden, ende laghen daer van des Saterdages na St Martynsdage in den winter tot des Dinsdages toe.... St Luciendage, dat is 32 dagen, elke geselle voor zyn cost 4 gr per dag. Totaal 11£ 16sc

Bouchorst, van der | 1343-01-30

Rek Rentmeester Amstelland dl I p 287
Achternamenindex

heer Floris van der Bouchorst rijdt naar Hillegom: met 3 paarden, drie dagen, 12sc per dag, maect 36sc; 1343-02-27: idem; 1343-05-01: was heer Floris tot Hillegom, 2 ½ dag, 12sc per dag, 30sc; 1343-05-04: was heer Floris op die Zyp; 1343-05-25: was hij te Hillegom, 2½ dag met 3 paarden, per dag 12sc, maect 30sc; 1343-06-22: idem

Arkel, van | 1373-10-28

Van Mieris III p 284
Achternamenindex

hertog Albrecht geeft verlof aan de here van Arckel, de heer van Vyanen, de jvr van Ameyde en andere heren landen en luiden, hun sluizen "te ligghen alsoe menich, als hem nuttelic si in der sytwinde twisken der nuwer inlaghe die si ghemaect hebben, roerende aen dan dam ter Ameyden ende den Leckendyck. Ende des slusen sellen utgaen in der Lecke doer die Leckendyc tot horen verbaer"