22416 resultaten

Gro(n)duvel | 1363-1374

Rek Rentmeester Kennemerland 811, 809, 812, 816
Achternamenindex

mr Godevert Gronduvel: 1363-1364 van synre pensie 14 £ 8sc (811 fol 18v); 1361-1362: (809 fol 24v) van sijnre pensie van 1362 14 £ 8sc; 1366-1367: (812 fol 23v) mr Goedevert die Gronduvel van sine pensie 14 £ 8sc; 1373-1374: (816 fol 31) idem van zijn wedde van het jaar 1373 12 £ en 14 £ 8sc

Doede | 1334

Rek Rentmeester Noordholland p 174, 179, 181, 182, 184, 213, 209, 210, 215
Achternamenindex

landhuur in het Haghe ambacht, op den Veen van elke morgen 3 sc 3 pullos: - Hughe Gheret Doedenz 8 d, - Clais Gheret Doedenz 15d, - Hughe Gheret Doedenz 7 sc; op de Gheest: - Gherrit Doede 10 d, - Gheret Doeden weduwe 20 d, - Hughe Gheret Doedenz 14d, - Pieter Gheret Doedenz; op de Knoopstoc: - Doedekynsweduwe van Oosthuisen 13 sc; van landhuur in Sciedamme: - Doede Alidesz en Pieter Duive 8 ½ morgen 8 £ 18 sc 6d; van hofstedehuur op Rotterdam: -Doede Aernd Snidersz 3 roeden 3 sc, - Doede Aernd Snidersz en Clais Hobbenz 3 roeden 3 sc, - Doede Aernd Snidersz en Clais Hobbensz 1 ½ roeden 18d; van erfhuur in Mordrecht die heer Jacob had: - Jan Duivenz 3 morgen 18sc 9d en 3 hoenre

Diest, van | 1295, 1296

De Fremery no 304/309
Achternamenindex

uitspraak over het eigendomsrecht van gronden, tienden en rechten: 11) in Ghisebrecht Bokels ambacht en Outgiers heer Outgiers filius te Rotterdam, van de uterdijk den grave toe; 12) "Voert, Bokelsdyc en Bloemersdye vinden wi dat die here van Diest vercoft van mijns here des coninx weghe, dair bevinden wi den eyghendom van dien lande den luden diet coften ende t gerecht den grave"

Deijl, van | 1400-1415

Quellen Stift Xanten p 360, 363
Achternamenindex

in parrochia Udem de curte Papenhoven: in bonis Rutgeri de Deil, 16 maldrata siliginis, 1e hand: Bela de Deil 2e: haar zoon Rutgerus; in bonis Wolteri de Deil, 18 maldrata, 1e manum: Theodeircus de Deil, 2e: zijn vrouw Greta, 3e: Gerardus ter Hoeven; in bonis dictis Deijl, 1e hand: Theodericus filius Rutgeri de Deijl, 2e: zijn vrouw Gesa, 3e: hun zoon Johannes

Doom | 1468-11-03

Coll Aanw 240 fol 1381v
Achternamenindex

Jacob Doom, Cornelis Sanne Meijntges, Dirck Willemsz, drapeniers te 's Hage e.a.: proces tegen de schout daar zij geen eigen ramen bezitten

Duvel | 1363-1364

Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex

Claes Duvel: afterstal van 1362 van Burhem (Vronen) 19sc 9d (811 fol 2v); 1359-1360 (807 fol 9v), 1360-1361 (808 fol 16v), 1361-1362 (809 fol 12v), 1362-1363 (810 fol 7v): land te Vronen 5 £ 6sc 7d; 1366-1367: (812 fol 3v, 11, 16) Claes Duvels wijf, afterstal van 1362, 6sc, land te Vronen 5£ 6sc 2d 2x

Dyvel | 1337-1340

Grafelijk Rek I p 264
Achternamenindex

afterstallen van de smaltienden in Amstelland, te Muden: Jan Dyvel en Melis 56sc 4d; van de tins in Amstelland, in Muden: 3 £ 7sc 6d; van de corentiende in Amstelland, van de oostzijde van Muden: Claes Lepelaer, van de westzijde: Volmer Jansz en Daem Ghenenz 3£, in Keveren: Gerrit Wilding 6£, in Muderveen: Lambrecht Aerntsz 16sc

Dyvel | 1337-1340

Grafelijk Rek I p 268
Achternamenindex

afterstallen van de marcttollen te Muden 20sc; 1342-1343: afterstallen van 1341 te Muden: Dirc Jacobsz van sire misdaet 5 £ 19sc 4d; innemen baljuwschap in Muden: Dirc Rolle, van lanttughe 8sc, Jan Dyvel van wantalen 6sc 8d, Jan Dyer van vechten 6sc, Gheret Alidez, van vechten 5sc 10d

Delf | 1311-02-05

Cartul Marienweerd no 137
Achternamenindex

Rodolphus dictus Delf de Driel verkoopt voor 100 £: - land, Ghere genoemd, te Afterdike, tussen Jacobus de Veltdriel en tussen land geheten Dijparc; - 7 jugera boven Pulssteghe te Driel tussen Gerardus Beyer en Wilhelmus Pinacker aan Henricus Fey junior de Bomel; tegen betaling van 4£ per jaar krijgt hij het land weer in erfpacht

borgen: Nicholaus Moront en Alardus zoon van Gerardus Loy de Driele; schepenen in Santbomel: Johannes Weryn en Petrus Moliart

Wateringe, van der | 1352-12-22

A.R.A. Leenkamer 32 (39 ?) Copie fol 28v/Reg EL 23 (25 ?) fol 19
Achternamenindex

hertog Willem oorkondt: dat wi bevolen hebben heren Willem van der Wateringe, onse baljuw van Rynland en den lande van Woerden of wien hi in syn stede set, te vercoopene alle dergheenre lande die op den huse te Poelgeest leggen, mit twee mannen die onse stede van Leyden daertoe setten sullen, ende wat sij daer toe doen, dat sullen wi ghestade houden, ghelyc of wyt selve gedaen hadden. Ende alsulcke brieve daer of geven dat goet te waren alse denghenen denct diet copen dat si daermede verzekert zyn. Dit sal geduren tot onsen wederseggen, en de baljuw moet hem goede rekening doen [jaartal ontbreekt, = 1352]

Florentii de Borsalia filii domini Nicolai, Wilhelmi Heerman, Ysbrant [Bertouts]