15023 resultaten

Gro(n)duvel | 1363-1374

Rek Rentmeester Kennemerland 811, 809, 812, 816
Achternamenindex

mr Godevert Gronduvel: 1363-1364 van synre pensie 14 £ 8sc (811 fol 18v); 1361-1362: (809 fol 24v) van sijnre pensie van 1362 14 £ 8sc; 1366-1367: (812 fol 23v) mr Goedevert die Gronduvel van sine pensie 14 £ 8sc; 1373-1374: (816 fol 31) idem van zijn wedde van het jaar 1373 12 £ en 14 £ 8sc

Duyk |

Batavia Illustrata bl 1148, 751, 932
Achternamenindex

genoemd: Gysen Duyk, ridder, dochter Catharina Duyk; 1466: edelen van Holland Snellard en Willem Duyk; … Duyk x Dirk van der Does

Cuyk, van | 1343-11-11

Van Mieris II p 680
Achternamenindex

"Ic oorconde ende tughe ver Hasetiaen vrouwe van Raephorst, als dat die Borchgrave Dirc ende ver Justine Haren Hughen des Gouwersdochter rechte eerste lid waren als in maechschap, bij deser redenen als hierna beschreven staet: want heren Dirc die Borchgrave van Leyden een broeder was te Kuucq, die [nl heer Dirk] des Borchgraven Dircx die leste was sijn oudevader was [dwz deze 1e heer Dirk was grootvader van heer Dirk die nu pas overleden was]. Ende heren Hughe van Heenvliet, dat hi deser ver Justinen oudevader was. Ende dat die Borchgrave Dirc die broeder was te Kuucq ende Haren Hughe van Heenvliet waren suster kynder ende broeder" [dwz kinderen van een zuster en een broer, dus volle neven]

Dorcout | 1380-1390

Codex Dipl Neerl serie 2 dl 2 p 206
Achternamenindex

klachten van de heer van Vianen tegen de heer van Arkel: "item soe is ghecomen meyster Aernt Dorcout, reyntmeister des heren van Arkel, ende dat siin brodighe ghesinne is, ende anders een deel ondersaten des heren van Arkel, die die kerke in Heicoep ende een deel der huse afscieten, ende sloeghen daer doot 2 man ende ene man al lam, ende namen daer Peter Martiinssoen ende een deel miinre ondersaten laken ende ander goet, eer sij ontseyde vyant waren"

Dove | 1327-07-26

Ons Voorgeslacht 04-1986 p 308/Bijdr Hist Gen jg 1901 p 248/Reg EL fol 66r
Achternamenindex

huis en hofstede, waar de leenman op woont, binnen de gracht in Akersloot: Dove Willem Dovenz bij dode van zijn vader, die hield van Jan van Bergen; 1346-06-01: Dove Willem Doven in Akersloot, met de werf, belend noord: Thybaut ver Clarenz, west: Dove Willem Dovenz; 1390: Reynier Dovenz met de ledige hand; 1396-01-05: Dove Reiniersz bij dode van zijn vader Reinier Dovenz; 1401-04-23: Claes Symonsz krijgt na dode van Dove Reinersz dit leen ten eigen. Topografische aanduiding: 1390: in het zuideind van Molenbuurt

Daler | 1546-1548

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl I dossier 62/2
Achternamenindex

Lenert Fredericsz alias Joachim Daler, schuitvoerder te Leiden, attestatie dd 1547-11-29

Dure | 1360-1361

Rek Rentmeester Kennemerland 808 fol 19v
Achternamenindex

Heynric Durenz: van de stalen, de haven en de sloot te Enchusen 14 £; Reyndse Durenz: van de Gangael, het coergelt en sciptolle te Enghusen 16 £

Dull | 1612-12-10

Protocol Schoten, Haarlemmerliede, Akendam fol 97, 98
Achternamenindex

Jan Jansz Dull, buiten Vijfhuizen, koopt van het St Elisabethgasthuis 2 stukken land belast met 7 ½ st voor het brouwersgilde te Haarlem

Dorp, van |

Batavia Illustrata bl 1074, 940, 921, Wapenheraut jg II: 161
Achternamenindex

genoemd: Cornelis van Dorp, Delft x 1580 .. Van Roon. Maria van Dorp x Adriaan Duyk. Arent van Dorp kocht ± 1565 de heerlijkheid Tol van Jacob Copier die zich in 1567 naar het buitenland begaf. Anna Maria van Dorp, van Maasdam, geboren Den Haag 1688-08-06, gestorven aldaar 1749-01-06, x 1753-11-22 jhr Adam Adriaen van der Duyn, vrijheer van 's Gravenmoer, heer van Maasdam

Herlaer, van | 1348~ (1345-1351)

Van Mieris II p 759/Matthaeus Chron Egm p 222, 223
Achternamenindex

twist over de tienden van Cole, Boekelsdyc en Bloemertsdyc met de abt van Egmond, die beweerde dat deze tienden als een recht leen aan hem vervallen waren bij de dood van de vrouwe van Rotterdam heer Dirk Boekelsdochter. Zij huwde met heer Simon van Teylinge die belening verzocht aan abt Hugo Mensenz (1326-1345); "daerna doe Haer Symon doot bleef, versochte sijn wijf die tiende, daer veel goede luden over waren, voor Haer Willaem van Rolland, die doe abt was, dies hij haer niet doen en woude"; "Daerna na sij Haer Gerrid van Harlaer te manne, die t oock mede aen Haer Willem van Rolland versochte" zonder resultaat; "Doe seyde Haer Gerrid van Harlaer dat elck man nam, dat hem besciten mochte. Daerna en versocht sij dat goet niet, also langhe alse levede, maer bleef daer in sitten met gewelt.... etc"