Dimmer | 1554-10-30

Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl III dossier 955/3

Achternamenindex

Ilm Dimmer, adjunct van Johan Purtyck, secretaris van het Hof van Holland

Doeremans | 1512-05

Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl III dossier 2728/2

Achternamenindex

Wouter Doeremans, pastoor van Brandwijk en notaris, fungeert als adjunct van Josse van Wijk, castellein van Heusden en drossaard van Engelen en Vlijmen

Hargen, van | 1498-07-30 - 1498-08-22

Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl I dossier 171, 179

Achternamenindex

Andrieu van Hargen, adjunct van Jeromme van den Dorpe houdt op verzoek van de magistraat van Gorcum een informatie aldaar, (1499-02-27)

Dorp, van | 1498-07-30 - 1498-08-22

Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl I dossier 171, 179/I

Achternamenindex

Jeromme van Dorp en zijn adjunct Andrieu van Hargen houden op verzoek van de magistraat van Gorcum een informatie aldaar; 1499-02-27 (1498)

Persijn | 1545-06-17

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl V dossier 441/4 sub I, sub M, dossier 456

Achternamenindex

Nicolaes Jansz Persyn, secretaris van het Hof van Holland; 1545-08-21: idem; 1547-07-28: mr Arnout Sasbout Raad in het Hof, moet met Nicolaes Parsijn als adjunct getuigen horen

Wijk, van | 1512-03-12

Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl III dossier 272/8/2

Achternamenindex

Josse van Wijk, baljuw van Engelen en Vlijmen; 1512-05: enquete door Josse van Wyck, castellanus van Heusden, drossaard van Engelene en Vlymen en zijn adjunct Wouter Doezemans, pastoor van Brandwijk en notaris

1518-12-04 |

R.A.H. Coll Aanw 242 fol 573v/Mem Hof van Holland

Jaartallenindex

burgemeesters, schepenen en Raad van Zierikzee oorkonden dat Cornelie, weduwe mr Yeman Jansz, volmacht geeft aan Harry de Beauvoir, procureur postulant voor den Hove van Holland, om de Camer van den Rade van Holland te mogen verlyden ende passeren acte van condempnacie achtervolgende haar belofte gedaen ter presencie van mr Pieter de Capella, Raad, als commissaris, en mr Jan Danielsz, secretaris adjunct daartoe gecommitteerd zijnde in den processe aldaer, hangende tussen de voochden en wedervoogden van het weeskint van wijlen Lourens Maertsz ter eener-, ende voirs. constituante ter ander zijde. Geinsereerd in de akte dd 1519-05-18

1569-05-28 |

Arch Oude Hof Alkmaar no 17

Jaartallenindex

is waerachtich als dat heer Cornelis Pietersz, pater en rector van St Catharyneconvent alias dat Oude Hof te Alkmaar, is van den Heere God almachtig aan zyn lichaam gevisiteert, zodat hij geheel onmachtig bevonden is t convent te regeren, waeromme hij hem zeelix bevoetende (?) heeft tot diversche reysen het officie in handen dergheender geresigneerd, dient competeert om een ander te stellen die het paterschap zou mogen bedienen. Mater en capitularen waren daarop naar Haerlem gereist en hebben daar met heer Cornelis gesproken. Zij hadden vervolgens een bespreking in het St Jansconvent aldaar in presentie van de eersame frater Petrus Winckelius, pater Carmelita, die de mater voor haar mede hadde. Ende den mater en adjunct is gevraecht geweest of hem alsulcken dienst soude behagen, te weten het officie te bedienen van het paterschap van het Oude Hoff. Hij wilde dit wel als de condities gunstig waren. Volgen de condities. aldus gedaen in het godshuis van St Jan te Haerlem; 1569-07-02: verklaring van Katryn Jacobsdochter, mater van het oude Hof, over de aanneming van mr Ariaen Joosten van Haerlem, die gedaan is te Haarlem op 28 mei

present: broeder Philips van Hogesteyn, prior en conductor desselve convent, frater Petrus Winckelius, pater Carmelita, ende mater van het ouwe Hoff, Katryn Jacopsdochter, en Marriecken Jacopsdochter

1558-02-23 en 24 (1557) |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VI dossier 454/3

Jaartallenindex

informatie ordinaris van Marcus de Vos, commissaris en zijn adjunct Jan Baecx, griffier van de lenen slands van Utrecht, die hiermede door de Grote Raad te Mechelen waren belast, gehouden op 23 en 24 Febr. 1558 te Schoonhoven. Waarin een akte dd 1556-03-18 waarin de magistraat van Schoonhoven verklaart dat Cornelis van Liesvelt verklaarde dat zijn broer 6½ morgen te Langerak erfde. Verder verklaart Cornelis Aertsz dat hij op dit land geld op rente heeft gegeven aan Thomas van Liesveld en dat hij, toen de rente niet werd betaald, het land verkocht aan Frans van Hoochstraeten. Verder nog een akte dd 1556-04-21, houdende attestatie van dezelfden, betreffende een accoord gesloten tussen Emmeken (2e vrouw van Gerrit van Liesvelt) en Thomas van Liesvelt, die elkaar de nalatenschap van Gerrit van Liesveld betwistten. Verder nog een akte dd 1537-11-04 in de weeskist in het stadhuis van Schoonhoven waarin Thomas van Liesveld in aanwezigheid van schout en schepenen van Langerak, verklaart aan zijn vader en broers te beloven de 6½ morgen land niet te zullen verkopen of belasten (vgl 1544-1558 I en II)

1568-03-03 |

Arch Marquette 1076 fol 24/17e eeuws afschrift/Handv. van Assendelft p 136

Jaartallenindex

Jacob du Quesnoy, Raad v.h. Hof v. Holland, als commissaris, en Willem van Berendrecht, secretaris v.h. Hof als adjunct gecommitteerde, ingevolge een besloten missive van de Kon. Maj. geheime raad van 23 januari 1568 (1567) door het Hof van Holland gecommitteerd, maken een ordonnantie "waer nae de ingelanden van Assendelft hen gehouden sullen wesen te regulieren in het maken van de Achterkaede daer toe syluyden uyt cracht van sekere sententie van de voors. secrete rade dd 1567-09-09, oock lestleden gesommeert syn: in den eersten, dat men de voirsz kaede beginnen sal te leggen aen de westersche horn of hoeck van Dirck Albrechts'hoyhuys, staende op Nauwerna ofte Langenvelt binnen den ban van Assendelft, en aldaer deselve kaede met den Hoogendijck verheelen. En sal de voors. kaede voorts strecken over den dijcksloot tot aen 't land van Clas Jansz Roon c.s, aen de andere sijde van de dycksloot gelegen, en soo voorts langs de Twisch, dwars over alle de weeren en slooten beneffens de voors. Twisch in de ban van Assendelft gelegen, noortwaerts op tot de banscheydinge van Assendelft en Crommenie en van daer voorts langs de voors. banscheydinge van Crommenie uit den Oosten westwaerts op, tot den lagen-dyck toe" etc