9 resultaten
Hillegom, van | 1457-1458
Thesauriersrekening Haarlem 1457-1458 Verv I
Achternamenindex
"op 27 reizen ter Goude, Jacob Gerritsz van Hillegom en Dirc Soyersz als men daar die sluys zoude verhuren; cort daerna reisden weder ter Goude Allyn Claesz, Floris Hoenxelu Aerntgen om te ondertasten dat men een deugelijke ordonnanite voor die sluis en duervaert mochte maken"
1554-05-06 |
R.A. Arnhem Inv Arch Doornenburg regest 150
Jaartallenindex
Derick van Meckeren en Henrick van Dam als scheidslieden, maken een magescheid tussen Claes van Dam, weduwnaar van Koen van Dam ter ener-, Lambert Thomasz x Lys van Betthou, Johan van Betthouw en zijn vrouw Aerntgen Buckijngs, Wolter Gharijs en zijn vrouw Alydt van Betthou, nagelaten kinderen van Koen van Dam en haar eerdere echtgenoot Dirck van Betthou ter andere zijde, waarbij genoemd wordt de hofstad te Angeren aan het kerkhof van de kapel
1577-07-01 |
G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 177v
Haarlem Algemeen
Havick Cornelisz van Velsen als man en voocht van Marytgen Cornelisdochter voor ½ en Hubrecht Gerritsz, cleermaecker, als gemachtigde van Dirck Trom, schout van Egmont op Zee, die oom en voogd is van de twee nagelaten kinderen van Dirck Cornelisz Visch, kistemaker, geprocreert bij Marytgen Pietersdochter, voor de andere ½, verkopen aan Jacob Claesz Pentman een huis en erf en zydelcamerken, gelegen in de Jacopijnenstege, aen d'een zide: Aerntgen Aerntsdochter weduwe Jacob Rembrantsz, aen d'ander zide: Maritgen Gerritsdochter weduwe Gerrit Jansz snijder, achter streckende aen de schure van Pieter Willemsz Bal en de somerkoeken an de voors. Aerntgen Aerntsdochter. Belast met 3sc 9 penn sjaars. Koopsom 75 Kar gld
1562-06-26 |
Inv Arch Kapittel Den Hage regest 707, 708, 712, 717
Jaartallenindex
voor deken en kapittel in den Hage dragen aan mr Willem Dammasz, theol. professor, en Gerardus Woutiers op, getuigen te verhooren in door hen te berechten zaak over injurien tussen heer Johannes a Cuijl, eiser, en heer Adam van den Houvel, kanunnik in den Hage, gedaagde. Eodem die eis in reconventie door heer Adam voors. ingesteld tegen heer Johannes a Cuyl; 1562-09-22: Allert Claesz, smid in den Hage, verklaart op verzoek van mr Adam van den Hoevel, kanunnik in den Hage dat hij in 1558 ten huize van heer Herman van den Hoevel aldaar, het slot van een "comptoir" heeft opgengestoken. Ten huyse van mij notaris Dirk Jansz van Woerden. Op 1563-02-08 verklaren burgemeesters en schepenen in den Hage dat Aerntgen Jansdochter op verzoek van heer Adam van den Hoevel voors het bovenstaande getuigenis heeft bevestigd
1487-04
folio 71v LXV 1486-1489
Transportregister Haarlem
Dirck Willemsz aan Dirc Gerytsz een huis en erf op tie Spaerne, an d'een zide: Aernt Pouwelsz, an d'ander: die straet die onder den huys gaet, afterwaerts streckende an Aef Geryt Claesz weduwe. En noch een schuer en erve over t Spaerne in de Sackstege, an d'een side: Aerntgen Cuijper, an d'ander: Lysbet Claes Jansz weduwe, afterwaerts streckende an Dirck Gerijtsz
1572-04-23 |
G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 129
Haarlem Algemeen
Jacob van Leeuwen verkoopt Bouwen Claesz een huis, erve en stalling, genaempt "het Moerjaenshooft" in de Cruijsstraet, met de stege daar besyden, an de Zuidside: Allaert Claesz Coman en Dirick Willemsz kinderen, an Noortside: Neeltgen Fransdochter weduwe Jan Jansz, mr Jan de Smith en Jan Outgersz, achter streckende aen Floris Diricsz, uytgaende met een groote poort in St Margrietenstraat, tussen aen Noortside: Aerntgen Aerntsdochter weduwe Jacob Rembrantsz roedrager, aen die Zuidzyde: die kinderen van coman Dirick voors. Belast met 26sc 9 penn sjaars. Koopsom 1700 Kar gld
1572-03-06 (1571) |
G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 125v
Haarlem Algemeen
Symon Fransz, raemwachter, verkoopt Andries Willemsz, drapenierder, een huis en erf in de Ghierstraet op te houck van de Gasthuisbrugge, aen d'ene side: die oude grafte onder den huse gaende, aen d'ander side; Margriete Gerritsdochter weduwe Frederick Ysbrantsz, achter streckende aen Pieter Pietersz nestelingmaker. Belast met 12 Kar gld sjaars, losbaar met 200 gld. Koopsom 400 Kar gld. Hiervan syn gemaect twee waarbrieven op ten name van Kathryn Pietersdochter weduwe van Quiryn Willemsz in den Aecker, met Lanceloth Jacobsz als haar gecoren voogd, ende Aerntgen Aerntsdochter weduwe Jacob Rembrantsz, als naesten van den bloede van wijlen Symon Fransz en voochdessen van diens kinderen. De ene tbv Jan en Dirick Willemszonen, gebroeders, en erfgenamen van Jan Willemsz. En de andere tbv Aechte Claesdochter weduwe van Jan Willemsz voors. Doorgehaald: "Waarborg Anthonis van Berckenrode, roedrager deser stede". Onder staat: "Hiervan zyn ander twee custingbrieven gemaect elcks van de helft. Ende sal Frans Jansz van Duijnen, zwager van de voors. Aechte haar voocht zyn", dd 1575-03-01 (1574)
1451-1452 (2) |
G.A. Haarlem Inv I no 202 Thesauriersrekening
Haarlem Algemeen
(vervolg) (fol 5) ontvangen op rekening van de schout van Ryswijc van Claes van Wardersland, dat verscheen 22 Febr, 24£; (fol 5v) ontfangen van pontgeld ende besterfte: a) van Claes Gherytsz van sijn pontgelt 6£ 6sc 8d, b) van Jan Luijtgenz van sijn pontgelt van Baertout die Verwers wagen, 17£ 14sc 8d, c) van Gheryt Ysbrantsz van Hillegom van Pieter Louwen wijfs doet, van hoir pontgelt 6£ 13sc 4d; (fol 6) Willem Jacobsz midsoemer huurt de wage, 1 jaar, 220 £, Cornelis de hantscomaker "die repe en ellenmate, 1 jaar, 20£", en de koorn- en hop maat, 1 jaar 27£ 10sc; (fol 6v) Aernt Jansz die men heet Scheluwe Aerntgen huurt de kraen voor 1 jaar 10£ 10sc, ontvangen van Garbrant die Rieghe ende hij van outs sculdich was van die hanck onder die vischbrug die hij huurde 1449/1450-03-22, 6£; (fol 7) ontfaen van der stede rantsoenen binnen desen jare: Gheryt van Noortich ende van Jan Claesz van ritsoen ghelt van die visscherije van Sparendamme 39£ 4sc, van Jan Pietersz ende Berwout Berwoutsz van ritsoen v.d. hoppenbierexcys 28£ 15sc, van Jan van Schoeten ende Gheryt Loen, van ritsoen van die koornexcys 17£, van Dirck Soijersz van ritsoen ghelt van den wynexcys 5£ 6sc; (fol 7v) van Jan van Rollant van ritsoen v.d. Hamburgerexcijs 1£ 14sc, van Willem Jacobsz midsomer van ritsoen van die waghe 9£ 11sc, van Berwout Berwoutsz van ritsoen van de koornexcys 16£ 9sc,; (fol 8) van Jan Claes Symonsz van ritsoen van de wijnexcys 5£, van Thamis van Hoghendorp van idem van Hamburgerbierexcys 2£ 4sc, van Cornelis de hantscomaker van idem van de ellenmate 32sc, van die kraen 25sc; (fol 8v) van Dirck Soijersz van ritsoengelt van die hopmaet 2£ 1sc, van Symon Gherytsz van Egmond van ritsoen van brouwersgelt 9£ 13sc 4d
1457-1458 (1) |
G.A. Haarlem Inv I 207 Thesauriersrekening
Haarlem Algemeen
thesauriersrekening 1457-05-02 - 1458-05-02, van Jan van Bekesteyn, Pieter Jordensz, Jan van Adrichem, Jan v.d. Meer Gherytsz als thesauriers: (fol 1) van Symon van Schoten c.s van de wynexcijs ½ jaar 450 £; (fol 1v) Jan Claesz Raet de Hamburgerbierexcys ½ jaar 180 £, Jacob van Neck de wynexcys van ½ jaar 838£, Geryt Visscher de Hamburgerbierexcijs ½ jaar 234£, Gheryt Jan Dirck Tymansz.z die wijnexcys ½ jaar 216£, Jan Claesz Raet de Hamburgerbierexcys ½ jaar 62£; (fol 2) ontfaen van overschot van den hoppenbierexcys: van Willem Jacobsz midsomer en Gillis Gherytsz c.s. van de hoppenbierexcijs, betalen alsnog 25£ 18sc 8d, Florys van Adrichem c.s van idem 594£ 4sc en 462£ 2sc; (fol 2v) Florys van Adrichem c.s. van dat brouwersgeld, 471£ 10sc, Willem van Noertich c.s. van dat brouwergelt 1 jaar 489£ 6sc; (fol 3) Willem Jacobsz Midsomer pacht de waag 1 jaar 3£ 18sc Holl, Lubbrant Symon Judenz die craen 21£, Cornelis Willemsz die hantschoemaker de reep en ellenmaat 25£; (fol 3v) Jan Claes Symonsz.z de visserij van Sparendam ½ jaar 485£, Willem Jacopz Midsomer de visserij van idem 1 jaar 498£ 6sc; (fol 4v) Gheryt kaersemaker c.s. van rantsoengelt van 11 groten op die brout van elc broute biers 24£, ontfaen van Baernt Vechtersz van die craen (rantzoengeld) 1£ 4sc; (fol 5) van Gheryt Jansz en Allyn Claesz van ½ pontgeld 50£ 8sc; (fol 6) ontfaen van Aelbrecht van Raephorst, rentmeester van Kennemerland en Vriesland en schout van Haerlem etc; (fol 14v) reisden in den Hage: Pieter Jordensz, tresorier, Pieter Jansz, scepen, Pelgrim Gerbrandsz en Willem Paedze; op 20 Juni Willem Paedze naar den Hage met 3 schouten knechten om den Raet te kennen te geven dat Willem van Arikom die stede niet ruymen en woude, seggende al soudet gelden lijf ende lit. Mandament verzocht; cort daerna reisden weder ter Goude Allyn Claesz, Florys Hoen ende schelu Aerntgen om te ondertasten dat men een deugdelijke ordonnantie van die sluis en duervaert mochte maken