1610-07-15

R.A.H. O.R.A. 2099 fol 67v

Transportregister Egmond

schout en schepenen tot Egmond oorkonden dat Symon Miesz Schotten, onze buerman te Egmond op den Hoeve, transporteert aan Cornelis van Egmont Aelbertsz een hoyberch met zijn toebehorende en erve op het westeinde van de Caffgen, soe t afgepaelt is, belend oost: Symon Miesz Schotten, zuid: Symon Pietersz Heeroom, west: Ariaen Jansz Coopman, noord: die wech naer Egmont op Zee. Voor de vrijwaring verbindt hij zijn huis en erve te Egmont op tie Hoeve, noordoost: de wagenwech, zuid: Symon Pietersz, noord: de voorn. Cornelis van Egmont, en nog ten onderpand een croft lants gelegen tot Rinnegum, groot 1200 roeden, belend oost: Reijn Huijgen, west: de wildernis, zuid: die laen, noord: Comen Ghys Diercksz

Cornelis de Roodt, schout, Claes Gerritsz en Aelbert Willeboortsz, schepenen

1623-05-01

R.A.H. O.R.A. 1065 fol 138v

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Jan Louwerijsz, geweest onze buyrman, verkoopt aan Jan Gerritsz, weert in den Anderen hout, onse buerman, een huis en erf en werve, groot 109 roeden. Mitsgaders ½ van een croft erfpacht land daeraen liggende, ende dat soo groot en cleyn als dat afgepaelt is tusschen Olyphyer Legrij die de wederhelft heeft gecoft van de voorn. comparant. Gelegen in t Cleyne Bentvelt, noord: de Heerenwech of wildernis, zuid en west: de wildernis van Brederode, oost: Olijvijer Legrij. De croft belast met 4 Kar gld erfpacht tbv de camer van de rekening. Koopsom 592 gld

Jan Aelbertsz v.d. Noort, schout, Gerrit Dircksz Slijck [lees: Slinck] en Pieter Jansz, schepenen

1618-06-01

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 167

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Michiel Pietersz van den Broecke, bleecker tot Aelbertsberge, erkende verkocht te hebben aan Cors Huijgen, wonende tot Overveen, een huis en erf tot Overveen, oost: die Heereweg, zuid: t huijs genaempt de Lely, zulcx alst tussen beide afgepaelt staet, west: de erfgenamen van Frederik Ramp, noord: Cornelis Dirksz Kuijt. Voorts met alsulcke vrijheden en onvrijheden alst Guillaime Abiger [ook Nabiger genoemd] bij Neeltgen Cornelisdocher, weduwe Adrijaen Gerritsz vercocht ende opgedragen is geweest en hem comparant toebehoord heeft. Koopsom 116 gld. Op 1 Augustus d.a.v. verkoopt Cors Huijgen, buyrgesel tot Overveen, dit perceel weer aan Hans van Necke, mede buerman aldaar. Koopsom 146 gld

Hans Aelbertsz Colterman, schout, Guilliaem Bossu en Aernt Pietersz, schepenen

1594-01-05

R.A.H. O.R.A. 1063 fol 91v no 88

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Overveen oorkonden dat Adriaen Gerritsz in de Lely, onze buerman, erkende verkocht te hebben aan Pieter Noppen Karelsz een huis en erf in de ban van Overveen, oost: die Heerewech, zuid: Adriaen voirs, noord en oost: die wildernis. Welcker voors. erff den voors. coper int vierkant afgepaelt wesende voort sijn behouden sal daerinne gereeckent t erff van t huijsken daer Pieter Duijst in woont, t gunt hij Pieter Duijst niet met timmeren verbeteren en mach, maer t huijsken vervallen wesende zal mede comen aan Pieter Noppen, die het ook niet zal mogen verkopen alvorens hij het aan Adriaen te koop zal hebben aangeboden. Eodem die erkent koper deswege aan verkoper 275 gld schuldig te zijn onder verband van het voors. perceel (vgl 1597-04-17)

Egbert Melisz Prins, schout, Jan Pietersz Keuijer en Bartholomeus Jansz, schepenen in Tetrode

1600-06-23

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 14a

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Overveen etc oorkonden dat Gheryt Jansz, waert in den Aerdenhout, buerman in de voors. banne, erkende schuldig te zijn aan Baerent Wiggersz, brouwer te Haarlem, een jaarlijkse losrente van 18 Kar gld 15st. Hoofdsom 300 Kar gld. Onderpand: een huijs, boomgaert en plantagie, daeraff die hoijbarch ofte hoijhuijs vercoft is, soo dat nu beheynt, betimmert en afgepaelt staet in den Aerdenhout, daer Cornelis Florisz Voech placht te wonen, noord: de Heerenwech, zuid en oost: Aryaen Jansz Gael, west: de wildernis. Belast met 5 penn per jaar. Ende nog een croftgen lants groot 132 roeden, gelegen als voren, zuid: die Heerenwech of Brederodeslaen, noord en zuid: de wildernis, oost: Frans Fransz van der Horst. Belast met 16st per jaar Brederoodse erfhuer, en belast met 100 Kar gld hoofdsom

Balthasar Cornelisz, schout, Vrederick Thaemsz en Jan Aelbertsz, schepenen

1487-01

folio 47v XLII 1486-1489

Transportregister Haarlem

het St Elisabethsgasthuis ter eenre, en Alijt Dierts weduwe met haer zoens Claes Dierts hant en voogd ter andere zyde, scheiden van malcanderen t huis en erve dat zij tesamen gemeen hadden en t selve gasthuis anbestorven is van Dirc Aelbrechtsz, staende op Craijenhorstergraft. Te weten: die gasthuismeesters zullen hebben t erve after de voirs. huysinge die zij gemeen hadden ende belent hebben, an d'een zide: Mertyn Jansz, an d'ander: t gasthuis, after streckende an Alijt Pouwels weduwe. Mitter eygendom van der poirte tussen dit huis en een huijs toebehorende t gasthuis. Des sal Alijt daartegen hebben t voirs. huis en erve so t nu afgepaelt is twelck zy nu bewoont, belent die poort voirs an d'een zide, an d'ander zide: Mertyn Jansz. afterwerts streckende an die palen

1617-06-15

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 154

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat d'eersame Jacob Huijgensz Gael, schepen van Haerlem, en Joost Vergraft erkende verkocht en opgedragen te hebben Aecht Cornelisdochter, weduwe van Jan Ysbrantsz, bleijcker tot Aelbrechtsberg, die bleijkerij daer zij jegenwoordich op woont, mitte huysinge etc. hen comparanten toebehorende. Met t duijntgen genaempt Hoskers, so als tselve met sijn wallen gelegen is en hen comparanten toebehorende es mette helft van die meer so die nu afgepaelt is, in de ban van Aelbrechtsberg, oost en zuid: de wildernis, noord: verkopers met Pieter Heyndricsz, west: verkopers en de wildernis. Onder tal van voorwaarden o.a. dat Aecht voors. de pomp in de weg of dam van de bleykerij, gebruict bij Jacob Reijersz, soo hooch of laech zal mogen leggen alst haer zal believen. Belast met ½ van een erfpacht van de meer, van 30st. Nog 12st erfpacht op de voors. twee houcxkens duyn. Koopsom 3300 Kar gld

Hans Aelbertsz Colterman, schout, Gerrit Jorisz en Pouwels Willemsz, schepenen

1614-03-05

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 134v

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Frederic Cornelisz Cousebant als vader en voogd over zijn onmondige en ongehoude kinderen vermogende de acte van heren weesmeesters van Haerlem dd 1607-11-16. Mitsgaders Pieter Olij als man en voogd van Syberich Fredericsdochter, ende Franck Pietersz als getrout hebbende Islandt Fredericsdochter, tesamen vervangende Jan Gommertsz, getrout hebbende Maertge Fredericsdochter, alle kinderen van de voors. Cousebant, erkennen verkocht te hebben aan Gillis Jansz Malfait bleycker, een bleyckerije mette huysinge en geboomte, groot 4 morgen lants gelegen in de ban van Aelbertsberg, oost: de Brederodes meer, noord: t huijs te Brederode en Thonis Jacobsz, schout voors, west: de wildernis zoals die afgepaelt staet, zuid: die bleyckerije van Hans Verstraten. Belast met 45 st per jaar op het stuckge lants het Lasch genaemt voor de heerlijkheid Brederode. De rentmeester van Brederode pretendeert verder hierop te hebben 1 schell 2£ C [?] per jaar. Koopsom 2700 Kar gld

Thonis Jacobsz, schout, Pieter Nijs en Joost Cosyn, schepenen

1592-03-16 (1)

R.A.H. O.R.A. 1063 fol 58 no 52, fol 59 no 53

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Overveen etc oorkonden dat Syburch Jansdochter, weduwe van Cornelis Florisz Vouch, met Aernt van der Hooch als gecoren voogd, Jacob Pietersz Coorn, als man en voogd van Adriana Cornelisdochter, Dirk Willemsz lakenbereider als oom en voogd van Machtelt, Tryn en Pietertgen Cornelisdochteren, kinderen en erfgenamen van Cornelis Florisz Vouch, transporteren aan Willem Jansz duynmeyer, een huijs, hoijbarch, boomgaert en plantagie in den Aerden Houdt, oost en zuid: Adriaen Jansz Gael, noord: t gebuijren voetpadt, west: Adriaen Jansz Gael. Onder voorwaarde dat de oude rel aan de westzijde die nu toegestoven is, weer geopend moet worden. Belast met 5 penn erfhuer voor de heer van Brederode. Koper behoudt tot zijn vrij eigen omtrent 1 hont en 30 roeden teelland, t welk bij wijlen Cornelis Florisz meest afgehart is, belend zuid: t gebuijren voetpad, noord: de wildernis met Frans de Coster. Belast met een erfpacht van 16 st per jaar voor de heer van Brederode. De cooper zal die sloot van t voetpad tussen hem ende Frans Fransz moeten opschieten zo die nu afgepaelt staet. Koper erkent deswege aan de verkopers 1600 Kar gld schuldig te zijn onder verband van het voors. goed

borg voor de koper: Rochus Rochusz, waert in Bourgongen te Haerlem; Egbert Melisz Prins, schout, Gerrit Dircxz en Baert Claesz, schepenen van Tetrode

1622-06-13 (1)

R.A.H. O.R.A. 1065 fol 113v

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Joost Hooftmans, garenbleker te Aelbertsberg, dewelke gekocht heeft van Hans Carelsz c.s, erfgenamen van Hendrick Pietersz, haerluyder cousyn, de opdrachtbrief gepasseerd 1622-04-30, ½ van ¾ part in weyland, groot in t geheel 7½ morgen, liggende gemeen met Claes Cornelisz Batten en Jan Cornelisz. Dewelcke daerin mede gecoft hebben van Pieter Claesz huydecoper en zijn zuster, mede erfgenamen van hun cousyn Hendrik Pietersz, volgens opdrachtbrief van 1622-02-21, voor ¼ part. Daar zij niet langer met elkaar in gemeenschap willen blijven, vindt verdeling plaats: Joost Hooftmans ontvangt de boomgaert met de croft land daeraen ten westen en mette laen aen de zuytzyde, zuid: Jacob Willemsz, oost: de erfgenamen van Pieter Jansz Couhorn en de erfgenamen van Fijl Aris, 2) een stuck duyns genaemt "de Veenberch", soals die tegenwoordig afgepaelt staet van de zuidzijde van Gerrit Jansz Allen dam lynrecht westwaerts tot aen de Dornencroft, noordwest: de erfgenamen van Pieter Florisz, noord en noordoost: Claes Cornelisz Batten en Jan Cornelisz, oost: Gerrit Jansz All, west: die gemene wal, streckende van het noorden zuytwaerts aen totte noorthoeckdam, 3) een croft lants gelegen ten oosten van de voorn. Veenberch, oost: de erfgenamen van Fijl Arijs, zuid: Joost Hooftmans zelf mette voors. croft en boomgaert, noord: Gerrit Jansz All. Belast met 2st jaerlijkse erfpacht

Jan Aelbertsz v.d. Noort, schout, Gerrit Jansz All en Gijsbert Pietersz, schepenen