Stapel, van | 1139

v.d. Bergh I no 123

Achternamenindex

bisschop Andreas geeft de tienden aan de Gouwe met cijns en gerecht aan het kapittel van Oudmunster "superiorem earum terminum inchoans sine intervallo post Alberonis filii Ghiselberti beneficum, inferiorem vero terminum definiens in Swanesdrish"

testibus liberis: Hugone advocato, Godefrido comite, Hermanno fratre ejus, Adam Denizone, Gerwingo, Waltero de Stapele; ministerialibus: Alphero, Jonatha fratre ejus, Alberone et fratribus ejus, Wernero et Gerhardo fratre ejus

Cuyk, van | 1139

v.d. Bergh I no 123

Achternamenindex

bisschop Andreas (van Cuyck) van Utrecht geeft de tienden aan de Gouwe met cijns en gerecht aan het kapittel van Oudmunster; verder genoemd: Alberonis filii Ghiselberti beneficium, inferiorem vero terminum definiens in Swanesdrish [Zwaansdrecht] [verdacht !]

testibus liberis: Hugo advocatus, Godefridus en Hermannus comites [van Cuyk], Adam, Denizone, Gerwingo, Walterus de Stapele; ministeriales: Alpherus en zijn broer Jonathan, Alberone en zijn broers Wernerus en Gerhardus

Albero Ghisebrechtsz | 1139-03-13<

v.d. Bergh I no 123

Voornamenindex

Andreas, bisschop van Utrecht, geeft aan het kapittel van Oudmunster "omnis decimas novae culturae juxta Goldam [Gouwe] cum censu et justitia seculari; superiorem earum terminum inchoans sine intervallo post Alberonis filii Ghiselberti beneficium, inferiorem vero terminum definiens in Svanesdrish. Addidi quoque ipsis canonicis predictis intra memoratos terminos, mansos V possessonis hereditariae, post 30 mansos episcopi, nulla medietate proximos" [verdacht]

Albero Ghiselberti | 1179-06-27

v.d. Bergh I no 159

Voornamenindex

paus Alexander III bevestigt het kapittel van St Salvator in zijn bezittingen: 1) terram ultra Yselam, 2) bona in Gruninghen, 3) bona in Drinta, 4) aream domus juxta turrim S Martini [de Domtoren ?], 5) decimas in Berenwerde, 6) decimas novalium et census quae interjacet Meldrike [Maurik] ab oriente et Ravenswade [Ravenswaay] ab occidente, Ryswyk [t.o. Wijk bij Duurstede] a septentrione, et Suol [Zoelen] a meridie, 7) de tienden, cijns en gerecht aan de Gouwe, juxta Goldam et mansos quinque, quarum terminus superior [stroomopwaarts] est sine intervallo post Alberonis filii Ghiselberti beneficius inferior [stroomafwaarts] vero in Swanesdrisch post 30 mansos episcopi quae vobis contulit bone memorie Andreas episcopus et suo privilegio confirmavit (vgl 1139)

Diefdijk, van | 1178

v.d. Bergh I no 158

Achternamenindex

bisschop Godefridus geeft de tienden van Driel, Giessen en Woudrichem, die hij zich toegeeigend had, aan het kapittel van St Salvator of Oudmunster terug

Wilhelmus de Scalcwyc, Helya scultetus [de Aa], Ghiselbertus de Amestelle, Henricus Flamigo, Theodericus de Judefaes, Alberonis Pavone, Wilhelmus de Thyverdic [Diefdijk]

Arkentel, van | 1156

De Fremery no 11

Achternamenindex

Godfried van Renen bisschop van Utrecht verklaart dat Hendrik van Oosterhout zich ten onrechte de tienden van Callantsoog heeft toegeeigend

testes laici nobiles et liberi: Tidricus de Rene en zijn broer Gerlagus, Tidricus de Arkentel, Walterus de Stapele, Wilhelmus Luscus, Everdeyns Longus, Godescalcus de Martene, Olricus Moye en zijn broer Olricus, Isbrandus; ministeriales: Otto castellanus, Tidericus frater Alberonis

Meerten, van | 1156

De Fremery no 11

Achternamenindex

Godfried van Renen bisschop van Utrecht verklaart dat Hendrik van Oosterhout zich ten onrechte de tienden van Callantsoog heeft toegeeigend

testes laici nobiles et liberi: Tidricus de Rene en zijn broer Gerlagus, Tidricus de Arkentel, Walterus de Stapele, Wilhelmus Luscus, Everdeyns Longus, Godescalcus de Martene, Olricus Moye en zijn broer Olricus, Isbrandus; ministeriales: Otto castellanus, Tidericus frater Alberonis

Moye | 1156

De Fremery no 11

Achternamenindex

Godfried van Renen bisschop van Utrecht verklaart dat Hendrik van Oosterhout zich ten onrechte de tienden van Callantsoog heeft toegeeigend

testes laici nobiles et liberi: Tidricus de Rene en zijn broer Gerlagus, Tidricus de Arkentel, Walterus de Stapele, Wilhelmus Luscus, Everdeyns Longus, Godescalcus de Martene, Olricus Moye en zijn broer Olricus, Isbrandus; ministeriales: Otto castellanus, Tidericus frater Alberonis

Everikesdorpe, van | 1156

De Fremery no 11

Achternamenindex

Godfried, bisschop van Utrecht verklaart dat Hendrik van Oosterhout zich ten onrechte de tienden van Callantsoog toegeigend heeft; in de lijst met testibus ministerialibus: Walterus de A et filii eius Heinricus et Helyas

testes ministeriales: Otto Castellanus, Tidricus frater Alberonis, Walterus de A en zijn zoons Heinricus et Helyas, Fridericus de Veht, Gozwinus, Luidbertus capellarius, Gerhardus Rufus, Herenboldus de Veht et fratres eius, Herenbertus de Pascua et filii eius, Heremannus de Aldewic, Arnoldus de Everickesdorpe, Amezo, Godfridus

Oudwijk, van | 1156

De Fremery no 11

Achternamenindex

Godfried, bisschop van Utrecht verklaart dat Hendrik van Oosterhout zich ten onrechte de tienden van Callantsoog toegeigend heeft; in de lijst met testibus ministerialibus: Walterus de A et filii eius Heinricus et Helyas

testes ministeriales: Otto Castellanus, Tidricus frater Alberonis, Walterus de A en zijn zoons Heinricus et Helyas, Fridericus de Veht, Gozwinus, Luidbertus capellarius, Gerhardus Rufus, Herenboldus de Veht et fratres eius, Herenbertus de Pascua et filii eius, Heremannus de Aldewic [van Oudwijk], Arnoldus de Everickesdorpe, Amezo, Godfridus