1457-11-11 |

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 98/Cartul Zijlklooster Haarlem fol 104

Haarlem Algemeen

Jacobus etc, vicaris generalis van den bisschop van Utrecht, wijdt twee altaren in het Zylklooster te Haarlem

1467-08-05 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters no 5 p 193 regest 303/Klooster St Agatha Delft

Jaartallenindex

David van Bourgondië, bisschop van Utrecht, geeft het St Agathaklooster te Delft verlof de kapel af te breken en een nieuwe te bouwen, de beide bestaande altaren daarheen over te brengen en bovendien een nieuw altaar te plaatsen

Ysselsteyn, van | 1319-07-05

Reg Hann p 81/Arch Nassau Domein fol 2010 no 14

Achternamenindex

Frederik, bisschop van Utrecht, bevestigt de fundatie van drie altaren door heer Gysbrecht van Ysselstein in de kerk alddar; 1321-01-11: hetzelfde gedaan door deken en kapittel van St Marie te Utrecht

1534-09-22 |

C.W. Bruinvis: Aanv Inv Arch Alkmaar p 32 no 8g

Jaartallenindex

notaris Dirk van Teylingen [te Alkmaar] instrumenteert het testament van Ghuyerte Gerritsdochter, huisvrouw van Claes van Hout, waarbij zij aan de parochiekerk vermaakt (hebben) twee rentebrieven, elk van 3 Kar gld onder de last van kleine uitkeringen aan 4 altaren, 3 kloosters, pastoor e.a. In dorso: een aanvulling van 1541-03-13

1470-02-20 |

Arch St Bavo Haarlem regest 220

Haarlem Algemeen

David van Bourgondië, bisschop van Utrecht, geeft verlof de pilaren in het oude schip van de parochiekerk van Haarlem uit te graven en door nieuwe te vervangen, gebeenten elders te begraven en de altaren van zeven broederschappen te verplaatsen

Herlaer, van | 1407-04-07

Van Mieris IV p 60

Achternamenindex

Jan van Herlaer van der Huel ontvangt de heerlijkheid, huis en hofstad te Oosterwijck, met singels en boomgaarden en het ambacht van het dorp en de tienden en giften van kerken en altaren te Oosterwijk in leen; weer op te dragen tegen een hofstad in de Wiel

Herlaer van der Huele

1540-08-11 |

Bibl Seminarie Warmond bergnr 0168

Jaartallenindex

gasthuismeesters van het H. Sacramentsgasthuis te Dordrecht erkennen in naam van het gasthuis ontvangen te hebben van Pieter Thoenis die Windt, de somma van 14 £ gr Vls, waarvoor zij beloven wekelijks een mis te laten lezen op een der altaren van het gasthuis; 1547-09-19 geeft Pieter Tonisz de Windt, vóór het gerecht van Dordrecht in tegenwoordigheid van Hugo Coel Heyn Pietersz en Aert Heyn Paessen, aan de gasthuismeesters nog een som van 7£ gr Vls voor de wekelijkse mis

Frans van Roll, Florisz, Damaes Philipsz, Jan Bol Jacopsz en meester Aert Staesz, gasthuismeesters

1503-04-08 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 177/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

de stad Amsterdam meldt aan deken en kapittel ten Dom te Utrecht dat, ter voorkoming van verder murmuratie en daaruit voortspruitende bespottinghe van der Heyliger Kercken, door de geestelijkheid in hun stad is bevolen, dat al wie met reliquien uit de Utrechtse kerk komen om te questeren, en die geen geordende priesters, maar weerlicke lieden en van vuijtwendighen ambachte zijn, niet op den stoel, maar aan den voet van zekere altaren, zoals dit oudtijds geschiedde, voortaan hun boetschappe zullen behoren te doen

1469-08-02 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters no 1 p 491 regest 134/Carthuizers bij Delft; Miraeus: Opera Dipl III 206

Jaartallenindex

Egidius Joije, kanunnik van St Donatus te Brugge, cureit van de St Ypolituskerk te Delft, huiskapelaan van Hertog Karel van Bourgondië, geeft op verzoek van Franco de Borsalia graaf van Oostervant, aan de prior van het klooster Capella bij Enghien en aan de prior van het klooster Vallis Regalis bij Gent, die een Carthuizerklooster bij Delft willen stichten ter ere van de H. Bartholomeus, zijn toestemming tot de oprichting daarvan, van een kerk met altaren en een kerkhof, en tot het uitoefenen van verschillende plechtigheden en tot begraven, mits hem voor iedere begrafenis van personen uit zijn parochie een vergoeding wordt gegeven

Herlaer, van | 1486-05-31

R.A.H. Coll Aanw 108 Caput Arkel fol 40v

Achternamenindex

Max. en Philips beleent heer Adriaen van Harlair, priester, met de hooge heerlycheyt van den huijse ende hofstad staende ende gelegen tot Oisterwyck mit den cingelgrave ende boomgarde, mit den ambachtsheerscip van den dorpe, met tiende, tijnse, gifte van kerken en altaren tot Oisterwijck, ende mit alsulcken lande als daertoe behoort, hem aangekomen bij dode van Coenraet van Sprewesteyn, synre suster sone. Dirc die Wolf, syn gecoren voogd, doet hulde

mannen: Jacob Ruychrock v.d. Werve, Claes Florisz van Cranenbrouck