62 resultaten
1534-07-09 |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 313, 314
Jaartallenindex
Anthone le Bucq, deurwaerder v.d. camer v.d. reeckinge in den Hage, oorkondt dat hij de keizer heeft opgedragen eenen thuyn mit een schuyre mit een sloot aen de noordzijde, leggende aen de oostsyde van de Vaert, alhier in den ambachte van den Hage, belend noord: des convents weyde in de Poten, oost: die Helle, zuid: Joost Pauwelsz tuyn, west: de Vaert, daer men uijt den Hage naar Delft vaart. Hij belooft die tuyn etc te vryen en te waren, alleen belast met 10st per jaar. Hij verzoekt om hiermee beleend te worden tot een onversterfelijk erfleen. Op 1534-07-27 wordt hij na opdracht uit vrij eigen goed hiermede als een leen beleend
Willem van der Zevender, Cornelis Barthout Jansz, leenmannen
1530-08-18 | Schoten
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Kennemerland fol 10v
Jaartallenindex
Karel beleent jvr Marie van Schooten na dode van haar vader Jacob van Schooten met: 1) 22 Wilh scilden per jaar van 40 gr Vls uijt alle die goeden, landen, tienden en renten die Jan van Schooten van de grafelijkheid te leen hield. Te houden zoals Jan van Schooten zijn erflenen, daarop de rente verzekerd is, te houden placht, 2) ⅓ deel van een stuk land geheten dat Kyfland, groot 12 maden mitten oistendyck, gelegen in den ambacht van Graft, zuid: Jan Claesz, oost: die Beemster, west: Claes Willemsz. Te houden tot een onversterfelijk erfleen, 3) die gerechte helftscheydinge indimijs van een huijs, hofstede en lant geheten Willems hofstede en zate van Zanen, met ½ van de ambachtsheerlijkheid en anders allen hueren toebehoren, gelegen bij onser stede van Haerlem, in den ban van Schooten, streckende van de Vreetsloot tot in die Spaerne. Te houden tot een leen binnen aftersusterkind niet te versterven. Haar zwager Anthone Karker doet hulde voor haar
mr Willem Pijn, onse Raad in Holland, mr Anthonis van Bronchorst, Cornelis Barthouts, leenmannen
1566-03-05 |
R.A.H. Coll Aanw 133/I Caput N.H. fol 220
Jaartallenindex
koning Philips beleent jvr Elisabetthe van Halmael na dode van haar moeder jvr Catryne van der Werve met een rente van 50 R gld uyt een tiende gelegen in Hodenpyl, beginnende van Anthone voort opgaende by den Wout wege op tot an de Lierdijck toe, ende van de Lierdyck streckende van der Sytwinde tot an den twee heulen, schinkelende op van der grooter vaert oostwaerts op tot Anthonem toe, welke tiende gedeelt is in vieren, die eerste daerof genoempt die Nieuwe Polretiende, die ander die ouwe polre tiende, die derde oock genoempt die nieuwe polre tiende, ende die vierde tiende liggende achter die kerke van Schipluyden. Haar neef jhr Gotscalc van Halmael doet hulde en eed voor haar. in margine: 1598-03-04: dese rente van 50 R gld is afgelost door handen van joncker Hubrecht van Malsem, heere van Tilburgh, volgens kwitantie afgegeven door Andries van Ebderen als man en voogd van juffr Elisabeth van Halmale, in kennisse van mij J. van der Goes
Cornelis Oem, Dirck Andreus, Pieter Herweijer, Thomas Pietersz, leenmannen
1462-04-18 |
A.R.A. Copie Leenkamer 39 fol 61/Reg Charolais fol 32
Jaartallenindex
Charles de Bourgoigne conte de Charrolois etc schrijft aan Anthone Michiel dat hij heeft ontvangen de ootmoedige supplicatie van Ernoul de Goerll, natif de nostre ville de Gorinchem et a present bourgeois et demeurant a Dordrecht, inhoudende dat ten tijde van wijlen de heer van Santes, gouverneur van Holland, Jehan de Goerll, broeder van de voors. suppliant, in leen hield van de heerlijkheid Arkel une masure avec 8 hont lants in de parochie van Schaluynen, en 3½ morgen lands aan de oude Ghiessen, alles in het land van Arkel, en dat hij in presente van leenmannen dit leen had overgedragen aan zijn broeder, de suppliant, die door de heer van Santes er mee beleend werd. Hij ontving geen leenbrief, doch het werd vermeld in de leenboeken van Arkel, waarvoor hij aan le maistre dudit registre qui fut feu mr Pierre de Renisse de Beoistenzwede et a Adriaen le Cuper hun rechten en salaris betaalde. Toen de heer van Charolais zijn leenmannen opnieuw beleende, werd de bedoelde belening in de leenboeken van Arkel niet aangetroffen, maar het stond nog ten name van zijn broer Jean van Goerll. Hij stelt dat dit een fout was van mr Pieter van Beoostenzwede, die meerdere fouten gemaakt had. Dat hij dit leen zelfs tijdens het leven van nu wijlen zijn broer Jean van Goerll reeds gebruikt had. De heer van Charolais pardonneert hem deze omissie, op welke wijze deze ook ontstaan mag zijn, en vergunt hem belening (vgl 1462-05-01 en 02)
leenmannen: de heer van Ysselsteyn, Boudyn van Zwieten en Godschalk Oom
1535-04-30 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Kennemerland fol 51
Jaartallenindex
Karel beleent jvr Clara van Zuylen van Nyvelt, huisvrouw van Dirck de Wael, na dode van haar broeder Jacob van Zuijlen van Nyvelt, met: a) de ambachtsheerlijkheid en dagelycx gerecht van Heyloo en van Oosdom, mitten schoutambacht aldaar, mitten prouffyten, boeten, bruecken, vervallen die daerof komen mogen, uitgenomen de molen, wind en gruit, b) die zwaendrifte, gecomen van grote Heer Hendrick van Heemskerke, streckende van Alckmaerplate of tot binnen die tonne van Alckmaer, ende voorts van daen streckende den geheelen ban van Heyloo deure, van den geest af tot Bouckelaersdyck, den gehelen ban van Limmen deure tot aen de Hooge brugge, ende voorts den ban van Ackersloot deure tot Uitgeester cappelhof toe incluys. Te houden tot een onversterfelijk erfleen
Cornelis Barthouts Jansz, Anthone le Bucq, leenmannen
1536-07-18 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Kennemerland fol 53
Jaartallenindex
Karel beleent Daniel Gerritsz na dode van zijn vader Gerrit Danielsz met ½ van 4 morgen land in de ban van Assendelft buitendijks, noordoost: die meer, zuidwest: Daniel Claes Kouckens mit eygen of bruikwaar. Te houden tot een recht leen. Zijn oom jonge Gerrit Danielsz doet de eed voor Daniel Gerritsz die nog onmondig is. Op 1543-01-04 (1542) doet Daniel Gerritsz zelf de eed
Cornelis Barthout Jansz, Anthone le Bucq, leenmannen
1527-07-06 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Vriesland fol 3
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat voor zijn stadhouder van leenen Wouter Garbrantsz opdroeg een stuck lants gelegen op Merckerhorst [Merckerhoofd], geheten die Grindelmade, gelegen voor 5 Mercker deymden, en dat tbv Dirrick Baertsz. En dat hij vervolgens Dirck Baertsz daarmede heeft beleend tot een onversterfelijk erfleen
Cornelis Barthouts, Anthone le Bucq, Hubrecht van Hoef Pietersz, leenmannen
1528-08-25 |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 55v
Jaartallenindex
Karel beleent Jan van der Woert Pietersz, na dode van zijn moeder jvr Sibille van Saers met ½ van het navolgende leen, al gelegen in den ambachte van Naeltwyk: 1) 19 morgen lants die Adriaen Gerritsz te bruiken placht, ende nu bruict Philips Willemsz, belend oost: de heer van der Wateringe, zuid: de heer van Naeltwyck, west: dat Woer[t] landt, noord: de wateringe, 2) 14 morgen land, oost en zuid: dat Woertland, west: dat capittel van Naeldwyck, noord: de erfgenamen van Mene Henricxzoon, 3) een boomgaert van der Hoger Woert, gelegen in het midden van den voors. lande, 4) die vogelrye van Uijtkens houck totten Scholdam toe, 5) van sulk huys en erve daeraen heer Gerrit die bastaert van Liesvelt zijn lijftocht aan hadde. Ende voorts van alle andere goederen die aanbestorven mogen wezen van wijlen Jan van Saerts, egene daarvan uytgesondert dan alleen de hofstede daer t huys ter Woert op placht te stane, mitter manschap en leenmannen daertoe behorende, leen van Voorne. Tot een onversterfelijk erfleen, binnen aftersusterkind niet te versterven
Jacob Coppier, Cornelis Barthouts, Anthone le Bucq, leenmannen van Holland
1534-11-01 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 116v
Jaartallenindex
Karel beleent Jan Claesz de Witte na dode van zijn broeder heer Merten van Veen, presbiter, met alsulcken een deel lands liggende in Oosthuysen als zijn grootemoeder Alijt van Veen aldaar hadde, te weten: - ½ van een stuck lands geheten Kivittenvenne, groot 5 deympten; - ¼ van een stuck lants aldaar, geheten Heerenvenne, groot 12 deympten; - ½ van een stuck land geheten Cop Witten land, groot 3 deympten. Al gelegen in de ban van Oosthuysen. In margine: "Debet duere ut patet Voorne D fol 55 pagina 5. Niet te versterven op ten eersten lede op Machtelt Pieter Heeren Henricsdochter van der Beets"
Cornelis Barthoud Jansz, Willem Pietersz Criep, Anthone le Bucq, leenmannen
1535-01-22 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 126v
Jaartallenindex
Karel beleent Elisabeth Frans Bouwenszdochter na dode van haar vader Frans Bouwensz met 10 £ Holl per jaar liggende binnen onser stede van den Briel: 1)op dat erve daer Ysbrant Jacobsz op woonde, 20 scell Holl, 2) op dat erve noortwaert daeran daer Hanne Heyn Bouten op woonde, daer nu Francke Pier innewoont, 20 scell Holl, 3) op dat erve daer Jan van Dordrecht op woonde en nu in woont Adriaen Claesz, 28 schell Holl, 4) op dat erve daer Huge Kerstinen op woonde en nu mr Pauwels de brabier, 24 schell, 5) op dat erve daer Reylof op woonde, nu Floris Willemsz, 14 schell Holl, 6) op dat erve daer Heyn Bouwensz op woonde ende nae Claes de stoeldraijer, 24 schell, 7) op dat erve daer Pieter de Maersman op woonde, 24 schell, 8) op dat erve daer Margriete Hannemansz op woonde, nu Katrijn, 25 schell, 9) op dat erve aldernaest noortwaert, daer inne woont Pieter Jansz van Eteren, 25 schell Holl per jaar. Leen van Voorne, tot een recht erfleen. Als haar gemachtigde doet Thielman Oom Servaesz de eed
Cornelis Barthout Jansz, Willem Pietersz Criep, Anthone le Bucq, leenmannen