3 resultaten
1526-03-10 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland fol 154v
Jaartallenindex
Karel beleent vrouwe Barbele Cruesincs, weduwe van heer Loys Quarre, in zijn leven ridder en thesaurier van de orde van het Gulden Vlies, haar aangekomen bij dode van haar neve Jacob Cruesinck Philips, met ⅙ deel van alle ambachtsheerlijkheid met toebehoren van Melissant, Noirderschorre, Wellestrijpe, te weten val al daar te mogen setten schout, schepenen, dijkgrave, met gifte van kercken, costerijen en alle andere geestelijke provenen, desgelycx maelrijen, visserijen, vogelrijen, veren en alle andere profyten der ambachtsheerlijkheid toebehorend, mitsgaders noch 1 gr Vls van elken gemete lants tot erfschote, ende oock mede van elk vat bier, dat men binnen den voors. landeken drincken ende slyten sal, 2 gr Vls erfelijk, te houden als leen van Voorne, tot een onversterfelijk erfleen. Hulde doet voor haar als haar gemachtigde Roelof heere van Dongen
mr Tielman van Dulleckem, onse Raad en meester van onser reeckeninge, mr Jacob de Jonghe heer tot Baerdwyk, auditeur van derselver reeckening, mr Jan van Barry, mr [?] Marcelis van Zegerscappelle, Cornelis Barthouts, Anthonne le Bucq, leenmannen van Holland
1537-03-22 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 33
Jaartallenindex
Heyndrick van Hoerne, burchgrave van St Winoxbergen, here van Boulaer, jonge heer tot Gaesbeek etc oorkondt: alsoo seeckere 300 R gld per jaar te anderen tijden sijn by zekere makingen gedaan bij heer Johan heer van Montfoort ende zyn huisvrouw vrouwe Willeme van Naaldwyk, vrouwe van Montfoort, vrouwe Barbele van Montfoort vrouwe van Gaasbeecque, onse moeder, op die goeden ende heerlijkheid van Naaltwyck met toebehoren, waaraf zeker proces en different geresen is tussen heer Robbert grave van der Marcke en Arenberg, onse lieve oom, getrout hebbende vrou Machteld oudste dochter tot Montfoort, welk proces door de Grote Raad van Mechelen tot ons voordeel beslist is op 1534-10-10. Ende want 1534-12-22 een appoinctement en transactie gemaect is geweest tussen wijlen de heer van Eggremont jonggrave van der Marck en Arenberg, onse lieve neve, aangaande zekere afterstallen en andere twisten die er souden mogen geresen wezen ende noch souden mogen ryzen tussen de heer van Arenberge ter cause van zijn huisvrouw, onse lieve vrouw en moeije, zowel ter oorzake van de voors. 300 gld per jaar als anderzins, blykens appoinctement dd 1534-12-26, waarbij expres bepaald was dat de heer van Arenberg de voors. rente van 300 gld zou mogen lossen tegen den penning 20. Hij geeft nu volmacht aan zijn procureurs mr Cornelis Barthouts, mr Vranck Boets en Claes de Waert Adamsz om te compareren voor stadhouder en leenmannen van Holland te verklaren voldaan en betaald te wesen ter zake van deze losrente, en de voors. heer van Arenberge als heer van Naaldwyk ter cause van zijn huisvrouw vrij en schadeloos te houden van deze losrente van 300 gld
1552-06-28 |
Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl II dossier 594
Jaartallenindex
Jacop Campe, echtgenoot van Anna (of Isabella) van der Vere; Jan Symonsz, secretaris van Vere, echtgenoot van Charlotte van der Vere; mr Roelandt de Pottere, echtgenoot van Isabella (of Anna) van der Vere, contra Gaulthier Boele, baljuw van Hulst. De echtgenotes van eisers, dochters en erfgenamen van Hendrik van der Vere, baljuw van Domburg, en Dorothea van Scheinghen, zuster van Joos van Scheingen, maakten aanspraak op verdere uitbetaling van een rente van 6£ sjaars die hun moeder gedurende 30 jaren van haar broeder Joos had ontvangen. Verweerder was van mening dat de rente niet erfelijk was. Eisers gingen voor het gerecht van Heinkenszand procederen ter executie op een stuk land van 4½ gemet, genaamd "de Zuutsack". Zij kregen een vonnis in hun voordeel, waarvan verweerders in appel gingen. Aanwezig zijn: a) copie van huwelijksvoorwaarden dd 1520-01-31 voor schepenen van Heinkenszand tussen Witte Wittensz van Haemstede en Anna Scheinghen, dochter van Jacob Scheinghen en Margriet van Domburg en zuster van Dorothea van Scheinghen, gesloten; b) katern met extracten uit de rekeningen van Joos van Scheinghen over de jaren 1545-1549, betreffende renten betaald aan zijn zusters Agatha, Barbele, Dorothea en Jacopmine; c) copie van de akte 1532-10-16 waarbij Hendrik van der Vere verklaart 6£ als rente te hebben ontvangen, die Joost van Scheingen aan Dorothea bij haar huwelijk had geschonken; d) katern met o.a. copie van akte 1552-06-28 waarbij Jan Symonsz protesteert tegen het feit dat de erfgenamen van Joost van Scheinghen de betaling van de rente van 6 £ hebben gestaakt; e) mandament dd 1553-07-21 van de keizer aan de deurwaarder om aan de zusters en zwagers van Joos van Scheinghen op te dragen hun lastercampagne tegen verweerder te staken en hun evt acties binnen 2 maanden in te stellen bij het gerecht van Hulst (vgl 1554-04-29)