1513-08-11 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 379/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Ernst van Ysendoorn berigt aan zijn zwager Bernt uten Eng, rentmeester, dat de domdeken de maarschalken met de dorpen tot het doen van uitzetting wenscht ontboden te hebben

1502-07-02 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 164/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

de Conink, baljuw van Abcoude, berigt aan de Staten van Utrecht, dat hij ten kapittel-generaal zijn eed, volgens voorschrift des landbriefs zal komen afleggen. Gedaen huis te Abcoude

1501-08-03 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 146/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Johan, burggraaf van Montfoort, berigt aan deken en kapittel ten Dom te Utrecht, dat hij eerstdaags te Utrecht zal komen om met hen te spreken over een door hen gevorderde jaarlijkse uitkering van 4 oude schilden

1505-03-20 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 194/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Frederik van Geldeneck, erfrekenmeester en hofmeester, berigt van Dangell van Bouchout, dat des bisschops bode, na 5 dagen zoekens de Geldersche verdingmeesters Jan Faulquier en Valkenborch gevonden had, en van hun ten antwoord hadden verkregen, dat zij van Beverweert, Werkhoven en Odijk als hooge heerlijkheden op bevel van de hertog van Gelder, verdinggeld gevorderd hadden. Op 25 maart antwoordt Karel, hertog van Gelre, aan de Staten van Utrecht betreffende deze afvordering, dat Daniel van Bouchout als hooge ende leege heer der genoemde plaatsen, alleen te verdingen staet, doch verklaart, ten hunnen gevalte, van deze verdinging af te zien

1500-09-01 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 142/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Karel, hertog van Gelre, stelt aan deken en kapittel ten Dom te Utrecht voor, om den dag na St Michiel te Arnhem of ter plaatse waar hij zich dan zal bevinden, een bijeenkomst te houden ten einde de zaak van zijn dienaar Jacob van Weeze, die wegens de onder de gemeente heerschende ziekte, niet te Utrecht komen kan, in der minne te vereffenen. Gedaan te Tiel. Op 16 Sept. berigt de hertog aan de domdeken dat hij op de daartoe bepaalde overeenkomst, persoonlijk met zijn voormelde dienaar hoopt te verschijnen. Gedaen te Arnhem. Op 4 Oct. bericht de hertog aan de domdeken zijn bewilliging in het uitstel der bijeenkomst tot den derden dag na Allerheiligen

1503-03-15 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 168/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Frederik van Baden, bisschop van Utrecht, bericht aan de Staten van Utrecht, dat zijn maarschalk van Meerten hun sletinge t.a.v. Aernt Gerytsz niet heeft overtreden. Gedaen slot te Duurstede. Op 16 Maart meldt Jan van Meerten, maarschalk, aan de Staten dat hij het door Aernt Gerritsz die de beschrijving van het kapittel generaal heeft verzocht, wegens inbreuk op hun sletinge verschuldigde geld, denzelven zoowel door den schout van Werkhoven als door de oversten der stad Utrecht vruchteloos heeft doen aanbieden. Hij berigt dat hij wegens de vergaderingen van krijgsvolk op vele plaatsen zich niet verwijderen kan van het slot ter Horst, welks bewaking hem door de bisschop is aanbevolen. Op 16 Maart opgave der kosten aan Aernt Gerritsz: 95 gouden R gld 4st

Byland, van | 1501-09-21

Berigt Hist Gen IV p 115

Achternamenindex

Ida van Nyenrode genaamd Bijland, natuurlijke dochter van Johan van Nyenrode en Ida van Nyenrode genaamd Byland, natuurlijke dochter van Hendrik van Nyenrode, maken elkaar de lijftocht van de goederen welke zij bezitten in het kerspel van Angeren in den Dorenburg en in het kerspel van Pannerden

Mathenesse, van | 1521-04-14

Berigt Hist Gen III p 115

Achternamenindex

losrente tbv Jan van Mathenesse, hoogheemraad van Schieland, oom van Antonis van Amstel van Mynden en voogd van Otgen en Willem, kinderen van Gysbrecht van Tuyl bij wijlen Machteld van Matenesse

Mathenesse, van | 1523-02-11 (1522)

Berigt Hist Gen III p 115

Achternamenindex

Adriaan van Matenesse wordt beleend, na dode van zijn vader Jan van Matenesse, gehuwd met Marie van Assendelft, met het huis te Riviere, de goederen te Spangen, de helft van Dirkssate van Hoylede en de landerijen te Reewijk en Hillegersberg; Johan van Wassenaar beleent hem met 12 morgen land in het ambacht van Ketel, 4 ½ morgen in de Schiepolder op de Broek in hetzelfde ambacht en 18 morgen in Spadeland

Jan van Duvenvoorde en Cornelis Bartoutsz Tetrode; Jan van Duvenvoorde, ridder, mr Gerrit van der Mye en Evert de Gras

Mathenesse, van | 1524-01-04

Berigt Hist Gen III p 116

Achternamenindex

Adriaan van Matenesse vrijheer van Nieuw Matenesse doet afstand van alle aanwassen, Maas waarts, tbv van de ambachtsbewaarder, heemraden en ingelanden van Nieuw Matenesse, tegen een jaarlijkse uitkering van 10 £

zijn neef Jan van Duvenvoorde