12 resultaten

1516-07-23 |

Kroniek Hist Gen jg 1848 p 152/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

Moreijenn van der Recke verzoekt aan deken en kapittel ten Dom te Utrecht bij de stad Utrecht te bewerken de betaling van de achterstallige soldij van Bernd van Heijden

1489-03-20 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 89, 90/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

Arndt van Heijen Goedesz verzoekt aan de 5 kapittels te Utrecht bij de regering dier stad te bewerken de afdoening zijnder en zijns broeders achterstallige soldij uit de laatste oorlog

1517-10-24 |

Kroniek Hist Gen jg 1848 p 268/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

de stad Culemborg verzoekt aan deken en kapittel van den Dom te Utrecht bij Jacob van Apeltern (domdeken) de betaling te bewerken van drie door hem bij Cornelis Tymansz, timmerman te Culemborg, bestelde watermolens

1510-01-16 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 310/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

Karel, hertog van Gelre, betuigt aan de Staten van Utrecht, op het rapport aan hem hunnentwege gedaan door Willem van Oij, raad en maarschalk, namelijk om door hun tussenkomst een verzoening tussen hem en de bisschop te bewerken, dat hij thans evenals tevoren daartoe volkomen bereid is. Gedaen te Zutphen

1489-01-16 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 89/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

Johan van Zulen van Nyevelt, ridder, verzoekt aan de Staten van Utrecht bij bisschop David van Bourgondiƫ te bewerken dat hij in het bezit van zijn vaderlijk erfdeel worde gesteld, hem bij overlijden van zijn broeder Henrick van Nievelt aan bestorven, bij gebreke waarvan hij met behulp van zijn magen en vrienden zich zelf recht zou verschaffen

1516-11-13 |

Kroniek Hist Gen jg 1848 p 160/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

Karel, hertog van Gelre, bericht aan de Staten van Utrecht, de gevangenneming van zijn dienaar Marcus Sikz door den schout van Meppel, Seijn Mulert, die hem over Kampen naar Friesland heeft vervoerd. Hij klaagt dat de Bourgondischen door de ambtlieden van Overyssel worden geherbergd en onverhinderd de onderzaten van Zwolle, Hasselt, Koeverden etc vangen, beroven en doodslaan. Hij verzoekt vrijlating van zijn dienaer bij de bisschop te bewerken, gedaan te Arnhem

1486-07-15 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 87/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

de regering van de stad Arnhem, vernomen hebbende dat in een morgenspraak tot aantasting van lijf en goederen van de burgers van Arnhem en onderzaten der Veluwe zoude zijn besloten, in wedervergelding van de hanteringen [sic] van Dirk van Scherpenzeel, verzoekt aan de 5 kapittelen van Utrecht bij de stedelijke regering herroeping daarvan te bewerken, in gebreke waarvan zij zich deswege bij den hertog van Bourgondiƫ zullen beklagen. Op 9 Aug. verzoeken zij antwoord op deze brief

1516-11-04 |

Kroniek Hist Gen jg 1848 p 160/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

Karel, hertog van Gelre, vernomen hebbende dat Bartolt van Zwolle ende zijnen uit Coenre en daaromtrent zijn Friesche onderzaten beschadigen, vraagt aan de Staten van Utrecht bij de bisschop de teruggaven van het te Kuinre en Steenwijk afgenomene te bewerken. Op 12 November antwoordt de stad Steenwijk dat de aantijging wegens de uit hun stad toegebrachte schade door Bartolt van Zwol, bezijden de waarheid is, vermits deze in de stad niet is geweest, en zij zich daarenboven zoveel mogelijk onzijdig trachtte houden

1510-03-28 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 317/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

Roeland van Liesveld, heer van Themesse, bericht aan de Staten van Utrecht, op hun verzoek, om bij de landvoogdes de bemiddeling van de geschillen tusschen den bisschop en den hertog van Gelre te bewerken, dat hij zijn pogingen daartoe evenals vroeger zal aanwenden. Zijn vroegere pogingen waren mislukt daar hij tegenstand ondervond van mensen die liever twist dan eendracht (!). Hij vraagt hun met alre diligentie hun gedeputeerden naar de landvoogdes te zenden, waar zij hem zullen aantreffen. Gedaan tot Themiske

1494-04-24 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 102/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

Dirck van Amerongen, Florens van Pallaes en Willem de Voss, door de stad Utrecht ter klokke uitgeluid [sic], verzoeken aan de Staten van Utrecht, bij de bisschop van Utrecht te bewerken, dat zij krachtens de zoen van 1493 tussen de stad Utrecht en den heer van Ysselstein, weder in de stad bij hun goederen mogen worden toegelaten, in gebreke waarvan zijn naar Schoonhoven bij degenen recht zullen verkrijgen, die hun gewis zullen en mogen helpen. Zij verzoeken op 3 Mei antwoord op deze brief