10 resultaten
Vrank Alydenz | 1342-1343
Rek Houtvester dl VII p 124
Voornamenindex
Lisse, afterstal van boetes: Vranke Alidez, 5 sc
Leyden, van | 1266-12-19
v.d. Bergh II no 151, 152 Nal no 41
Achternamenindex
graaf Floris bevestigt de privileges van Leiden ; 1266-12-24: Henricus castellanus de Leyden krijgt toestemming op markten boetes te innen
presentibus: Simon de Herlem, Theoderic de Teylingen, Wilhelmus de Benthem, Walterus de Egmonda pro castellanus de Leiden, cuius socer est
1515-07-09 |
Inv Arch Kap in den Hage regest 496
Jaartallenindex
heemraden van Delfland wijzen vonnis in het geschil tussen heer Jan de Loze, priester, eiser, en Jan Bruijn en Jan Meesz, verweerders. Laatstgenoemden worden tot boetes veroordeeld omdat zij den eiser drie varkens hadden ontweldigd, die hij als pachter der wildernissen van het kapittel in den Hage had geschut. Aldus gedaen binnen der stede van Delft
Boudyn Jordensz | 1395-1396
R.G.P. no 174 p 80/Rek Baljuw Voorne fol 2
Voornamenindex
ontvangen van boetes: van Boudyn Jordensz wijf 24sc, te goede gedaen 6sc; van Claes Jordensz van dat hi t onrecht land ontgronde 12 £
Assendelft, van | 1408-05-20
Rechtspraak Graaf van Holland II p 228/229 en 234
Achternamenindex
volgende personen hebben zich niet kunnen vrijpleiten van het gebeurde binnen Haarlem met hun boetes: Clais Jan Bertoutsz [van Assendelft], 100 nobel, Claes Zeelander 300 nobels, Claes Jansz van Hillegom 200 nobels, Meynaert Claesz 100 nobels, Jan Dirc Claisz.zn [Berk] 40 nobels, Jacob Jansz Clais Gruters stiefzoon 30 nobels, Pieter Gerrit Claiszzn 30 nobels, Ysebrant Reynaersz, 40 nobels
Haarlem
Waterland, van | 1338
Dr Smit: Rek Hen Huis II p 81, 86/Rek Houtvester dl VII
Achternamenindex
rekening heer Simon van Benthem, als houtvester: "an die Boechorst, van wintval (afterstal van 1337) Aernds kinder van Waterland 1 stic, 3 sc"; "overgelevert bi Willaem die Clerc dat noch onberecht is, in Hillighem: Arnts kinder van Waterland bi haren Symon van Benthem, ende dat is noch te verzien", betreft boetes op degenen die grafelijk land bij hun eigen heemwerf getrokken hadden
Assendelft, van | 1317-1323
Rek Hen Huis dl II p 446, 445
Achternamenindex
rekeningen van Willem ver Baertenz, rentmeester van Jan van Beaumont: dit is ontvangen van boetes, sedert het baljuwschap van Coene: in Westzaenden van boeten: - Willem van Assendelf 40 sc van een boete, die hij zelf ontvangen had; - Crommenye: Willaem van Aessendelf van enen biistern calve 12 s - noch van enen biisteren stiere 8 sc. - in die Wiich: -Coliin veren Baertenz 40 sc van vechten jegens Croner
1551-1552 |
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl I dossier 65bis en 1-9
Jaartallenindex
de gemene buren van Heemstede, Hillegom, Lisse, Noordwijkerhout en Noordwijk contra Adriaen Dircsz van Crimpen, onderhoutvester van Holland en de Procureur Generaal. Bij placcaat van 1551-02-19 (1550) werd aan degenen die landerijen bezaten grenzende aan de duinen en wildernis van Holland, gelast om voortaan de wallen van de sloten, die tussen hun landerijen en de wildernisse gelegen waren, veel lager te maken. Deze wallen zouden namelijk veel te hoog en te steil zijn, waardoor de konijnen die uit de wildernisse naar de sloten kwamen om te drinken, in groten getale in het water vielen en verdronken. Hierdoor zou de wildstand in de duinen in gevaar komen. Toen Adriaen Dircsz van Crimpen kwam schouwen, legde hij deswege vele boetes op. De inwoners gingen daarvan in beroep bij de Grote Raad en verkregen op 1551-06-01 een mandament van appel. Dit kwam te laat in hun bezit, doch zij werden gereleveerd van de te late indiening van het appel. Op 1552-09-24 onderzoek gelast door commissarissen van de Grote Raad, intussen behoefde geen verandering in de bestaande toestand gebracht te worden. De dorpen leidden hieruit af dat van Crimpen betaalde boetes moest restitueren. Attestatie dd 551-05-06 (onder c) van Pouwels Claesz, schout van Noortwijkerhout, houdende dat vertegenwoordigers van genoemde dorpen voor hem verklaard hebben in beroep te gaan tegen het placcaat en de opgelegde boeten, en dat op 1551-05-09 notaris Philips Vranckenz uit Leiden dit aan van Crimpen heeft aangezegd. Attestatie van 1551-08-25 (onder e/I) van Willem Diricksz "coddeclerck" van de procureur Vincent Fransz en Jan Dirksz, dat enige gemachtigden van appellanten aan Christoffel Harmansz, gezworen bode van het Hof van Holland, hebben aangezegd om het mandemant van appèl dat de advocaat Gysbrecht van Hogendorp had geimpetreerd, en dat hij, bode uit Brussel zou meebrengen, af te geven tegen betaling van bodeloon en vergoeding van onkosten, waarop de de bode een hoger loon eiste. Op .... wordt Christoffel Hermansz gelast het mandement van appel binnen 24 uur aan appellanten af te geven. Relaas van 1551-09-01 van Dirck Adriaensz, eerste deurwaarder van het Hof, dat hij Christiaan Hermansz, bode, heeft gelast om 5 uur voor de raadsheer van Nydtsen te verschijnen. Een schrijven dd 1551-09-16 (f/1), waarbij van Crimpen Jacob Wouters uit Langeveld tegen 1551-10-02 ten stadhuize van Haarlem dagvaardt, om zich voor meesterknapen voor de overtreding van het placcaat te verantwoorden, een zelfde schrijven aan Ocker Adriaensz uit Lisse (f/2). Attestatie dd 1551-09-24 (h) van Pauwels Claesz, schout van Noortigerhout, en idem van 1552-03-08 (p). Onder D: attestatie dd 1552-10-19 van Christoffel Gerritsz van Nieuwenhove, schout van Noordwijk, betreffende een beeedigde verklaring afgelegd door Jacob Woutersz uit Langeveld en Jeroen Jansz
1408-05-20 |
R.A.H. Coll Aanw 70 fol 129v/Mem B.F. fol 99v
Haarlem Algemeen
hertog Willem oorkondt dat hij persoonlijk allerlei doodslagen gezoend en leemten gecorrigeerd had in Haarlem, en dat hij o.a. ook "onsen geminden heren Jan van Heemstede ende sinen vrienden die sijn hulperen hieten te wesen, gescat ende gecorrigeerd hebben". Dat hem uit getuigenverklaringen nu gebleken is "dat Jan van Huessen ende anders degenen die aen Claes van der Beecken huijsbrekende waren, mit horen vrienden ende partyen, den anderen eerst toeliepen ende dat vechtelic eerst up heren Jan ende sinen vrienden voirn. begonnen ende aenvochten, ende oic eerst tot hem aanliepen over t Zant ende riepen: wael aen, wael aen! daer sij hoir lyf ende goet tegens ons an verbuert hebben, overmits der tiegenwoirdicheijt ons liefs heren ende vader voirs, ende sij oock in den vechtelic doe Willem van den Woude en Symon zyn zoen, doot bleven, en in veel anderen saken etc. groffelic tiegens ons brueckig geworden sijn, soo hebben wij die daerom doen toespreken als: (volgt lijst met namen); of zij van allen horen saken en bruecken an ons keren en bliven wouden". Velen gaven hieraan gevolg, sommigen werden onschuldig, anderen schuldig bevonden en veroordeeld (boetes achter de namen). Degenen die niet aan de hertog verblijven wilden, worden voor eeuwig verbannen
lijst: Heinric Hugen Roden bast., Claes Jan Bertoutsz [van Assendelft] (100), Claes van Zwieten, Splinter van Heemskerc, Dirc v. Huessen, Dirc v. Huessen bast., Willem v. Zaenden, Gheryt v. Spernewoude, Claes Seelander (300 nobel), Jan Woutersz [Persyn] (200 nobel), Meynairt Claesz (100), Jan v. Spernewoude (60), Lourens Jansz (200), Claes Jansz v. Hillegom (200), Claes Putten [Put], zijn zoon Jan Jacobsz, Gheryt v. Huessen, Pieter v. Zaenden Dircsz, Jan Eylaertsz (100), Ysbrant Reynersz (50), Clais v.d. Stege, Ysbrant v. Spernewoude, Pieter Droem, Dirc Jan, Pieter Andriesz, Willem Symon Vranckenz, Jacob Heynricsz (100), Jacob Fyerenbras, Pieter Gheryt Claesz.z (30), Jan Dirc Claesz geheten Blick (40), Dirc Symonsz van Zaenden bastart (30), Jan Bertelmeesz (40), Dirc Kalle (100), Jan Ravenincsz (80), Willem Hagen Sijmonsz (60), Allard Gherijt Slutersz, Evert Heijnricsz geheten Salmken, Jan Gysbrechtsz, Gheryt Raveninxz, Pieter Terninc, Allard snyder mitten enen oge, Pieter Jacobsz, Dirc Byerman (100), Jacob Jansz Claes Gruters stiefzoon (30), Willem Wouter Heynen (30)
Heemstede, van | 1476-1479
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Jan van Heemstede Jansz is op 1477-05-21 gekomen in het baljuwschap van Kennemerland (908 fol 27 en 27v); 1478-1479: (909 fol 26) nu genoemd goederen die geexecuteerd zijn en hem toebehoorden; onder boetes: Jan van Heemstede in pacht gegeven voor 400 £, waarvan de rentmeester geen betaling kon krijgen, "overmits dat deselve baljuw hem absenteerde ende vuyten lands huoudende was"; (fol 1v van de bijlage): de rentmeester van Putten draagt aan de rentmeester van Kennemerland 60 pnd af, die Jan van Heemstede in zijn leven ten rechten leen hield, 1479 en is het laatste jaar dat hij beleefd heeft, hij stierf omtrent mei 1480; (909 fol 3 bijlage)hij was schuldig gelbeven van pacht van het baljuwschap 400 £. Zijn goederen en renten, o.a. het huis te Heemstede verkocht voor 497 £