binchorst | binckhorst | bockhorst | boechorst | boeckhorst | boekhorst | bouchorst | bouckhorst | bronchorst | bronckhorst | bronkhorst | brunckhorst
2 resultaten
1537-12-31 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 62v
Jaartallenindex
Karel oorkondt: alsoo Adriaen van Bronckorst [!] als oom en voogd van jvr Magdalena van den Bonchorst [!], kinderen [!] van den Gysbert van den Bonchorst, onsen lieven en getrouwe stadhouder van de lenen, te kennen gegeven heeft hoe dat de voors. Gysbert van den Bonckhorst bekent schuldig te wesen, hem als voogt en oom van de voors. synen kinderen, de somma van 50 onser gouden Kar gld sjaars, ter lossing met 800 Kar gld, welke akte gepasseerd is voor leenmannen en die nu door Karel goedgekeurd wordt, en waarmee hij nu Adriaen van den Bonchorst in den qualite voors. beleend heeft, zoals de voors. Gysbert van den Bonchorst de hofstede en huiznge geheten Bonckeburch [!] van ons houdende is (vgl 1537-01-08)
Cornelis Barthout Jansz, Willem Pietersz Criep, Anthonne Lebucq, leenmannen
1558-11-23 |
R.A.H. Coll Aanw 261 fol 238, 276v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
Yeff Harmansdochter, huijsvrou van Jan Claesz, te Purmerend, verzoekt haar man onder curatele te stellen. Hij heeft zeven kinderen bij haar verwekt en gedraagt zich als een woesteling, bedreigt haar met een mes, vernielt de inboedel etc. Reeds tweemaal had zij het verzoek aan het Hof gedaan. Dit had tot gevolg dat het Hof besloot Jan Claesz op de Voorpoort in den Hage gevangen te zetten. Daar zij medelijden met hem had, was het niet doorgegaan. Toen was hij opnieuw begonnen. Bij een nieuw cedulleken van 4 Nov. jl. was Jan Claesz gecanseert bij Jan van den Bonckhorst (!) van een delict in de kerk van Purmerend te hebben bedreven. Hij had met een steen aan het beschot geklopt. Hij was veroordeeld deswege tot een boete. Het Hof belast Arent Thijsz te Purmerend met de curatele. Fol 276v: zij bericht aan het Hof dat de verwanten van Jan Claesz niet willen dulden dat deze onder curatele staat. Daar de benoemde curator bedreigd wordt door deze verwanten, verzoekt zij Cornelis Pietersz in zijn plaats tot curator aan te stellen, hetgeen het Hof op 1559-03-04 (1558) doet