10 resultaten
Vos | 1529
Taxandria jg 1923 p 146
Achternamenindex
dekens van het St Catharinagilde te Capelle aan de Langstraat: Claes Jansz Vos, Hendrick Boyensz; 1539, 1541: heemraden o.a Claes Jansz Vos; 1541: Heilige Geestmeesters: Claes Jansz Vos en Adriaen Thonis de Jonge
1522-08-05 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Kennemerland fol 32v, 33
Jaartallenindex
leenmannen oorkonden dat Willem Symonsz opdroeg: 1) 3 ½ gaerssen lands in de ban van Nyeuwe Niedorp binnen den Gaeu met eenen lane van 1 ½ gaersen groot wesende daar aan gelegen, 2) buiten den Gaeu in denselven ban een stuck lant geheten t Weer, groot 3 gaersen, 3) 1½ geersen lands in denselven ban gelegen, gemengder vuere en onderdeelt in die Hemmen, west: Jacob Boyensz, oost: Jan Pieter Aelbrechtsz, tbv zijn neef Willem Jansz Camerling. Met het verzoek om laatstgenoemde hiermede te belenen. Op 1522-08-07 beleent Karel hem hiermee
Andries van Bronchorst, heere van Schout, Raad des Keizers in den Hage, baljuw van het land van Voorne, Tielman van Dulleckum, Raad des Keizers en meester van de camer van de reeckeninge in den Hage, Cornelis Barthout Jansz, leenmannen; 1522-08-07: present rmr Cornelis Anthunisz, secretaris van de Camere van onsen Rade in den Hage, Cornelis Barthoudsz
1575-03-01 (1574) |
R.A.H. Coll Aanw 140 fol 25/Reg Oraigne fol 10v
Jaartallenindex
koning Philips beleent Dieuwer Symonsdochter na dode van haar vader Symon Thymansz met: 1) 3 ½ geers land in Nieuwe Niedorp binnen de Gau, met een leene van 1 ½ geers daaraan gelegen, 2) buiten den Gaauw in denselven ban een stuk land geheten het Weereind, groot 3 geersen, 3) 1½ geersen in denselven ban, gemengder veur en onderdeeld in de Hemmen, belend west: Jacob Boyensz, oost: Jan Pieter Aelbregtsz. Te houden tot een onversterfelijk erfleen. Hulde doet voor haar: Jan Pietersz Berkhout, burgemeester van Hoorn (vgl 1548-02-06). Gegeven tot Delft, secundum stil. Cur. Holl.
jonker Abraham van Almonde, mr Frans van Utrecht heer van de Tempel, Joost van Berendrecht, Pieter van der Goes, leenmannen
Culemborg, van | 1433
Reg Geld Leenakten 11e stuk p 601
Achternamenindex
Gysbert van Haeften transporteert: - 12 morgen in het gerecht van Roemde op der Weyden land, belend: de hertog van Gelre en de bastaardkinderen van Gerrit van Leyenberg aan de ene zijde en aan de andere zijde: de erfgenamen Roloffs Pollen; - 7 ½ morgen op de Eesacker, belend ene zijde: Marienweerd en Alert van Haeften, andere zijde: Willem van Gellichem, Henrick Boyensz en Hubert de bastaard van Culenborch
Gellicum, van | 1433
Reg Geld Leenakten 11e stuk p 601
Achternamenindex
Gysbert van Haeften transporteert 12 morgen in het gerecht van Roemde op der Weyden land, belend: de hertog van Gelre en de bastaardkinderen van Gerrit van Leyenberg aan de ene zijde en aan de andere zijde: de erfgenamen Roloffs Pollen. En nog 7 ½ morgen op de Eesacker, belend ene zijde: Marienweerd en Alert van Haeften, andere zijde: Willem van Gellichem, Henrick Boyensz en Hubert die bastaard van Culenborch
Leyenburg, van | 1433
Reg Gelderse Leenaktenboeken 11e stuk p 601
Achternamenindex
Gysbert van Haeften transporteert 12 morgen land in het gerecht van Roemde op der Weydenland, belend tussen de hertog van Gelre en de bastaardkinderen van Gerrit van Leyenberg en aan de andere zijde de erfgenamen van Roloff Pollen; - 7 ½ morgen op de Eesacker, belend tussen het convent Marienweerd en Alart van Haeften en aan de andere zijde Willem van Gellinchem, Henrick Boyensz en Hubert de bastaard van Culenborch
1524-08-13 | s Gravenmoer
Carthuizers Raamsdonk Carul anno 1518 fol 44/Carth. Sint Geerdenberg
Jaartallenindex
Ic Mathijs Willemsz richter in den ambacht van Screvelduyn en Philips Boyensz, Pieter Huijmansz, Andries Jansz, Martyn Petersz, Willem Cornelisz, Claes Jan Vosz, en Gheryt Jansz oorkonden dat Jan Cornelisz overgaf met een vrije gift aan brueder Jan Ghavesz, priester, procurator des gemeen convents van de Carthusers bij St Gheertruidenberg, in die parochie van Raemsdonck, ½ van 12 morgen dellen ...... (?) alsoe groet als hij van Gielis Pietersz ontfangen heeft mit 3 mergen moeren en 69 rogen en 4½ voeten, gelegen op dieselfte dellen ofte gronden voers, onbedeelt met Jan Jacobsz van 's Gravenmoer dellen of moeren, streckende van den ambacht van 's Gravenmoer oestwert tot die houve van Hoculem toe, zuid: Jan die Wit van Dordrecht moeren en gronden, noord: Jan Jacobsz gronden gelegen tot die moeren van Montfoirt ende daeran gelegen die erfgenamen moeren
Clootwijk, van | 1530-1556~, 1539
Taxandria jg 1923 p 146, 138
Achternamenindex
ambtsdragers Capelle aan de Langstraat: Adriaen Dircksz van Clootwijk, schout. Heemraden van Capelle aan de Langstraat: 1539: Adriaen Hendrick Maesz, Adriaen Hendrick Willemsz, Hendrick Gijsbertsz Payman, Claes Jansz Vos, Adriaen Thonis Dirksz, Michiel Hendricksz, Hubrecht Dirksz; Dekens van het St Catharinagilde te Capelle aan de Langstraat: 1529: Claes Jansz Vos en Hendrick Boyensz, 1540: Wouter Aertsz; Kerkmeesters: 1524, 1529, 1536: Philips Boyenz en Boyen Hendrick Maesz. Rectores: 1524: heer Daniel Jacobsz en heer Joost die Roy; 1528: Jan van der Voerdt en Wouter Staesz; 1530: Willem Geritsz; 1539: heer Philips Boyens. Heilige Geestmeesters: 1524: Hendrik Gijsbertsz Payman en Claes Huygen; 1541: Claes Jansz Vos en Adriaen Thonis de Jonge. Burgemeester: Jan Willemsz; 1526: Adriaen Jansz, rector; 1529: Anthonis Jansz, rector; 1528-1583: Leonard Adriaensz, koster
1473 (2) | Raamsdonk
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 101, 102/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
(vervolg) ende scripsit in suo registra anno 1473 en 1474 ubi addit: Jan van Velthoven tot Tilborch Peter Snacken deel in Merten Ramsweer. Hierof hebben wij gecocht Peter Matheusz deel 2⅛ gaarden van den welken 2st chijns blijven aen ons selven. Et ibidem gecocht tegen Henric Petersz die scoemaker te Oesterhout 4½ geerden lands in Merten Ramsweer, des anderen dages post Petri et Pauli in deselven coop dat wij hebben Peter Matheusz deel. Ibidem item solvi Gherit van Ghesel et nepoti suo pro parte sua in Merten Ramsweer, nl 2⅛ geerden onverhuurd. Merten Velthovelthoven tot Tilborch ons oirden van 3 gherden die wij nu hebben ende van dien dat wij hebben van Heyn schoenmaker elke gherde om 1 st quantum als van den oirden. Et ibidem nota: in Marten Ramsweer hebben wij noch gecocht tegen Heyn scoemaker te Oesterhout 4½ gherden diewelke Gherit van Ghesel ½ plach te vercynsen van zyns broeders kints wegen. Aldus hebben wij nu in dit weer 8⅛ gheerden daer wij gheen chys af en boren. In registro anni 1475: addit: Symon Boyensz 1 coronam. Ariaen van der Kerck unam peciam by t Zandoel, et unam peciam bij t verlaet. In registro suo anno 1476 scripsit: solvi Gherit van Ghesel pro filio fratris sui et Jan Gheritsz tot Waspic ipso die Johannis et Pauli 2⅛ gerden in Merten Ramsweer 15 scuta Ph 5st. Item pro alia parte scilices sorore predicti juvenis solvi avie sue videlicet uxori Henricis schoenmaker te Oesterhout 13 scuta Ph 5st per Adrianum Moyart generum suum
1562-09-06 |
R.A.H. Coll Aanw 133/I Caput N.H. fol 136-145v
Jaartallenindex
notaris Petrus Hadriani Storm instrumenteert het testament van Claes van Leeuwen Jansz, inwonende poorter der stede van Leiden (volgens verkregen octrooi tot testeren en appoinctemente van de Grote Raad te Mechelen 1561-06-29, Grote Raad Mechelen, waarbij hij uit de voogdij en curatele gesteld is van enen Gerryt Roelofsz, daarvan proces voor den Rade van Holland geweest is). Het octrooi is van 1562-05-29. Hij was buiten de voogdij over Gerrit gesteld, behoudelyck dat hij van sijn goederen, meestal leengoederen wesende, niet en zal disponeren dan tusschen zyn kinderen ende in lyftochte tot profyt van zyn huisvrouwe ⅓ deel van den incomen van dien. Het verleende octrooi mocht alleen dienen tot uitvoering van het bovenstaande. Hij bepaalt nu dat al de goederen en erfenis die hij na zal laten, zullen komen op zijn twee kinderen Evert en Grietgen, die hij maakt tot zijn universele erfgenamen. Zijn huisvrouw Geertruyd Evertsdochter zal na zijn dood haar lijftocht hebben aan ⅓ part van zijn leengoederen en tevens ½ van twee losrentebrieven, de een van 12 gld, sprekende op heer Arent Thou Willemsz, priester te Leiden, de ander van 9 gld, sprekende op Adriaen Gerrit Jan Boyensz, mede wonende binnen Leiden. Van welke twee brieven ende andere eygentlicke goeden die Geertruud Evertsdochter die wederhelft competeert volgens den costume van Holland. Daar testateur lange processen voor het Hof en de Grote Raad heeft moeten voeren om uit de voogdij over Gerrit Roelofsz ontslagen te worden, heeft hij schulden moeten maken waarmede de boedel belast is. Deze zullen alleen voldaan mogen worden uit de vruchten van zijn nalatenschap voor dat deel dat zijn kinderen erven. Zijn huisvrouw blijft hier buiten. Tot voogden over zijn onmondige kinderen benoemt hij Jan Dirck Sybincxz en Aernt Jansz Broeder, poorters van Leiden. Aldus gedaan te Leiden ten huize van de testateur in de Bredestraat
in presentie van : Vrouwen Claesz Verghijel, Dirck Cornelisz, schoenmaker, poorters van Leiden