22 resultaten
1493-06
folio 53v XXXIX 1492-1495
Transportregister Haarlem
Henric Jansz aan Claes Braeuwe een huis en erf after St Anthoniscappelle an der stede singel. After streckende an Symon Willemsz, an d'een zide: Kerstgen pottebacker, an d'ander: Pieter Coster
1474-04-12 |
Ms Opstraten v.d. Molen III fol 767
Haarlem Algemeen
leenmannen van Holland oorkonden dat Aeff Dircsdochter, professide medesuster in den Cloester en Godshuijse van Sint Margriete binnen Haerlem, met haar gecoren voogd Dirck Huygensz, verkocht heeft etc Pieter Braeuwe haren broeder etc. Aeff Dircsdochter verzoekt aan Jan van Berckenrode en Adriaen Gerritsz om deze brief met haar te bezegelen
Jan uten Haghe ((een geanckert cruijs) en Lambert Claesz (een leeuw), leenmannen; zegel van Jan van Berckenrode (een leeuw met een croon op de helm en een tobbe waerut ½ leeuw)
1574-12-14 |
G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 147v
Haarlem Algemeen
Andries Jansz Braeuwe, schepen deser stad, is coper gebleven van een camer met erve bij hem met executie van justitie vercoft, gelegen op t Cleyne Heylige Lant, an d'een zide: Willem Mathijsz, van Overveen, an d'ander zide: Otte Anthonisz smit [? sant ?], achter streckende aen t erve van Otte Anthonisz [sant ? smit ?] in de Grote Houtstraat. Zoals deze camer aan Jannetge Kannemakers toebehoort heeft. Koopsom 39 Kar gld
1494-10
folio 97v LXXIV 1492-1495
Transportregister Haarlem
Claes Braeuwe lyt dat Jan Jacobsz cuijper afgelost heeft de 7 sc Holl pacht als hij staende heeft op de voors Jans huis en erve op tie Oude Graft. After streckende an Geryt van Zijlen kinder, an die een zide: t Grote Heylige lant, an d'ander: Dirc Pietersz backer
1488-12
folio 171v CLII, CLIII 1486-1489
Transportregister Haarlem
Claes Henricsz voor hem zelf en Aef Adriaensz weduwe met Claes Braeuwe als voogd [Claes Henricsz is haar dochtersman staat er in een doorgehaalde zin] verkopen aan coman Willem Pietersz een huis en erf in de Dampstraet, an d'een zide: die Appelaersstege, an d'ander: Vrerick Jansz in t Gulden Hoeft, afterwaerts streckende an Pieter Dircsz van Ylpendam; 350 R gld
1497-07
folio 78 LXX 1495-1498
Transportregister Haarlem
Lottyn Claesz en Baerte Claesdochter met Claes Braeuwe als voogd, verkopen aan Gheryt Claesz van Cranebroeck Baerten zone [?] ½ in het huis en erf onderdeelt leggende in St Jansstraet, an d'een zide: Reymburch Heynric de preeckstoelmakers weduwe, an d'ander: Lysbeth Vercraken stege ende poorte, after streckende an Lysbeth Vercraeck voirs. Met de eigendom van ½ van de steghe uytgaende in de Prooststeghe
1497-10
folio 84 LXXIV, LXXV 1495-1498
Transportregister Haarlem
Dirck Gerytsz de cuijper als man en voogd van Geertruijd Paeuwendochter, Jan Lijclaesz, Jacob Dircsz die linnewever en Jan Dircsz, elck voor henselven, en Jacob Dircsz de wollewever als man en voogd van Aechte Meeusdochter en Jacob Symonsz Foppe als man en voogd van Jacob Aelbrechtsdochter, elk voor henselven of voor hun wijven ende oic voor Dirc Lijclaesz, Geryt Jansz, Dirc Meeusz ende Brechte Meeusdochter daer zij voor loofden te waren mits zij uter stede zijn, lijen mit gesamenderhant dat Geertruijt Gerijt Hagendochter Claes Braeuwen weduwe himluyden als erfname van deselve Claes Braeuwe al voldaen en betaelt heeft van al de erfenis hun aangekomen van Claes Braeuwe voirs, hoire alre oem, die in zijn leven de voirs. Geertruyden geechte man was. Hiervoeren kent Geertruyt mit Henric Aerntsz als voogd de voirs Dirc Gerytsz tot behoef van de erfnamen schuldig te wesen 35 R gld
1448-1449 (5) |
G.A. Haarlem Thesauriersrekening I no 201
Haarlem Algemeen
(vervolg) (fol 133) den gerecht en der stede dienres voir hoir ridsoen dat die stede ontfangen heeft te hulpe tot hoir cledinge: Aelbrecht van Raephorst, scout, Pieter Jordensz, Claes Jansz van Hillegom, Jan Huijsheersz, en Willem van Ruijven, burgemeesters, Symon van Noirtich, Jan van Adrichem, Gheryt van der Meer, Wisse Pietersz, Luytgen Camerouwer, Pieter Braeuwe en Gheryt Jansz, scepenen, elcx gegeven 8£. Den vier thezoriers tesamen voir hor caproenin (?) 16d, Everardus, secretarius 8£. Item Thomas van Rietvelt, Claes Gheryt en Boudyn Jansz clercken, Lottyn Gherytsz, Jacop Spiker, Symon Gherytsz, Jan Dircsz, boden, Jacob van Barry en Pieter Jacobsz messagiers en Claes Aerntsz der stede knecht elc gegeven 4£; (fol 134v) Aernt Jansz de viscoper van dat hi der stede gedient hadde die bomen te bewaren en anders 38£ 3sc 4d; (fol 136) Willem, stratemaker, onderhoud van de school; (fol 136v) 2 wagens riet voor de school 2 sc. Twee karren cleije om de school en de waechusen te lyemen, 16£ 3sc 4d; (fol 145v) Floris Engbrechtsz, thesaurier, Thomas van Rietvelt, secretarius; (fol 151) den schoolmeesters van der stede wege te huesschede gegeven overmits dat sij die scoliers mit hanen niet en souden laten vechten noch cokerillen 2£ 17sc
1473-01-15 (1472) |
Inv no 334 regest 543 Leeuwenhorst/Gedrukt Vangassen no 421 p 239
Haarlem Algemeen
schepenen in Haerlem oorkonden dat Willem Kerstensz aan Pieter Claesz overdraagt een huis en erf in Luijtgenssteeg, belast met 12 sc, belend aen d'een side: mr Willem Bouwynsz, an d'ander side: die H. Geest, afterwaerts streckende aen Zybrecht Aernt Pietersz weduwe
Gheryt Steffensz en Pieter Braeuwe, schepenen
1574-08-11 |
G.A. Haarlem Recht Arch Inv no 83 fol 53v
Haarlem Algemeen
schepenen in Haarlem oorkonden dat Margriet Diricxdochter, zuster van wijlen Jacob Diricxz backer, met Reyer Ysbrantsz, droochscheerder, als haar gecoren voogd, erkent schuldig te zijn aan Alydt Vechtersdochter weduwe Jan Thaemsz, drapenyerder in zyn leven, een jaarlijkse losrente van 26 Kar gld. Afgelost verklaard 1591-11-13 door Alyd Vechtersdochter weduwe Jan Thaemsz met haar zoonThomas Jansz als voogd
Claes Jansz en Andries Braeuwe, schepenen