1530-07-12 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel, Putten fol 53v

Jaartallenindex

Karel oorkondt dat voor zijn stadhouder van lenen Cornelis Reyniersz opdroeg tbv jvr Margriete van Alckemade de voors. [!] ⅓ deel van 5 lynen en ⅓ deel van ⅔ deel van eenre lyne in Stollaertsdyk ende in de westiende van Spyckenisse. Leen van Putten, te houden tot een erfleen. Als haar gecoren voogd doet Louis Bruueel de eed voor haar

Dirck van Assendelft, ambachtsheer van Besoyen, Cornelis Barthouts, Jan Gans, leenmannen

1537-04-14 |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 8

Jaartallenindex

Karel oorkondt dat voor de stadhouder van lenen Loijs Bruueel opdroeg tbv Jan Heindricsz, onse ontfanger van de exploicten, een huys en erve in den Hage an de Plaatse, tussen twee heerstraten voor en achter, west: de naesaet van wijlen mr Gheryt van der Mye, oost: die Sterre, toebehorende de voors. ontfanger, ende placht tselve huys voortijts tenaamd te worden St Joris, ende is nu genaemd den Draeck. Leen van Arkel, tot een onversterfelijk erfleen. Behoudens ons altijd den 10e penninck so wanneer dit voors. huis vercoft sal worden van de principale somme daer t voors. huis om vercoft zal worden

mr Joost Sasbout, onse Raad ordinaris in de Camer van onsen Rade, Jacob de Jonge, here tot Baerdwijk, Raad en mr v.d. camer v.d. rekeninge, Adam van der Duijn, Cornelis Barthouts, leenmannen

1510-10-21 | o.a. Schoten

R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 80v

Jaartallenindex

Max. en Karel oorkonden dat jvr Mathie van Boshuizen Jansdochter met haar gecoren voogd Loys Bruueel gemaakt heeft tot lijftocht voor haar man Guillem Billognaert 18 £ gr Vls sjaars, waarvan 11 £ uit die ambachtsheerlijkheid van Ruyven met 15 morgen lands, ende een jaerlijkse thyns van 1£ gr Vls daertoe behorend, gelegen buiten onser stede van Delft, en de andere 7£ gr Vls sjaars uit 8 morgen lands [met woning ?] gelegen in Kennemerland buyten der poirten van onser stede van Haerlem. Welke partyen zij in leen houdt van de grafelijkheid van Holland, tot een onversterfelijk erfleen (vgl 1487-11-16, 1512-11-19, 1510-10-19)

present: mr Franchois Dircxz [Hoochstraat ?]m Pieter Plumion Dircsz, Engebrecht Jacobsz

1510-12-15 |

R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 83v

Jaartallenindex

Max. en Karel belenen jvr Machteld van der Marcke na dode van haar suster jvr Inmesoete van der Marck met: 1) die thiende in Hodempijl, beginnende van Authoeve voort op aen gaende bij den Woudwege tot aen den Lierdijck toe, ende van den Lierdyck streckende by der zydwinde suytwaert op tot aen den twee huelen, schinckelt op van der grooter vaert oostwaerts weder ten Audthoeve toe, zoals Immesoete die gebruicte in 4 parcelen: 1) die nye polre thiende, 2) die oude polre thiende, 3) oock geheten die nye polre thiende, 4) die thiende gelegen achter die kercke van Schipluiden. Lodewijk Bruueel doet als haar gecoren voogd de eed

present: Jordaen van Raemsdonck, Timmer Joriszoon, Reynier Willemsz

Haer, van der | 1514-04-29

R.A.H. Coll Aanw no 113 Caput Arkel fol 51v

Achternamenindex

jvr Josijne van Meerle Medaertsdochter wordt na dode van haar moeder Elisabeth van der Aer, beleend met: - ⅔ van een tiende in Schumenoorde, van der Staden tot de Twischilt toe, zonder tijns en met 6 roeden dijk aan de Linge, daar het blockhuijs placht te staen tussen de dijk van het land van Dalem en Dirck Roelofsz, met 2 paar oude zwanen te houden in de heerlijkheid van Dalem, onderdeeld met de erfgenamen van heer Willem van Yzendoorn, strekkende van de hoge weg tot Spijcksen land toe; - ¼ deel van de tiende in Dalem, - en ⅓ van de tiende in het oude land van Dalem (leen van Arkel). Haar man Loijs Bruueel doet hulde voor haar

1511-09-12 |

R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 101

Jaartallenindex

Max. en Karel oorkonden dat onse geminde Jacob van Matenesse, schildknape, verklaarde dat hij van de grafelijkheid van Holland in leen houdt seeckere percelen van leengoeden binnen den ambacht van Voorburch vast bij onsen Hove in den Hage in Holland voors. Aangezien hij enige cleyne percelen gaarne zou willen vervreemden of in erfpacht willen uitgeven, zonder de natuur van leen ervan te willen veranderen, verzoekt hij consent hiertoe. Hij mag 3 morgen te Voorburch in erfpacht geven aan Arys Henricsz ende aan Dirck Backer 11 hont land te Voorburch, noord: die Lytwech, zuid: die Vliet, west en oost: Jacob van Matenesse zelf. Jacob blijft gehouden hiervan [leen] dienst te doen alsof niet erfpacht uitgegeven was

present: Pieter Plumion, Loys Bruueel

1526-08-09 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel, Putten fol 1

Jaartallenindex

Karel beleent Cornelis Reijners, na dode van zijn moeder jvr Margrita Wandels, met ⅓ deel van 5 lynen, en ⅓ deel van een tweedeel van ½ lyne in Stollaertsdyk ende in het Westeynde van Spyckenisse. Leen van Putten. Daar Cornelis Reynersz geestelijk is, doet Joost Gans de eed voor hem

Cornelis Barthout, Joris Timmer, Louis Bruueel

1515-05-21 |

R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Zeeland, Voorne fol 83v

Jaartallenindex

Karel oorkondt dat heer Willem van Boschuysen, ridder, hem opdroeg tbv zijn zoon Gommer van Boschuysen een hofstede met boomgaerde, huijsraede, ryschtuijn, graften, groot omtrent 2 morgen lands, gelegen in de ban van Alphen, die heer Willem voors. gekocht had van onsen ontfanger van der espargne [Crispyn Jansz van Boschuysen], te houden als leen van Voorne. Daar Gommer alsnu selver niet commen en mochte, soo heeft Michiel Ruijse als zijn gemachtigde de eed voor hem gedaan (vgl 1514-08-29)

T. Dullekem, b. d'Assendelft, Loys Bruueel

1514-09-20 |

R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 159

Jaartallenindex

Max. en Karel oorkonden dat heer Frans Alewynsz, priester, met Jan van Bueren als zijn gecoren voogd, tbv Aerndt Thou Jansz ⅓ van 7 morgen lands in Maeslandt daar Jacob Tuininck Claesz als overgifte en resignatie hebbende van Jan van der Mye Tymansz die andere ⅔ delen van ons in leen houdt. Te houden tot een erfleen binnen aftersusterkind niet te versterven (vgl 1514-11-11)

Pieter Plumion, Roelof van Halter, Loijs Bruueel

1515-01-26 (1514) |

R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Vriesland fol 16

Jaartallenindex

Karel oorkondt dat Volkairt Eerijcxz heeft opgedragen tbv Jacob Dircsz een huijs, hofstad met acker lants daer aen gelegen in onsen lande van Wougnem, oost: Jacob Tymansz, west: Wybout Semmenz, en dat hij vervolgens Jacob Dirksz hiermede heeft beleend. Te houden tot een erfleen, binnen aftersusterkint niet te versterven

Jan de Bye, Loijs Bruueel, Jan van Bueren