3 resultaten
1448-04-08 |
Cartul St Jan Haarlem no 983a
Haarlem Algemeen
Reyner Jacopsz oorkondt dat hij gehuurd heeft van broeder Geryt van Schoten, commandeur van St Jan te Haerlem, 9 morgen lands "als ict van him plege te bruyken", 10 jaar lang, jaarlijks om 7 gouden Eng. nobels, ingaande 1448. Daar hij zelf geen zegel heeft, zegelt Gysbrecht van Matenesse voor hem
Dorp, van | 1334
Rek Hen Huis I p196, 185, 116
Achternamenindex
ontvangst van landhuur in Pynakker: - die grave van Arindslande van den Dorpe 5 sc 3d 30 oct. Renten in het baljuwschap van Delfland: de lentebede ontvangen in mundinis Delf: - Odulphi Arinds ambocht van den Dorpe 20 sc idem van de herfstbede, recipitur Martini hyemalis; 1344-1345: van besterfte ende van vercoften goede in Pynacker van lande dat Aernds van den Dorpe was, dat men te hoeve te bruyken plach ende verliesde, van der hure van den jare 1344, 5 £
1467-1575 (2) |
A.R.A. Familieregister van Spaernwoude (voorlopig) Charterdoos Fack VII van het Familiearchief Heereman van Zuydtwijck
Haarlem Algemeen
(vervolg) (fol 4) Dit sijn sulcke renten ende paicht als ic ontfaen heb bi der stede van Haerlem in t jaer LXVI. Eerst Pieter Olislager een zate lants om 26 R gld sjaers. Ende zyn zwager Ysbrant heeft dit lant gehuert 8 jaar lang vri gelt, elc jaer om 29 R gld in t jaer van LXXXIII in die maent van December; (fol 5) Claes Claesz die sceepmaker bruict een weide om 18 R gld mit die renten van seven molen, van elcke molen sel hij ontfaen 5st 1. Dit selve lant heeft Claes gehuurd 4 jaar lang. Uit een marginale aantekening blijkt dat Claes en zijn vrouw in t jaer LXXXVII enige betalingen deden. Lou Coster een boemgaert om 6½ R gld ende verschynt half St Jansmisse en ½ in Lucasmarct ende bruict nu Florys Diert h[eren] Dirc Dirc Zijmonsz. Jan die wielmaker van een boomgaert 2 nobel. Een Wilh scilt van een laen, 2 Arnoldus gld van een molenwerf, dit pleech Leu zijn wijfs moeder te bruiken. Hier geeft hij voor etc; (fol 6) Een croft die Leu plecht te bruyken bruijct nu Pieter Jansz Crist om 6 R gld. Ende hij heeft ze weder gehuyrt in t jaer LXXXIII om 6½ R gld. Ende dit heeft Ysbrant gehuert 6 jaar, elc jaer om 6 R gld. Reyntgen die molenaer een croftgen dat Leu gebruict heeft om 28st. Dit heeft Jacop Zijvertsz weder gehuert int jaer van LXXXVI elc jaer om 32st. Vijf jaer lang. Wigger die snijder een boemgert om 30st. Dezelve een tuijn om 20st. [Na hem] Thamas Mertijnz de smit. Jan Dircsz eelmaker een boemgaert om 24½ st. Jacop Coppertz een boemghert om 24½st. Ende bruict nu (doorgehaald: Hilgond Roelen wijf) Pieter Verdel om 24½st; (fol 7) Bertelmeus Jansz een boemgaert, daer op staet 2 Wilh scilt min ¼. Hiervoor geeft hij 37st 1 oort min sjaars. Henric Gerytsz Knuijt of Stuerman Heijn een tuyn daer opstaet 10st sjaers ende bruijct nu zijn dochter, ende nu Jan Vlaec. Jan Vlaec Pieter Vlakenz en zijn wijf Guert te betalen te Kersavond