18 resultaten
1316-03-19 (1315) |
Cartul St Jan Haarlem no 881
Haarlem Algemeen
schepenen in Haerlem oorkonden dat heer Jacob, bisschop van Zuden, en de broeders van St Jan te Haerlem, heeft gekocht van Claese van Riewijc, de helft van dien campe die hiet joncfrouwe Trudencamp staen die den Heilighen lande toe bihoren van oversie. Komend de bisschop en het convent iets te kort aan Claese voorn. dan zullen zij dat verhalen an Arnoude veren Mosselenzone en al zijn goed
Willaem Heynric Tadenzone en Alebrecht Wouterssone
1577-05-29 |
R.A.H. Coll Aanw 139 Caput Amstelland etc fol 23v
Jaartallenindex
koning Philips beleent Jan Claese van Edam na dode van zijn moeder Luijda Jansdochter met 2 ½ deympte lants van 5 deympte an die noordzijde gelegen te Edam achter Jan van Loenens huijs, belend noord, oost en noord (!): die achterhaven van Edam, zuid: een stuk land dat Heyn Claes Loenense bruijct. Te houden tot een erfleen
jhr Johan de Heuyter, Pieter van der Burch, leenmannen
Egmond, van | 1654-05-17/1659-05-16
G.A.Amsterdam DTB 480 fol 5
Achternamenindex
Cornelis Claese van Egmont, van Leyden, droogscheerder, weduwnaar van Elsje Jans, wonend op t Molengracht en Lysbeth Harmens, van Meppen, oud 30 jaar, ouders dood, wonend in de Langedwarsstraat, geassisteerd met Lutje Arents
Oudshoorn, van | 1333-04-04
Reg Hann p 211/Reg EL fol 96v/EL 2 fol 79, 4 brieven
Achternamenindex
graaf Willem beleent heer Willem van Outshoorn met landen in Alphen, Aerlanderveen en Hazaertswoude, en hij mag zijn leenland bij Alphen verder belenen en bevestigt de lijftocht aan zijn vrouw Dirk Claese op de tienden te Naadwijk en een deel van bovengemeld leengoed
Pauw | 1722-03-18
Not Arch Edam o.a. 651, 652, klapper 655-664; O.R.A. Hoorn no 4585 fol 59, 62
Achternamenindex
testament van Pieter Pauw Pietersz: O.R.A. Hoorn: Jan Pauw en Pauw; 1759-02-22: testament van Pieter Claese Paauw en Trijntje Pieters Vreugts; 1751-01-07: Simon Pauw x Grietje Doets te Middelie; 1751-09-08: testament van Pieter Symonsz Pauw en Maritje Dirks op warder
1574-09-18 |
R.A.H. Coll Aanw 139 Caput Vriesland etc fol 3v
Jaartallenindex
koning Philips beleent Ysbrand van Rietwijk Willemsz na dode van zijn vader Willem van Rietwijk, met: 1) 15 ½ geerse land op Nydorpermade, west: des heren wech, oost: Symon Claesz, noord: Claes Gerritsz erfgenamen te Nye Nyrop, zuid: Adriaen Claesz; 2) 4 geersen in de ban van Wimmenum, oost: Jan Pietersz, zuid: het oosterland, ons toecomende, streckende langs de oude vaart, west: den oudendyck ofte die gemeentedyk ofte die crommendyk, noord: Jan Cornelisz ofte Dirck Claese broecke Wasters (?), leen van Egmond, onversterfelijk erfleen. Daar Ysbrand onmondig is, doet Gerrit Willemse Corffver, poorter van Amsterdam, als naaste bloedvoogd de eed. Op 1589-01-19 doet Ysbrand Willemse van Rietwijk zelf de eed
mr Cornelis Oom, jhr Heynrick Heeremael, Pieter van der Borch; 1589-01-19: Laurens van der Goes, Philips van Mierop, Joseph van Meerhout, leenmannen
1423-02-16 (1422) |
R.A.H. Coll Aanw 77 fol 119/Mem Ducis Johannis fol 77
Haarlem Algemeen
hertog Johan Laten u weten allen onsen baljuwen etc, want onse houtvester van Noort-Hollandt Adriaen van der Woert om seker gebreke die hij heeft an Claese van Ruijven denselven Claes aengesproken, verreict ende verwonnen heeft mitten recht voir onser vierschaer tot Haerlem, gelijc die brief die dieselve Adriaen dairaf heeft dat inhouden en begripen so ontbieden wij u en bevelen etc dat gij Adriaen over over den voers. Claes ende syn goede en onvertogen recht doet en laet geschien ende werdervaren etc
Grebber | 1664-01-29
O.R.A. 436 fol 25v/Transportregister banne Oostzaan
Achternamenindex
transport: Sibbel Gerrits weduwe van Pieter Lammertse Barckhout verkoopt aan Jan Cornelisz Grebber, wonende te Edam, en Jan Cornelisz Sem, voor zich en voor Cornelis Gerritse Meijn, Alet Muyssen, Aeghien Heyndrics, Gerrit Claese Stuyrman, Dirk Reyersz en Walich Cornelisz, alle wonende tot Saerdam, een huis en erf te Oostzaandam op het Francepad, belend oost: Jan Jochemsz, west: Pieter Claesz Doncker, koopsom fl 1056
1576-10-10 (2) | o.a. Tetrode
R.A.H. Coll Aanw 139 fol 23v, oud fol 11
Jaartallenindex
koning Philips beleent Gerrit van Sperwoude na dode van zijn vader met de navolgende lenen: 1) 5 morgen land geheten "Arent Kallenweer" in Lisserbroeck, leen van Brederode, te houden tot een onversterfelijk erfleen; 2) seecker lant ende berge in de ban van Tetrode omtrent die hofstede van Aelbrecht Bol, genaamt die Piest ofte die Riethoorne, om daerin conynen te planten, in bergen te setten, en weer te vangen, noord: Claes Noijensz en Jan Vranckensz, westwaarts opgaende aen Willem Claese Jacobse weduwe ende Pieter Coeijinck ende voorts van Pieter Coeynicxse suytwaarts streckende langs die Vollemeer; 3) daertoe die duyn en wildernisse daeraan leggen, soo die nu streckende is oostwaerts van de Wal van de Volmeer linierecht tot het opperste van de Westerduyn, ende daarof suijtwaerts opgaende tot die naeste hooge duijnen, dwers door die laechte tusschen beyden genaampt dat houcxken van Bentvelt. Streckende voort van de voors. hoochste duynen uytten westen oostwaerts op tot den abelen boemken ende van daer voorts tot Claes Willemse Voosaert heck, al gelegen hetselve nu mit palen afgescheyden staat. Leen van Brederode tot een onversterfelijk erfleen. Daar Gerrit van Sperwoude onmondig is, doet zijn neef en gecoren voogd Ysbrand van Schagen de eed voor hem
mr Cornelis Oem, Raad ord. in den Hove van Holland, jhr Henrick van der Laen, Vranck van Berendrecht, Harman Oem Harmensz, leenmannen
Haestenberch, van | 1381-01-07
A.R.A. Leenkamer 51 Reg Oostervant XIV fol 14
Achternamenindex
schepenen van Woudrichem oorkonden dat de burgemeesters vanwege de poort van Woudrichem "op drogen ende gaven Claese van Haestenberch alle recht, dat si hadden aen die husinge ende ghesaet mit hoeren toebehoeren die ghelegen sijn in die oude Steenstrate, dat Liebrecht Liebrecht Pelsers soen plach te wesen"; belend tussen: Aleyde Liebrecht Goedevaertsz wijf was ende hoere kinderen hus ende hofstat en Liebrecht Peter Helvoertsz huus ende hofstad; welk huis en erf de stad aangekomen was van Liebrecht wegens schuld. Anno 1380: zaterdag na O.Vr dag Purificatis had Willem van Hoorn en Altena deze hofstede in leen gegeven aan Claes van Sevender [dezelfde als Claes van Haestenberch]