34 resultaten
Assendelft, van | 1655
Arch Leiden Inv no 1058/Arch Gasthuizen regest 1058
Achternamenindex
aanstelling van Jan Claessen van Assendelft tot rentmeester van het St Elisabethsgasthuis te Leiden
Brederode, van | 1459-01-18
Van Mieris Vervolg p 104/Matthaeus De Jure Gladii p 188 en 377
Achternamenindex
de bisschop van Utrecht geeft het land van Hagestein en het schoutambacht op de Vaart aan Reinoud van Brederode; het schoutambacht gaat aan Adam Claessen
1491-09-12 |
R.A.H. 516 B fol 199/Leenboek Egmond B
Jaartallenindex
Johan grave tot Egmond etc beleent Jan Claessen met een huysinge ende erve gelegen in den ban van Castricum, belend oost: den Dingstee (er staat ook Dunckstee) van Kastercom, zuid: dat kerckhoff, noord: die Hoornwegh. Tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met 2 goede vette capoenen of een gouden Philips schild daarvoor
mannen: Willem van Rietwyck, onse baljuw, Symon Janssen
Jan Claesz | 1540-11-08
R.A.H. Coll Aanw 517 fol 112, 192v/Leenboek Egmond D
Voornamenindex
Karel, graaf van Egmond, oorkondt dat Adriaen Adriaensz, brouwer te Delft, hem opdroeg 4 ½ morgen land gelegen in de ban van de Ketel, belend noord: het convent van Rijnsburg, zuid: Joris Claessen weduwe, strekkende van de Groene weg af tot de Heerenweg toe, tbv zijn zwager Jan Claesz, van Rijswijk, die er vervolgens mee beleend wordt; 1546-11-15 (1546-11-25~): hetzelfde leen, belend zuid: Joris Claessen weduwe, beleend: Claes Jansz, van Rijswijk, na dode van zijn vader Jan Claesz
Gilse, van | 1570-06-20
Taxandria jg 33 p 113, 114, jg 49 p 304, Ned Leeuw jg 1925 p 338, 336
Achternamenindex
stamreeks Joost Hendrik van Gilse, schepen van Baerle x Mechteld Hoige, dochter van Gerrit Hoige; 1593: Godschalk van Gilse secretaris te Baerle, met broer Gerrit en zuster Lysbeth; 1577-12-07: Anthonis Claessen van Ghilse, idem
Beckevoert | 1370-07-18
R.A.H. Coll Aanw 51 fol 5/Reg In Henegouwen fol 2
Achternamenindex
leen van Bloys: Korstijn, dochter van Willem Beckevoert, gehuwd met Florens Claessen, ontving 8 morgen land bij Willegherkerck, die Willem van mijn heer hield, belend boven: de kercklaene van Willegen, beneden: mijn heer zelf met land geheten die Nesse. Vgl 1348-10-23
mannen: Jan van Langherak, Jan Booterman Geerlofsz, Gerrydt die Wilde
Schoonhoven
1532-03-19 |
R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel, Putten fol 120v, 121v
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Dirrick Jorisz van Vuytwijck opdraagt tbv heer Zegher van Alveringen heere tot Hofwegen, ridder, rentmeester sgraven van Nassau, ½ weer lants van 4 morgen, gelegen op Sceijdelwijck aen die westersche sijde van den gehelen weer voirs, ongedeylt, west: de erfgenamen van Jacob Snouck, oost: Aert Claessen endeling [!, streckende ?] op tot aen de Scheydelwycsche wetering toe. Leen van Arkel. Met het verzoek om heer Zeger te belenen. Eodem die beleent heer Segher voors. hiermede als leen van Arkel, tot een recht erfleen
Claes Rouf [lees: Colf, geen zegel maar handtekening], Cornelis Barthout Jansz, leenmannen van Holland
1545-02-12 | Velsen
R.A.H. Coll Aanw no 528 fol 148v/Leenregister Abdij Egmond fol 57v
Jaartallenindex
Willem van der Goes, abt van Egmond, oorkondt dat Willem Deijen, van Haarlem, als oom en voogd van Dirck Claassen Brouwersz, beleend is met het leen van zijn vader Claas Brouwer, nl ½ van 2 ½ made lands in Oostbrouck in de Hadwer binnen Velsen, belend oost: Willem van Veen en Wyntgens Willems, west: van Inerescamp, streckende aen den dijck. Te verheergewaden met een paar vette capoenen, bezegeld anno 1545, naa gemeen schrijven. Op 1562-06-04 [er staat 1662] verzoekt Dirck Claessen belening met de ledige hand. Op 1571-08-10 en 1583-02-24: idem
Philips Naghtegael die jonge, Albert Symonsz, leenmannen; 1562-06-04: Jan van Schooten en Augustijn Janssen Steijn, actum Haarlem
1499-04-13 |
R.A.H. 516 Afd 3 fol 20v/Leenboek Egmond
Jaartallenindex
Johan graaf van Egmond oorkondt dat Floris de Roedet van Adrichem hem heeft opgedragen een stuk lands geheten de Coge, groot ± 6 maden lants, gelegen int Noorteynde van Schermer, ende hebben belend zuid: Evert Tymensen, noord: den Zomerdijck. Ende voort alsulck goet als Sybrant Claessen Ostensz [Ottensz ?] vóór, Jacob de Rode Floris voorseide vader na, van ons gehouden hebben. De graaf beleent hiermede Tielman Allaertsen van Wyngaarden tot een onversterfelijk leen, reserverende aan ons de 5 paar conijnen, die wij nu voortaan aan ons houden. Te verheergewaden met een roode sperwer
mannen: Jacob van Egmond, Willem van Rietwijck
Back | 1602-03-15
Taxandria jg 1923 p 153
Achternamenindex
Joris Adriaensz de Rooy, Peeter Aertsen, Ghijsbert Claessen, Jan Jansen de Jongen, Dierck Adriaensen de Rover, Cornelis Adriaensen, Corst Corstens, Lenaert Cornelissen, Herman Aertsen, Adriaen Aerts, Geerit Anthonissen Smidt, Joachim Adriaens, Wouter Adriaensen Roothals, Adriaen van Clootwijck, Adriaen Hanricks Back, leden der regering en kerkmeesters van Capelle a.d. Langstraat