1628-08-26 | Haarlem/Beverwijk

R.A.H. O.R.A.

Jaartallenindex

krachtens het mandement van de Hooge Raad dd 26 Juli 1628 heeft Pouwels Blanckerts, deurwaerder, zich ten verzoeke van Cornelis Willemsz Thuijnman, poorter van Haarlem, als man van Machteld Jansdochter, en Gerrit Jansz Wildeman wonende in de Beverwyck, impetranten, zich op 26 Aug. getranspoortert aan de persoon van Johan van Nes als last hebbende van de andere crediteuren, Jan de Vree, brouwer van de 2 Climmende Leeuwen, Cornelis Garbrantsz Borst, mede brouwer van de Passer, Jan Backer, houtcoper, Annitge Arents Coggemans j. dr, Grietge Engelsdochter, beyde dienstboden van zal. mr Cornelis uten Hage, Rem Pietersz cuijper, Sybrant Stam etc, Gerrit Wildeman wonende in de Beverwijk, allen crediteuren van wijlen mr Cornelis uten Hage, en heeft hen gedachvaard met hun vorderingen op 5 sept. a.s., ten huize van wijlen mr Cornelys uten Hage in de Smedestraat

1628-05-31 (3)

R.A.H. O.R.A. 1066 fol 17, 20

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Anderis Dammisz van der Horn, voor hem zelf, Cornelis Dircksz Guldewagen x Aechgen Dammis, Aeffgen Dammis, jongedochter geassisteerd met Anderis Dammisz en Cornelis Dircxz, haere gecoren voogden, ende mitsgaders de rato caverende voor Trijntge en Willem Dammisz, hare zuster en broeder, alle kinderen en erfgenamen van wijlen hun ouders Dammis Arijsz en Steyntgen Willems. Zij verkopen aan Johan de Vree, brouwer tot Haarlem in de twee climmende leeuwen, een hooffstede mette huysinge en met het land daertoe behorende, groot 6 morgen, in de ban van Tetrode gelegen, volgens de oude transportbrief. Koopsom 3200 Kar gld; 1627-05-31: zij verkopen aan Johan van Campen twee stucken weijtlants achter den anderen gelegen in de ban van Tetrode, die Steyntge nog bij haar leven aan Johan vercocht had, oost: de Vaert, zuid: Johan van Campen zelf, west en noord: jhr Christoffel van Schagen. Koopsom 2550 gld

1630-06-19

R.A.H. O.R.A. 1066 fol 68v

Transportregister Bloemendaal

Engel Pietersz, onse buerman, transporteert aan Jan de Vre, brouwer in de Twee Climmende Leeuwen te Haarlem, een stuk land in de ban van Tetrode, streckende ten zuijden van het naervolgende huijs en werff, oost: het Geldeloze padt, west: Gerrit Maertsz, met de wildernis, zuid: Jan de Vre. Belast met 6 gld 2st 14 penn erfhuyr, die in t deelen tussen de voorn. comparant en Claes Baertsz daerop zijn gestelt. Belast ook met ½ van 3000 gld capitael, waarvan de andere helft door de weduwe van Claes Baertsz zal worden gedragen. En noch ½ van een huis en werf gelegen ten noorden van het voors. lant, waarvan de andere helft aan de weduwe van Claes Baertsz toebehoort, noord en oost: de weduwe van Claes Baertsz, west: de wildernis, zuid: het voornoemde land. Alles volgens de opdrachtbrief waarmee het geheel aan Claes Baertsz was opgedragen. Wanneer de kopers recht van overpad mochten verkrijgen over het land van de erfgenamen van Pieter Willemsz Wittecaes, zo zal de weduwe Claes Baertsz ook overpad over haar land moeten gedogen. Koopsom 1400 gld

Jan Jacobsz Dickman, schout, Gilliaem Bossu en Dammis Pietersz, schepenen van Tetrode