14 resultaten
Corf | 1503-10-02
Wapenheraut jg VII p 430
Achternamenindex
Offem (onder Noordwijk) beleent aan Floris van Noortwijk, priester, bij dode van Jan van Noordwijk, heer van Noordwijkerhout, en meteen daarna aan Dirk Claes Corfsz. 1512: juffr Gerrit Corfsdochter na dode van haar broer Dirk Claesz Corfs, Claes Corfsz. 1520: Willem Pynsen Jacobsz bij opdracht van zijn moeder jvr Gerrit Claes Corfsdochter
Corf | 1500-09-30
Ons Voorgeslacht 02-1989 p 70, 1979 p 182 (leen 175)
Achternamenindex
grafelijk leen: no 39) stuk land in de vrijheid van Alkmaar, groot 2 ½ want 20 roeden, belend oost: de weide, west: de weg; Jan Pieter Sluytersz na dode van zijn moeder Hillegond, waarna overdracht aan Dirc Symonsz Claes Corfsz
1539-01-08 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 121
Jaartallenindex
Dirrick Florisz wordt, na dode van Cornelis Claes Jan Aelwynsz (iplv Jan Aelwynsz stond er Corfsz, dit is doorgehaald), zoon van zijn zuster, met 2 morgen land in het ambacht van Alphen beleend, zuid: Philips Nachtegael, noord en oost: de oude Beuckel ter Goude, west: de erfgenamen van Borsselen. Te houden tot een erfleen zoals Cornelis hield
leenmannen: Dirck Cuebel van Loo, Geryt van Valkensteyn, Cornelis Barthouds, Anthonne Lebucq
1503 (1502) |
Bissch Oud Arch Haarlem
Jaartallenindex
Gysbrecht van Raephorst oorkondt dat hij op verzoek van de graaf en gravin van Egmond tegen betaling van een geldsom, tbv Dirck Symonsz Claes Corfsz, een thiende liggende op t Woudt, die deze van hem in leen hield (na overgifte door Philips Ruychrock), uit de leenband ontslagen en hem ten vrijen eigen gegeven heeft, op den 12e ....... 1502 na den loop sHoofs van Holland (vgl 1533-12-21)
1512-07-05 |
R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Zeeland, Voorne fol 59v
Jaartallenindex
Max. en Karel belenen jvr Geryde Claes Corfsdochter na dode van haar broeder Dirck Claes Corfsz met alsulck een huys met der hofstede en twee stukken land, dat een geheten die Cooch ende dat andere die Leijde, gelegen in Schermer op den Weesdyck, zoals haar broeder dat van de heerlijkheid Voorne in leen had. Tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een goede snouck. Haar man mr Jacob Pijnsz doet de eed voor haar
present: Karel Grenier, onse Procureur Generaal, Pieter Plumion, Augustyn van Teylingen
1512-07-15 |
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput Z.H. fol 131
Jaartallenindex
Max. en Karel belenen jvr Geride Claes Korfsdochter na dode van haar broeder Dirck Claes Corfsz met die heerlijkheid, hoge en lage, streckende van dat eynde van Noortigerhout, daer Henrick Baene te woonen placht, noortwaert alsoo breet als die Bronsgeest is, tot die zuytbroec toe, streckende tot den Swet toe langes, ende bij den Maesloot heen vierkant ende langes der hooftwateringe bij Bornewaerde achter Florys Ghyssen hofstede, daer hij nu woont met der hoefstede soo vierkant. Tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een stoop wijn. Haarman mr Jacob Pynsszoon doet de eed
present: Karel Grenier, onse Procureur Generaal, Pieter Plumion, Augustyn van Teylingen
1503-01-20 (1502) |
R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten fol 108
Jaartallenindex
Philips oorkondt dat mr Philips Ruygrock van den Werve Vranckenz opdroeg tbv Dierick Claes Claes Corfszoon de navolgende percelen van lenen: 1) ⅙ deel van ¼ deel en van 1/16e deel van de gehele heerlijkheid van Middelharnissche, in hoge, middele en lage heerlijkheid met allen haren gerechten, prerogatieven, thienden, erfchynsen, maelrije, visscherij, vogelrij, veeren etc, 2) 50 gemeten Vroonen hooftland gelegen in de voors. Middelharnissche. Ende dit behoudens alsulke lijftochte als zijn vrouw jvr Catryne Jacob Willemszdochter daarop heeft. Vervolgens wordt Dirck Claes Corfsz met dit leen beleend. Leen van Putten. Tot een onversterfelijk erfleen. Heergewade: een nobel van 48 gr Vls
present: Jan van Sevender, Jacob van Nortich, Dirck van Boneem
1512-07-05 |
R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Kennemerland fol 43v, 44
Jaartallenindex
Max. en Karel belenen jvr Geryde Claes Corfsdochter na dode van haar broeder Dirck Claes Corfsz met die hofstede van Torenburch met al hueren toebehoren, gelegen bij onser stede van Alckmaer, ende daertoe een tyns in den ambachte van Heyloo. Te houden tot een erfleen, gelijk haar broeder en Claes van Torenburch dat gehouden hebben tot een recht leen. Haar man mr Jacob Pynsz doet de eed voor haar. Eodem die belenen zij haar met 5 maden lands, gelegen in der parochie van Mijen, zuid: de Ganssloot, noord: de Vrouwenwech. Te houden tot een erfleen, zoals Dirck dat gehouden heeft. Haar man doet de eed voor haar
present: Karel Grenier, onse Procureur Generaal, Pieter Plumion, Augustyn van Teylingen
Bouchorst, van der | 1430
Wapenheraut VII p 430
Achternamenindex
Offem [onder Noordwijk] wordt beleend aan Jan van der Boekhorst door vrouwe Margriet, geconfirmeerd door hertog Philips in 1439; 1456: Jan van Noortwijk "bij consent van regt" en dode van Jan van der Boekhorst, zijn vader; 1503-10-02: Floris van Noortwijk, priester, bij dode van heer Jan van Noordwijk, in zijn leven ridder, heer van Noordwijkerhout, en meteen daarna bij opdracht van heer Floris verleent aan Dirk Claes Corfsz
Noordwijk, van | 1456
Wapenheraut VII p 430/Van Mieris Vervolg p 97
Achternamenindex
Jan van der Bouchorst beleend in 1430 met Offem [onder Noordwijk]; 1439: geconfimeerd door hertog Philips; 1456: Jan van Noortwijk, bij dode van zijn vader Jan van der Bouchorst; 1503-10-02: Floris van Noortwijk, priester, bij dode van Jan van Noordwijk, beleend aan Dirk Claes Corfsz, na opdracht van Floris van Noortwijk; 1457-01-21 (1456): Jan van Noortig beleend met de goederen van zijn vader Jan van der Bouchorst